Gedichten van Jeroen van Eijk
HAIKU
Hij zoekt vrijheid
Hij vindt vrijheid
Je kent jezelf
Er is een grens
januari 1996
REIS
De dagen ze verspringen,
de nacht lijkt verzilverd.
Niets blijft sprinten.
Gedachten stapelen zich op.
De energie wil blijven stromen.
Dolend voor een ogenblik,
onzichtbaar is de handreiking.
Een zoektocht is begonnen.
De wind ze drijft voort
het water en de golven.
Het vuur het bruist, het wezen is net een vlam.
Een moment is vervuld.
Jeroen van Eijk.
februari 1999
EVEN RUST
Een kopje thee
Een kopje koffie
Een koek
Een schepje suiker
Een fijne stoel
Een gezellig gesprek
Voordat het leven voortraast
GRIJS
Hoge gebouwen van gewapend beton rijzen op
Ramen en steen wisselen elkaar af
Het ritme is nog monotoon
Vierkante ruiten en grijs beton
vullen ruimtes op
Daar beneden rennen mensen
Het lijken wel gekleurde stippen
LENTE
De lente begint
De kou verdwijnt uit de grond
De volgende dag
Het zonlicht daalt eerder neer
Een warmtegloed stijgt omhoog
maart 2000
GEDICHTEN
Je bent gekomen
Niet enkel om te dromen
Maar om te nemen
En te geven
Misschien voor even
Hopelijk met veel geluk in een stuk
Ha, de zon...
Het ogenblik is gekomen
Het zijn geen dromen
Wie had dat gedacht,
Het geluk lacht
De wolken verdwijnen
In de lucht tekenen zich lijnen
De klok die bonkt
De zon die lonkt
Het moment is daar
Wij zijn een paar
De wind en de rust
Het is geen must
Dagen gaan
Herinneringen blijven bestaan
Nu brandt er licht
Het geeft leven een gezicht.
Jeroen
Pasen 2000
VOGEL VLIEG JE VRIJ
Een moment kleven
Geeft je tijd van leven
Geef de strijd niet op
Al zie je de wereld op zijn kop
Sla je vleugels uit
Omarm het licht door de ruit
Sta niet te dralen vlieg weg
Over de brandende heg
Kijk niet om
paden zijn krom
De aarde blijkt rond
Waar je landt is wat je bond
Mocht je niets meer vinden
De wereld blijft je binden
De natuur is een gezel
Voel je eigen vel.
november 2000
ZOEKEN
De dagen zullen zijn Zwoegen
Wat zij vroegen
Blijft verborgen
Wat rest zijn zorgen
Het kan mij niet schelen
De pijnen zullen helen
De ogen zullen zich richten
Ik zal niet zwichten.
Het blijft een moment van hoop
De nieuwe doop
Het klinkt vanzelf te gaan
Ik zie het veld vol goud graan
Het is de vraag
Wat maak alles zo traag.
Daar ontspruit water gelijk een bron
Jeroen van Eijk.
maart 2001
DE TIJDREIZIGER
In gedachte gekomen
Op een punt aangekomen
Een verwachting geschapen
Een verademing als wapen
Lucht stroomt langs vele wegen
soms een zegen
Vaak niet te bevatten
dan weer afmatten
Een droom wordt bezongen
door kronkelende tongen.
Een weerzien van ogenblikken
van indikken en afwikken
De stroom is ongebroken
verscholen achter spoken
Een draad een tijd.
overwint een strijd.
Jeroen
september 2001
DE STROOM
De dagen komen
De zon komt op
Het gezicht gericht op de zon
De wind waait alle kanten op
We lopen naar vele plaatsen
De nacht laat stilte ervaren
in een wereld vol beweging
De aarde tolt om haar as
Wat was is enkel nog de pas
oktober 2001
REIS SAMEN MET DE ZON
Een gedachte
ze kruipt over het gordijn
Ze wil maar niet los laten
Het zoekt een uitweg
Buiten is alles mooier
Niets blijft daar hetzelfde
Niets blijft wachten
De zon brandt op de huid
De huid is het huis
Niets blijft daar hetzelfde
Gisteren blijkt jaren geleden
Vandaag schijnt de zon
Ze straalt op de aarde
ogen turen in de verte
Daar waar geen horizon is
Jeroen van Eijk.
oktober 2002
Leef
Het moment is gekomen
Een vlinder vliegt uit
Vrij in de lucht
De ander blijven zoeken
Op een draad
Verlangend naar balans
Je blijft een koordanser
Dansend op de wind
mei 2003
Verloren
Niets is verloren
Niemand is weg
Je bent altijd iets.
Nietig wordt alles
Gekomen om te gaan
Begin klein
Aan de reis
Het einde is groots
Versta de taal
Ze spreekt in woorden
Je wandelt langs ijle poorten
Hun slot is van staal
Kom
Alles vervaagt
Ga
Droom blijf komen
6 oktober 2003
Nabij
In de verte zijn mensen
Ze hebben hun wensen
Ze dralen
Ze dalen
Je ziet ze nergens
Je voelt ze ergens
Waar je ook kijkt, niets
Je weet er is iets
Je ligt te wachten
Het zijn lange nachten
De kracht dooft
Het is leeg in je hoofd
Zijn dat schimmen?
Ogen glimmen
Je staat op
Daar ligt een pop
(1-4-2007)
Dit zijn gedichten die ik van mijn zoon Jeroen op heb gekregen en bewaard op mijn harde schijf . . . tot die het eens begaf.
HAIKU, het is de oudste en de enige haiku die ik heb overgehouden van mijn harde-schijframpen. Gedateerd januari 1996
REIS, De dagen ze verspringen . . .
Ik kreeg dit gedicht naar aanleiding van een reisbrief. Ik had het op mijn werktafel geprikt. Ik had het ook in mijn virtuele archief opgeborgen, onaantastbaar voor de calamiteiten van mijn computer & bagage. De andere, meest haiku's, zijn op verloren geraakt door dergelijke ongein. Jeroen is een sfinx die zich in raadsels & haiku's uit. Zo weet ik nog steeds niet wiens handreiking hij bedoelt: de zijne of de mijne. Ik denk: 'Allebei. Het was gedateerd 1 februari 1999. Ik heb het 14 februari 2000 op mijn site gezet omdat het Valentijn was.
EVEN RUST, een kopje thee, een kopje koffie . . .
Dit kreeg ik van een vriendin uit Eindhoven die ook het Tongelrese blaadje,
Tongel Tingel Tangel, leest waarin deze gedichten zijn verschenen. Vermoedelijk maart 2000
GEDICHTEN, je bent gekomen . . .
Van dezelfde vriendin, nu uit het Paasnummer van Tongel Tingel Tangel.
VOGEL VLIEG JE VRIJ, een moment kleven . . .
Dit gedicht heeft Jeroen mij rechtstreeks toegestuurd. Ontvangen 28 november 2000
ZOEKEN, de dagen zullen zijn Zwoegen . . .
Rechtstreeks van Jeroen na mijn ongeval in Australië. Het refereert kennelijk ook aan de verhuizing waar hij erg tegenop zag. Ontvangen 27 maart 2001
DE TIJDREIZIGER, in gedachte gekomen . . .
Ontvangen per e-mail kort na mijn bezoek aan zijn nieuwe huis op 4 september 2001
DE STROOM, de dagen gekomen . . .
Ontvangen bij zijn reaktie op mijn reisbrief 16; oktober 2001
REIS SAMEN MET DE ZON, Een gedachte . . .
Ontvangen per e-mail van 16 oktober 2002 samen met het antwoord op mijn vraag of hij ook op de lijst wilde komen van dagboek-per-e_mail: 'Ja'.
Hij schrijft vaak over reizen. Ik vraag mij af of het een hommage is aan mijn reislust --die hij van-buiten-af bekijkt-- of dat het zijn eigen reisnostalgie is, contrasterend met zijn ernorme honkvastheid. De regel die mij het meest bezighoudt is De huid is het huis. Dat had de titel kunnen zijn: bloter kan niet.
LEEF, Het moment is gekomen . . .
Ik heb het al een tijd in portefeuille. Weer opnieuw gaat het over het moment van vertrekken . . . of niet
VERLOREN, Niets is verloren . . .
Gekregen als attach bij een e-mail opgemaakt in 20punts Tahoma. Ik denk als verjaardagskado. Hij kon er op 29 september niet bij zijn. Ik schreef er op 3 november over in Mijn Dagboek: "Gekomen om te gaan", een levensvisie die je rillingen bezorgd in vier woorden.
NABIJ, In de verte zijn mensen . . .
Gekregen Pasen 2007. Ik schreef er 9 April 2007 over "Dichter bij de leegte kun je niet komen".
San Sebastián de La Gomera, 4 december 2001, nieuwe aanwinsten toegevoegd en deze pagina een ander aanzien gegeven.
zondag 27 oktober 2002, laatste aanwinst toegevoegd.
vrijdag 28 november 2003, 'Leef' en 'Verloren' toegevoegd
|