Mijn reisbrief Nº 8

San Sebastián de la Gomera, 5 december 1999

Beste Vrienden & Vriendinnen,

Ziezo, van dat karwei ben ik verlost. Vanaf mijn aankomst, begin oktober, heb ik heel toegewijd spaanse teksten geschreven om de training die Ghislaine en ik hier in Augustus hebben gegeven te documenteren. De tweede training, om de locale trainers verder te vormen zou midden November plaatsvinden. Dat werd uitgesteld. Maar ik wilde van het karwei af en hield het tempo nog even vol. Maar Woensdag was alles definitief geprint. Meer dan 100 bladzijden en dan nog eens 71 sheets voor de overhead projector. Het staat nu ook op mijn websites. En nu afhaken, kranten en boeken bijlezen. En tijd voor deze nieuwjaarswens die, zoals het vorig jaar, zal bestaan uit de reisbrief van het moment. Deze reisbrief dus.

Een goed en gelukkig 2000 voor jullie allemaal!

Maak wat moois van dit jaar met dat puntgave, ronde getal. Vier de overgang, het veranderen van de vier cijfers tegelijk --heel erg zeldzaam!--, vier wellicht nog veel meer, maar hecht geen waarde aan de beweringen als zou het nieuwe millennium beginnen.

Wat is er nu aan de orde? Wat lees ik om bij te tanken? Wat houdt mij verder bezig? Wat er gebeurd is sinds mijn laatste brief uit Parijs, die van 25 September?

Sinds Woensdag lees ik verslingerd Günter Grass', Mein Jahrhundert. Net voor zijn Nobelprijs stond de recensie van de spaanse vertaling in Babelia, de literaire bijlage van El País. Meteen met Internet in Duitland gekocht. Het is een juweeltje. Allereerst van vertelkunst om van ieder jaar een boeiend verhaal van vier bladzijden te schrijven. Alle verteltrucs om de suspense er in te houden worden gebruikt. Prachtig! Zowel per alinea als over het hele boek. Steeds is er een andere verteller en een ander gezichtspunt. Steeds is er de microbeleving van een (meestal niet-beroemde of onbekende) waarnemer van de grote, zeer beroemde of beruchte gebeurtenis van het jaar door Grass uitgekozen. Geschiedenis van de gewone man, naverteld als herinnering. Ook hiermee is Grass zeer creatief. Soms een intieme 'brief aan mijn kleinkind', dan weer een bombastische rechtvaardiging. Een enkele maal zijn er meer vertellers, zoals over 1914-1918 waarvoor hij een dubbelinterview introduceert met Remarque en Jünger, vier dagen lang, door een jonge zwitserse historica. Allebei schrijvers van bestsellers en ooggetuigen: de een als veldhospitaalsoldaat, de ander als stoottroepencommandant; nog steeds een ijzervreter. Grass schuwt de controverse niet.

Voor 1939-1945 laat hij in 1962 op het eiland Sylt een reunie plaatsvinden van Hitler's officiële oorlogscorrespondenten, wellicht ook fictief, maar je weet nooit. De veelheid van tegengestelde meningen en de openlijke en onderhuidse conflicten die er op tafel komen weerspiegelen wellicht perfect de rest van de natie in die naoorlogse jaren. Dat is misschien net iets teveel voor de duitse ziel van mijn generatie, want iedere duitser die ik nu spreek, zelfs mijn zus die er 40 jaar woont, meenden mij te moeten wijzen op een 'beter' boek over deze eeuw. Mein Leben van Marcel Reich-Ranicki, de ex-hoofdredacteur literatuur van de FAZ, die natuurlijk de gevestigde orde niet zo hardhandig aanpakt als Grass. Ik heb dat boek daarom ook gekocht, net zoals ik vroeger de NRC èn De Volkskrant las. Interessant is overigens dat beide boeken boven aan de toplijst staan van Der Spiegel: Grass op "fiction" en Reich-Ranicki op "non-fiction". Als ik beide boeken uit heb, zal ik voorlopig genoeg Duits achter mijn kiezen hebben. Toch draag ik, ondanks alles, Duitsland een warm hart toe. Het is een groot stuk van 'mijn' europese cultuur. Duitsland is een belangrijk land, met name cultureel. Ik zou er graag meer hebben rondgereisd, vooral het platteland en de kleine steden van het Oosten, want dat ken ik niet. Tja, het ijzeren gordijn is ook iets van mijn generatie....

Ik kijk uit naar boeken van dat kaliber en genre vanuit Engeland of Frankrijk. Of van een ander noordeuropees land. Wie een tip heeft ..... Zo'n eeuwoverzicht is in Spanje niet te verwachten, al zou ik het graag hebben om meer van dit land te begrijpen. Zoals een historicus schreef ivm het Philip II jaar: "Veel spanjaarden moeten hun identiteit nog ontkoppelen van De Roomse Koningen". Het verlies van hun koloniën in 1898 is ternauwernood verwerkt, laat staan de burgeroorlog of de overgang naar de huidige 'democratie'.

Uit Frankrijk heb ik deze zomer wèl een belangrijk cultuurboek gelezen, eveneens getipt door Babelia in verband met de spaanse vertaling. Het is een boek van de filosofe-feministe Sylviane Agacinski (overigens de vrouw van Jospin!) die een interessant betoog schreef gebaseerd op het werk van de franse antropologe Françoise Héritier die onderzoek doet naar de begrippen man en vrouw in allerlei culturen. Héritier vindt dat de enige aanvaarde, nee zelfs onontkoombare verdeling van 'de mens' die is in man & vrouw. Maar dan wel met de cruciale aantekening dat zij existentieel aan elkaar verbonden zijn.

Agacinski bouwt daarop voort, samen met andere vrouwenervaringen, dat de gepredikte 'gelijkheid' van man en vrouw zijn grenzen heeft. Niet in de betekenis die de spaanse recensent er aan gaf van "Gelukkig, moeder weer terug in de keuken"; Agacinski graaft veel dieper. Ze rekent respectvol af met Simone de Beauvoir, haar inspirator, en gaat verder met haar eigen politieke conclusies. Enerzijds analyseert zij het huidige consumptistische recht OP een kind en stelt daar enkele fundamentele rechten VAN een kind tegenover. Zo puntig & lucide had ik dat niet eerder gezien. Te meer omdat zij daarbij de vrouwelijke autonome behoefte aan moeder-zijn grondig analyseert en incalculeert. Precies wat Beauvoir onder het vloerkleed veegde om haar gelijkheidsidee te redden.

Anderzijds, uitgaande van Héritier, stelt Agacinski -even puntig & lucide- dat in alle bestuursorganen mannen en vrouwen fifty-fifty MOETEN deelnemen, los van alle andere, politiek relevante onderscheidingen. Niet als als machtsevenwicht maar om de wezenlijk verschillende inbreng te garanderen. Ik heb veel feministisch werk gelezen, maar zo'n heldere consequenties zag ik nog niet eerder.

Met dit boek is er in het franse feminisme een "echt-vrouwelijke" factor teruggekomen die het radikaal-feminisme, vooral met Mary Daly's GynEcology, eerder op tafel legde. Het Cartesiaanse denken maalt wat langzamer, maar, in een autoritaire cultuur, is het overtuigender dan de visies van Mary Daly, hoezeer ook Daly iedere uitspraak, in perfect-academische stijl, met voetnoten onderbouwde. Agacinski niet, een paar belangrijke bronnen en verder bouwt ze stap voor stap haar eigen logisch betoog. Een boek om in te bijten! De onechte gelijkheid, die Beauvoir verdedigde, heeft zijn tijd, en zijn functie(!), gehad.

Ik kocht bovendien de spaanse vertaling om uit te lenen en spaanse visies te ontlokken. Ignacio had als eerste commentaar: "Vrouwen hebben vaak al meer dan 50%. Waarom dit nog?". Feminisme wordt hier nog gezien als een soort "landje veroveren" als een "zero game". Misschien moet er eerst nog een spaanse Beauvoir opstaan.

En dan de kranten. Gulzig heb ik bijgelezen. En toen kwam ik toe aan deze brief en andere schrijfwerk dat je op mijn sites kunt lezen. Zowel dat verbouwen in Cessenon als het schrijven over Kleinschalige Marketing, hoe boeiend & nuttig, is toch herhaling van mijn tweede leeftijd. Daar lééf ik niet van. Als ik ìets geleerd heb van deze escapades, dan is het wel dat ik moet schrijven over wat ik nu zie. 13 Januari vetrek in naar Zuid-Afrika voor drie maanden. Dan leef ik weer 'op straat'. Dan kan ik weer meer 'streetobserver' zijn dan 'kamergeleerde'. Ik hou jullie op de hoogte.

En nogmaals een gelukkig en goed 2000,    Gérard



© 1997 G.H.A. van Eyk, escritor itinerante.