Het NetWerk Spel een boekje dat ik met Alexander heb vertaald en uitgegeven in 1986
Voor ieder die aardige vragen stelt over wat dan ook. HET NETWERKSPEL Netwerken is een spel
. . . . ik netwerk, jij netwerkt, wij netwerken . . . .
Netwerken is een spel
Het NetwerkSpel is de kunst van het ontdekken van patronen in de wereld en het maken van nuttige kontakten voor onszelf en voor anderen. Het is het weven van ideeën tot veilige vangnetten. Netwerken is een proces, het zijn geen organisaties. Het zijn geen clubs, scholen, bibliotheken of computersystemen, hoewel netwerken wel in en tussen organisaties bestaan, en daarbij kunnen computersystemen worden gebruikt. Netwerken is zowel een zelfstandig naamwoord als een werkwoord. Netwerken zijn gebaseerd op belangen van mensen. Wij stellen ons mensen graag voor als speurders of ontdekkers met allerlei uitdagingen, Goede organisaties geven hun mensen ruime kans om hun eigen uitdagingen te volgen. Dan groeien netwerken en het spel bloeit op. Maar een organisatie een netwerk noemen, wil nog niet zeggen dat er er ook een is. Je eigen uitdaging volgen
Het aardige van netwerken is, dat je veel tegelijk kunt ondernemen, Het NetwerkSpel is iets anders dan een formele werkgroep; je hoeft het niet eens te zijn over de agenda voor er iets kan gebeuren. Dezelfde wereldbeschouwing
Dit simpele uitgangspunt wordt soms vergeten als men ontdekt hoe krachtig netwerken kunnen zijn in het verspreiden van nieuwe ideeën. De sterkte van het netwerken ligt in de subtiliteit van het proces. Het werkt niet als knuppel.
Netwerken is de kunst om een klus te klaren met twee telefoontjes, WEES PRACTISCH Je hebt je medespeurders veel te bieden: ideeën, telefoonnummers, een goedmoedige roddel, een toepasselijke anecdote, een titel van een boek of een adres. De truc is om practisch te zijn. Goed netwerken is goed gokken en dat is een kunst, geen wetenschap. Op een paar gevaren moet je letten. Je hoeft bijvoorbeeld echt niet alles te onthouden en op te schrijven om een goede netwerker te zijn, (of een goede wever zoals Leif Smith het noemt). Hoewel je nuttiger bent als je af en toe wat opschrijft om ten minste iets van de informatie vast te houden. Een telefoonlijstje dat je op een rustig moment hebt gemaakt kan een goed hulpmiddel zijn in de hitte van de strijd. Sommige mensen kunnen hun eigen telefoonnummer al moeilijk onthouden, laat staan het nummer van een belangrijk kontakt ergens ver weg. Je moet alleen weten hoe je je partners vertelt waar ze de informatie kunnen vinden. Je nut wordt kleiner, als je teveel hooi op je vork neemt. Probeer het rustig aan te doen. Het helpt niet om alles te weten, als je aan je medeontdekkers niet kunt vertellen wat zijn werkelijk nodig hebben. Een ander beroepsgevaar van een netwerker is dat hij anderen geen kans geeft om nuttig te zijn. We kennen allemaal mensen die zich niets laten geven. Na een tijdje valt de communicatie stil. Het NetwerkSpel verandert dan in een instituut, waarbij er maar één speler is, omgeven door toeschouwers. Er ontstaan muren en de goedbedoelende netwerker zal er misschien nooit achter komen wat er is gebeurd. Als je je medespelers niet toestaat om nuttig voor je te zijn, dan leg je hen een schuldgevoel op. Ze voelen zich niet vrij om nieuwe informatie te vragen omdat de uitwisseling eenzijdig is. Een Chinees spreekwoord zegt: "Verplichtingen hebben is een vloek". Het is zeker niet nuttig om je verplicht te voelen ten opzichte van anderen. Een praktische manier om nuttig te zijn voor jezelf en voor anderen, is om die anderen nuttig te laten zijn voor jou. Het derde gevaar waarvoor we zouden willen waarschuwen is het zorgen voor mensen. Dit gebeurt al door vele formele en informele structuren in de maatschappij. Het is een rol die veel mensen goed spelen en die rol is belangrijk. Desondanks is ons idee dat het zorgen voor mensen niet hetzelfde is als netwerken. Als je speuren leuk vindt, en als je andere ontdekkers en hun uitdagingen respecteert, dan zal je zelf ook een goede hulp zijn. Maar je kan ook teveel helpen. Het is soms nuttig andere ontdekkers hun eigen weg te laten vinden. Zo zou je je partners een telefoonnummer kunnen geven in plaats van je relatie voor hen op te bellen. Of je vertelt alleen waar het telefoonnummer is te vinden. Als je je ondergesneeuwd voelt door andermans vragen, vraag je dan af of je niet te nuttig voor hen bent. Met andere woorden, heb je hen het plezier van hun eigen speurtocht ontnomen?
Muziek voor de een is lawaai voor de ander. VERVEEL NIET Een ernstig gevaar voor mensen die netwerken is dat ze vervelend worden. In het NetwerkSpel kunnen goede praters laten zien wat ze in huis hebben en mensen met een geheugen als een pot kunnen hun telefoonnummers opdreunen. Maar de vraag is: Is het nuttig? We hebben bij ons eigen netwerkburo gemerkt, dat drie kontakten vaak nuttiger zijn dan dertig. De kwaliteit van de informatie is altijd de belangrijkste factor. Als je niet zeker weet of de kontakten die je hebt genoemd nuttig zijn, kun je, als je werkelijk denkt dat het helpt, een paar extra namen toevoegen. Maar overlaadt de vrager niet. Dan word je vervelend. We maken zeer bewust een scheiding tussen de functie van bibliothecaris en die van netwerker. Het is niet onmogelijk om beide functies te combineren, veel mensen doen dat. Maar blijf je afvragen of je nuttig bent of dat je de show wil stelen. Je moet voor jezelf het evenwicht zoeken tussen informatie verzamelen en actief gebruiken. Daar is geen magische formule voor.
Een andere manier van vervelend zijn is vergeten te denken aan beide helften van de transactie waar je mee bezig bent. Je kunt je relatie met een bijzondere informatiebron stuk maken door er te veel op te leunen. Het is een vervelend gevoel als je merkt dat je relatie schrikt als die van je hoort of van de mensen die je hem of haar op het dak stuurt. Bezorg je je relatie niet steeds meer werk, zonder daarbij te denken aan een emotionele of materiële uitbetaling? Stel je teveel dezelfde vragen aan dezelfde persoon? Het kontakt zal nuttig moeten zijn of in ieder geval interessant voor beide partijen. Een manier om deze fout te voorkomen is om mensen te zeggen dat ze ook iets terug kunnen doen. Vooral als je relatie de kost verdient met netwerken, zoals een adviseur. Anderen zijn geïnteresseerd in ruilen met behulp van tijd, goederen of nieuwe informatie. Het belangrijkste is dat je geen mensen op pad stuurt in je privé netwerk om je vrienden en bekenden uit te zuigen. Wat dat is héél erg vervelend.
De goden zonden garen voor het web LUISTER Om nuttig te zijn, moet je luisteren en mensen goed begrijpen. Open en met verbeeldingskracht luisteren is echter een kunst die in onze kultuur niet wordt gedoceerd. Veel organisaties blijven daarom in een wij-zij houding steken. Netwerken laat zien dat het zo eenvoudig niet is. In ons netwerkburo gaan wij er van uit dat mensen die ons iets vragen, meer over hun situatie weten dan wij, dus moeten wij erg goed en zonder vooroordelen luisteren naar wat zij werkelijk te zeggen hebben. We hebben gemerkt dat luisteren zowel onszelf als anderen verandert. We luisteren omdat we iets nieuws willen leren, omdat we onze grenzen willen verleggen of omdat we willen groeien, We luisteren omdat we de informatiestroom in onze richting niet willen stoppen. Luisteren is een essentiëel onderdeel van het uitvinden. De belangrijkste strategie is om te luisteren vanuit het uitgangspunt van de ander en dan pas vanuit je eigen standpunt. Vraag jezelf wat je ervan zou begrijpen als je was opgegroeid als de spreker en als je dezelfde dingen had meegemaakt. Als je luistert voor je spreekt, kan er een klein wonder gebeuren. Het wonderlijke is dat netwerken juist de verschillen tussen mensen benut. Netwerken reorganiseert de wereld in herkenbare patronen. Dat is vaak verrassend en opwindend. Deze patronen kunnen nieuwe mogelijkheden openen, maar je zult die nooit ontdekken als je niet luistert met al je kracht en openheid. Als je luistert, stel je geen grenzen aan wat je zou willen leren: Wat je wilt weten kan om de volgende straathoek te vinden zijn, maar je zult het nooit vinden als je niet luistert. Mensen die alles al weten, luisteren niet, zij hoeven niet. Zij gaan het probleem babbelend tegemoet, met de voeten van de vloer. Zij zijn ontoegankelijk voor verandering, nieuwe informatie en . . . . voor wonderen. Mensen die hun zinnen beginnen met: "Weet je wat JIJ ZOU MOETEN doen?", hebben niet alleen weinig respekt voor andere gezichtspunten, maar tien-tegen-een luisteren ze ook niet goed. Niemand vraagt een bevel van een ander; een vriendelijke aanwijzing is vaak veel nuttiger voor een zoeker. (Als iemand mij vraagt of ik weet wat IK ZOU MOETEN doen, zeg ik het liefst "JA" en stop de discussie), De taal die je gebruikt, laat soms zien of je goed luistert. Zoals hiervoor al is gezegd, gaan formele werkgroepen er soms vanuit dat je niets kunt doen voordat iedereen het met iedereen eens is. Netwerken gaat er van uit dat veel tegelijkertijd kan gebeuren. Als je naar iemand luistert, verzamel je informatie zonder dat je het er mee eens hoeft te zijn Je hoeft niemand te overtuigen en je hoeft niet te argumenteren. Het enige wat je 'hoeft' is nuttig zijn. Je bespaart ook tijd als je luistert, vooral als je daaroor ontdekt dat alles al is geprobeerd dat jij ook had willen noemen, . . . plus nog enkele dingen waar je zèlf nog nooit van hebt gehoord.
Verdwalen is de helft van het plezier om er te komen. STEL VRAGEN De waarheid vinden is het mooiste wat er is; daarom wordt ook het stellen van goede vragen zo gewaardeerd. Vragen hoeven geen valkuilen te zijn, of camouflage voor psychologische spelletjes of trucs om iemand in verwarring te brengen. Bedenk goede vragen om je eigen veronderstellingen over de wereld te testen; vooral als je het met de ander niet eens bent. Bijvoorbeeld, als je voordeel wil halen uit een meningsverschil en je er niet door laat beperken, stel dan een vraag. Ga er van uit dat mensen de informatie hebben die jij nodig hebt: vraag daarnaar. Vraag ze waar ze die informatie gevonden hebben, hoe ze op hun standpunt kwamen en waarom ze eraan vasthouden. Als je niet beter wist, zou je zeggen dat er in onze maatschappij voordurend krachten aan het werk zijn, om mensen tegen elkaar op te zetten, om mensen voor elkaar af te sluiten. Je kunt deze desintegratie uit de weg gaan door vragen te stellen: vooral het soort vragen dat niemand anders zou stellen.
De kunst is om dwarse denkvragen te stellen, die ingaan tegen dat wat-iedereen-zeker-weet. Als iedereen weet dat iets waar is, zou het best kunnen zijn dat ze er helemaal niets van weten, Mensen die moeilijke vragen stelden over wat iedereen zeker wist, hebben vaak verbazingwekkende sprongen van onze cultuur veroorzaakt. Een goede vraag is vaak nuttiger dan een goed antwoord. Als je een vraag stelt voordat je advies geeft, kan het zijn dat je geen advies meer hoeft te geven. Deze manier van vragen stellen is ook er nuttig als je omringd bent door mensen die het met je eens zijn. We bedoelen niet dat je een revolutie moet ontketenen op je volgende vergadering. maar vragen stellen over de "zekerheden" van een groep kan zeer nuttig zijn. Met vragen kun je iemand uit een vicieuze denkcirkel helpen. Een simpel "Waarom?" kan iemand veilig van het slappe koord helpen waar we het eerder over hadden.
Wie het onverwachte niet verwacht, zal het nooit vinden. VOOROORDEEL NIET Succesvolle netwerkers letten goed op hun eigen vooroordelen en proberen er altijd doorheen te prikken. Ze spelen vaak dat ze eigenlijk andere vooroordelen hebben, vooral vooroordelen die horen bij de mensen waar ze mee praten. Ze veronderstellen ook dat alles met alles verbonden kan worden. Ze zijn er voorzichtig mee om al te dikke lijnen te trekken tussen ideeën, situaties, mensen en instituten. Ze denken soms dat kikkers prinsen zijn en omgekeerd. Ze denken bijvoorbeeld dat die vreemde gast misschien het meest waardevol voor hen kan zijn. Soms doen ze zomaar een gooi. Ze proberen de meest onwaarschijnlijke vragen in de minst toepasselijke gezelschappen en worden vaak plezierig verrast met de onverwachte reacties die ze krijgen. Een netwerker die leert om af en toe van zijn vaste pad af te wijken, die een onwaarschijnlijk kontakt natrekt, wordt vaak beloond met waardevolle informatie en wonderlijke ontmoetingen. Stel dat je een berg wil beklimmen. Met een verrekijker gedecideerd voor je ogen zoek je de helling af naar een begaanbaar pad. Een vriendin komt erbij, duwt zachtjes de kijker weg en wijst je een pad tien meter verderop. . . . . Het nuttigste wat je soms voor je medespeurders kunt doen is hun blik verruimen zodat ze meer keuzemogelijkheden onderscheiden. Je wilde gok over een idee, een visie, een persoon of een situatie kan datzelfde effect hebben. Een typisch voorbeeld van intensief netwerken is achter een baan aan zitten. Vaak is de jacht op een baan een ontmoedigende bezigheid, met scherpe tijdslimieten en zo. Daarom ga je niet naar een feest. Daar had je net iemand kunnen ontmoeten die iets over die vacature weet. Of je gaat niet met je kinderen naar de dierentuin, waar je de directrice picknickend met haar familie (die je anders al helemaal niet zou hebben gezien) had kunnen ontmoeten. Geloof in het onverwachte, anders - zo zei de oude Griek Heraclitus - overkomt het je nooit. Geloof ook dat nuttige relaties kunnen ontstaan ondanks verschillen in opleiding. Als je denkt dat je met iemand niets gemeen hebt, kom dan met een wilde gok. Begin over het boek dat je de vorige maand gelezen hebt, het restaurant waar je gisteren hebt gegeten, of de mysterieuze ziekte van je goudvis. Vertel over het vreemde resultaat van je laatste laboratoriumexperiment, of hoe je zoon niemand kan vinden die hem boekbinden kan leren. Vertel van de gekke vraag die je twintig minuten geleden van een andere netwerker kreeg. De kern van goed netwerken is goed gokken en goede netwerkers gokken met informatie, relaties en bronnen. Een wilde gok kan erg nuttig zijn als je wat eenzijdig bezig bent met je speurtocht. Het is een manier om nieuwe wegen te openen voor je onderzoek. Het vraagt een beetje nederigheid om aan iemand die niet van jouw niveau is, advies te vragen, maar de beste leraren doen het altijd. De wilde gok onderscheidt netwerkers van computers. Het gaat boven de logica uit en verandert vreemden in vrienden en vijanden in medewerkers. Het maakt de veranderende wereld een uitdaging in plaats van een bedreiging. Het is gokken, maar er is weinig bij te verliezen.
Die zoekt, die vindt Het Verwijzingenspel.
Literatuurverwijzingen
De laatste jaren geniet het woord steeds meer belangstelling in zijn maatschappelijke en sociale betekenis; zoals in dit boek. Let daarop bij literatuurverwijzingen. In dit hoofdstuk zijn enkele verwijzingen opgenomen waarmee een ontdekkingsreis in de literatuur kan worden begonnen. De onderstaande tekst geeft verwijzingen voor wie eerst zelf wil zoeken. Persoonlijke kontakten
Organisaties zonder structuur
Netwerken is zelfhulp
Volgens Naisbitt (Megatrends) komen deze Nieuwe Netwerken voor uit de zelfhulptrend. Deze trend ontstond toen in het begin van de zeventiger jaren de overheid en de bureaucratieën in het algemeen de hun toegewezen taken moeilijk of niet naar behoren konden uitvoeren. Het falen van de hierarchische structuur dwong mensen met elkaar te overleggen en dat was het begin van netwerken. Netwerken zijn mensenwerk
Verdere verwijzingen
Bij de Faculteit Industrieel Ontwerpen, (TU Delft, Oude Delft 39a, 2611 BB Delft) is te koop een reader io64 Netwerken voor Industrieel Ontwerpen, maart 1986, eveneens door Jan Horst. Deze reader bevat o.a. de theoretische hoofdstukken van Lipnack en Stamps en een deel van het boek van Welch. Verder enkele andere moeilijk verkrijgbare artikelen uit diverse tijdschriften. Zelf zoeken
1 Jessica Lipnack en Jeffry Stamps, Networking: People connecting with people, linking ideas and resources. the Networking Institute, P.O. Box 66, West Newton, MA 02165, USA, 1982 Dit is een lijvig boek en geeft een overzicht van de talrijke netwerken in de wereld, maar toch vooral de Amerikaanse die zich op de een of andere manier met de nieuwe tijd bezighouden. Daarnaast bevat het enkele uitstekende hoofdstukken over het fenomeen netwerken (historisch, antropologisch, politiek, struktureel). Het is in Nederland moeilijk verkrijgbaar. 2 Mary-Scott Welch, Networking, the great new way for women to get ahead, Warner Books, New York, 1980 Welch heeft zich gespecialiseerd in het netwerken voor vrouwen die managers willen worden of anderszins in het bedrijfsleven carrière willen maken. Welch behandelt netwerken als een individueel sociaal proces waaraan dagelijks gewerkt moet worden. Het boekje geeft veel praktische aanwijzingen. In Nederland is ook een vrouwennetwerk met vergelijkbare doelstelling. Het secretariaat van de Stichting Vrouwennetwerk is gevestigd in Amsterdan, tel 020 - 233 409 3 John Naisbitt, Megatrends, Spectrum, 1984 Tien trends die het leven zullen veranderen. Hoofdstuk 8 gaat speciaal over netwerken. 4 Marilyn Ferguson, De Aquariussamenzwering, Ankh-Hermes, Deventer, 1982 In het kader van de belangrijkste veranderingen in de wereld wordt ook netwerken genoemd; met name in hoofststuk 7 5 Ronald Gross, The Lifelong Learner, Cambridge Books, New Yorkm 1982 Volgens Pat Wagner is dit "the best book available on good networking". 6 Dean Gengle, The Netweavers´s Sourcebook, Addison-Wesley, Reading, 1984 Dit boek legt een verband tussen het technische computernetwerk en het practisch gebruik ervan vanuit het perspectief van het NetwerkSpel. Zeer veelzijdig, zeer veel verwijzingen met commentaar. 7 Tim Heald, Networks, who we know and how we use them, Coronet, London, 1982 Dit boek gaat over Engelse netwerken: The Old Boy´s Network, waartoe ook Heald zelf behoort, maar zijn stelling is dat dit geen garantie is voor maatschappelijk succes. Het komt aan op het goede spel. Ook zonder zulke school ties is netwerken mogelijk en noodzakelijk. Het zijn de Other Chap´s Networks of de Private Personal Networks. Zeer leesbaar en met actuele voorbeelden. 8 Gérard van Eyk, Netwerken als een marketing instrument, Aflevering 3 in de serie "Het Nieuwe Ondernemen" in Instrieel Ontwerpen, 1, no 3 (febr '86) p.22 en 23. Artikel met enkele practische aanwijzingen voor netwerken, speciaal geschreven voor industrieel ontwerpers. retour index Schuiven met je maatjes, ritselen met je relaties Het Kaartenspel
Je kernnetwerk op speelkaarten
Met dit kaartenspel gaat dit veranderen. Het kaartenspel gaat werken als een plattegrond van je eigen sociale netwerk. Het zijn de hoofdstraten en de structuur: de fijnere details staan thuis in een kaartenbak of op je personal computer. Maar je eigen kaartenspel, draag je bij je, speel ermee, pas het aan, en gebruik het bij ieder probleem. Zo leer je denken in netwerken, zo wordt het een tweede natuur. De spelregels zijn eenvoudig! Alleen roepnamen
Mensen die je herkennen
Patience spelen
Speel vooral in het begin vaak zulke sorteerspelletjes, leg het als een ster met IK in het midden. Zo leer je denken in netwerken als werkwoord. Wie zal mij helpen?
Niet alleen jij bent het middelpunt van je eigen netwerk, iedereen is het middelpunt van zijn of haar eigen netwerk. Je kunt dus in principe iedereen netwerkend bereiken. Denk in netwerken
Auteurs/Vertalers Pat Wagner houdt sinds 1978 mede het buro voor Open Network in Denver draaiende en heeft veel workshops gegeven over netwerken gebaseerd op de principes van dit boek. Ze heeft 14 jaar gewerkt in de communicatieindustrie als uitgever, drukker, schrijver en lerares. Leif Smith startte het buro voor Open Network in 1975. Hij is filosoof en uitvinder en ontwerpt informatiesystemen. Hij schrijft al 25 jaar over systeemtheorie en de wereld van de menselijke ontdekker. Barbara Wagner (geen familie van Pat) is een informatiedeskundige en is afgestudeerd in de bibliotheekwetenschappen en biologie. Ze heeft meer dan 18 jaar gewerkt als technisch informatiemanager in particuliere en overheidsinstituten. Gérard van Eyk is hoogleraar bij de faculteit Industrieel Ontwerpen van de Technische Universiteit Delft. Het doceren van marketing aan studenten voor hun latere beroepsuitoefening leidde tot het onderzoeksproject "Kleinschalige Marketing". Vanuit deze optiek helpt hij d.m.v. cursussen en advieswerk ook grootschalige bedrijven aan nieuwe inzichten over ondernemen in de Nieuwe Tijd. Alexander van den Eijnde heeft als oprichter en coördinator van Ideeprodukt in Eindhoven netwerken en kleinschalige marketing praktisch beproefd. retour index
IK NETWERK, JIJ NETWERKT, WIJ NETWERKEN . . . Netwerken is het leggen van verbindingen. Soms sta ik voor een probleem en ik weet dat ergens de juiste specialist of hobbyist te vinden is. Hoe vind ik die?
Netwerken doe je voor jezelf
Je eigen Netwerk
Netwerken is oud en nieuw tegelijk
Netwerken is zelfhulp
Netwerken zijn mensenwerk
Hoe speel ik het zelf?
Relatiegeschenk
Hoe bestellen?
Start je netwerk met een kadootje
Verklaring
Oorspronkelijke titel: The Networking Game
CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG
retour index |