Mijn Reisbrief Nº 4

San Sebastian de La Gomera, 3 december 1998

Beste vrienden en vriendinnen,

Bijna een jaar geleden kregen jullie Mijn Reisbrief Nº1. Uit Chili. Daarmee nam ik de draad op van mijn nieuwjaarswensen die ik al enkele jaren vergezeld liet gaan van een korte samenvatting van mijn wederwaardigheden en vooruitzichten. Ik beloofde dat ik de volgende reisbrieven alleen zou sturen als je erom vroeg. Ik had toen geen vastomlijnd idee over het voortzetten van de nieuwjaarberichten. Nu heb ik besloten dat het Mijn Reisbrief zal zijn die in die periode verschijnt: Deze dus.

Gelukkig 1999! Het voorlaatste jaar om het millenium vol te maken

Je hebt dus nog twee jaar om dit tweede millenium goed af te ronden. Trek je niets aan van de feestelijkheden op 1.1.2000, want dan duurt het nog een jaar voor het millenium vol is. Ik heb niets tegen feesten: Het jaar 2000 is een waardig evenement. Tellend in ons tientallig stelsel veranderen er vier cijfers ineens. Dat gebeurt niet vaak. En ondanks de deelbaarheid door vier is het geen schrikkeljaar. We hebben al schrik genoeg voor de voorspelde computerproblemen. De aap zal uit de mouw komen. Geniet maar van 1999, het jaartal met de vertrouwde negens waar we geleidelijk naar toe zijn gegroeid.

En wat maakte ik mee in 1998? De jaren met de grote en onzekere stappen in de toekomst, waardoor ik een moderne nomade ben geworden, schijnen voorbij te zijn. Ik had een heerlijke zomer in Zuid-Frankrijk. Ik -lekker patriarchaal!- was gedurende enkele weken omgeven door kinderen en kleinkinderen (intussen 4!). Ghislaine logeerde ook enkele weken bij mij. En wéér nam ik toe in gezondheid en energie. Ik waagde het om de opening van het Academisch Jaar in Delft mee te maken om de oude collega's weer eens te zien. Dat was --onderkoeld geformuleerd-- 'voor herhaling vatbaar'. Daarna vierde ik mijn negenenzestigste verjaardag met vrienden in Eindhoven. Toen snel La Gomera. Hier probeer ik te overwinteren en niet te vluchten naar Chili of elders op het zuidelijk halfrond voor 'echte' warmte. En mijn plannen voor 1999? Gewoon "more of the same".

Naar Chili gaan zou sowieso te riskant zijn. Chili gaat opnieuw door een crisis. De afloop van de Pinochet affaire doet er niet toe: De teerling is geworpen. Ik hoop voor de 15 miljoen Chilenen dat er geen excessen zullen zijn; dat ze met een echte democratie verder kunnen gaan; dat ze deze 'betuttelde' democratie achter zich kunnen laten. Al lang voor Allende was Chili het meest democratische land van Zuid-Amerika. Dat geeft hoop.

Ik voorzie geen volledige rechteloosheid, maar ik zie er uit als een Engelsman, en ik maak van mijn hart geen moordkuil. Het is zoals die filosofieleeraar schreef aan zijn collega's nadat hij met de Noorderzon was vertrokken en zijn baan in de steek liet:
-"Jazeker, ik zal best mijn recht wel krijgen als ik, in elkaar geslagen, het geluk heb levend in een ziekenhuis te komen. Zover zijn we wel in Chili".
-"Liever blo Jan dan do Jan", moet hij gedacht hebben. En hij was niet de enige.

De eertijds verbannen Chileense schrijver, Ariel Dorfman schrijft dat hij zich op zijn recente reis door Chili beveiligd voelde door zijn eigen beroemdheid en die van zijn reisgenoten: enkele zuidafrikaanse en australische schrijvers. Bij een bezoek aan het geboortehuis van Pablo Neruda raken ze in gesprek met enkele schoolkinderen. Die blijken het woord 'dictatuur' in het geheel niet te kennen: "Nooit van gehoord!"

-"Kijk", zei de schooljuf van het dorp: "als ik dat woord zou gebruiken, en het zou voorkomen in de huiswerkschriften, dan zouden de ouders dat met vet rood potlood doorstrepen en hier kwaad op de stoep staan omdat ik 'aan politiek doe' op school".

In hetzelfde reisverhaal, in El Paìs, citeert hij ook een taxichauffeuse waar ze een lange rit mee maken. Op de radio is een interview met de weduwe van een 'verdwenen persoon'. Zij heeft haar baan als hoofd van Internationale Juridische Zaken van het Ministerie van Buitenlandse zaken er aan gegeven om zich, namens haar man, partij te kunnen stellen tegen Pinochet. Aan het eind barst de chauffeuse los met haar eigen angst:

-"Allende is met de terreur begonnen; met Fidel Castro reisde hij door het land en deelde overal wapens uit. De boerderij van mijn ouders werd met geweld onteigend. Middelbare school en universiteit waren er voor mij niet meer bij. Pinochet heeft het land gered van die chaos. O.K., hij moet worden veroordeeld, maar dit wordt alleen maar een andere terreur". 

Hevige angst van beide kanten. Een schervengericht van angstige extremisten. De middenmoot tracht de rommel onder het vloerkleed te vegen. Dat kan niet meer.

Opnieuw kijk ik met mijn verbaasde Noord-Europese ogen naar deze 'Latijnse' democratie. Een verkiezing winnen, zelfs marginaal, leidt tot triomfalistisch in de grond te stampen van de tegenstander. Revanche! Onderhandelen, en respect voor de oppositie, getuigt van slapte! Ook hier in Spanje; maar in Zuid-Amerika is het heviger. Zij zijn de leerlingen die hun leermeesters, de Roomse Koningen en de 'conquistadores', overtreffen.

Op dit eiland in de Oceaan, voor de kust van Afrika, lees ik de wereldkranten. Het P-drama is voorbij. De held beging de noodlottige misstap toen hij naar Londen ging. Dat riep de toorn van de goden op. Dat was de tweede acte. De entr'acte zagen wij op TV: Reien van voor- en tegenstanders, demonstrerend, en ach en wee roepend, in de straten van de wereldsteden. De laatste acte speelde zich af in het Hogerhuis. Dat was een perfecte derde acte van een griekse tragedie. Die moet zonder verandering in de P-musical worden opgenomen. De Law Lords in het decor zoals ik het zag op TV. Het libretto voor deze scene schreven -onbedoeld, maar perfect- de reporters Hopkins en Wilson in hun verslag in The Guardian van 26 November. Het is maar één A-viertje; ik stuur het je, als je wil. Zij schrijven hoe P optimistisch klaarzat terwijl de motoren van zijn vliegtuig en de ambulanceauto al warmdraaiden. Hoe de eerste twee lords de verwachting bevestigen en het publiek begint te morren. En toen de afgang! Wat een scene! Wat een decor! 

Het lot van P zelf kan mij weinig schelen. Voor mijn part zien we hem over 25 jaar als operettegeneraal. Chili zal dan dit trauma hebben verwerkt. Alleen dat is belangrijk.

Als deze P-tragedie nog ooit aanleiding wordt voor een mijlpaal in onze herovering van de rechten van de mens (Wie pakte die eigenlijk af? De mens was toch vrij?) en kan worden bijgezet in het rijtje: Magna Carta (1215), Habeas Corpus Act (1679), Bill of Rights (UK 1689 & US 1791), Déclaration des Droits de l'Homme et du Citoyen (26 Augustus 1789) en Universal Declaration of Human Rights (10 December 1948, 50 jaar!), dan zal het lijden van de Chilenen in het verleden en de (nabije) toekomst niet voor niets zijn geweest. Voor de wereld zal het een goede start zijn van het derde millenium. 

Daar hebben we nog twee jaar voor. 

Dat is mijn nieuwjaarswens,    Gérard



© 1998 G.H.A. van Eyk, escritor itinerante.