Mijn Dagboek 111

Dit is Lopend Dagboek (111). Het loopt van 1 tot (voorlopig) 30 Augustus 2009 en begint een nieuwe 'sociale indicator' aan het politieke-voorspellersfirmament ... enzovoort
Index Augustus 2009
1,   2,   3,   4,   5,   6,   7,   8,   9,   10,   11,   12,   13,   14,   15,   16,
17,   18,   19,   20,   21,   22,   23,   24,   25,   26,   27,   28,   29,   30,   31.

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zaterdag 1 Augustus 2009
Ik heb al een paar keer NYT-opinieartikelen van Eduardo Porter opzij gelegd om er over te schrijven, maar tot nu toe werd hij telkens gepasseerd door 'andere prioriteiten'. Zijn artikelen zijn aantrekkelijk omdat hij 'de toestand' probeert te peilen en te duiden aan de hand van statistieken, wetenschappelijke vondsten en recente enquêtes. Dat doet hij grondig, maar hij relativeert het tegelijkertijd, waardoor het echte nadenkertjes worden. De feiten zijn duidelijk en onmiskenbaar, dat verifieert hij grondig, maar 'Wat dóe je ermee?' en 'Wat kàn ik ermee?', zijn de intrigerende vragen die achterblijven.
Interessant is ook dat hij uit een breed gamma van 'wetenschappen' put: De biologie, bijvoorbeeld. Een tijd geleden wist hij het seksuele gedrag van zeerobben te koppelen aan de vette bonussen van bankiers, en de 'moeilijke economie' van het moment. En niet alleen lacherig en badinerend. Hij laat onmiskenbare overeenkomsten zien uit dezelfde biologische wortels. Dat was in On the Origin of Bankers’ Giant Bonuses.
Een ander artikel dat ik opzij had gelegd, analyseert op die manier de morele beoordeling van overspel bij Republikeinen. Over sex tussen ongehuwde volwassenen, en zelfs over homo-sex ligt de morele afwijzing veel en veel lager. De afwijzing van de doodstraf komt in de buurt. Daarmee moet je het vergelijken. Ze hoog ligt de lat. Dat was in Tales of Republicans, Bonobos and Adultery.
In Maart schreef hij The Recession, for Fun and Profit waarin hij uitlegde hoe de 'financiële kermis' onvervaard doorgaat met het aanbieden van dezelfde fantasie-producten die de recessie hebben veroorzaakt. Dat doet hij door de aanbiedingen die in zijn brievenbus vallen op de keper te beschouwen.
En nu heeft hij ontdekt dat er een nieuwe 'sociale indicator' aan het politieke voorspellersfirmament is verschenen. Lawrence Summers, de top economieadviseur van Obama, kwam ermee. Het zijn de geaggregeerde zoektermen van Google. Een piek in bepaalde zoektermen moet toch wat betekenen?
Je kunt bijvoorbeeld het griepvirus volgen door de betrokken zoektermen geografisch en in de tijd te ordenen. En dat klopt! Anders dan straat-enquêtes die naar je mening vragen, hebben we hier te maken met 'gedrag'. Het is een afspiegeling van werkelijke bezorgdheid. Het is 'gedrag', niet 'mening over gedrag'. Dat is het pluspunt van die "Google-Index".
--"Maar wat moet je ermee?"
Porter vraagt zich serieus af "Are We What We Search?", maar blijft twijfelen. Zijn laatste zin relativeert het belang, en wijst metéén op een andere -gevaarlijke- trend:
--"We might not know exactly what they signify, but they can provide any economic forecast with a populist cover".
'A populist cover'!! Ha ha, daar was Summers altijd al goed in. Als Harvard President vond hij dat vrouwen een lager IQ hadden. Niet genoeg voor topfuncties. Dat was hij. Weet je nog? Hij moest aftreden.
______________________________________
EDUARDO PORTER, Are We What We Search?, NYT, July 31, 2009, http://www.nytimes.com/2009/07/31/opinion/31fri4.html
Alles van Porter: http://topics.nytimes.com/topics/reference/timestopics/people/p/eduardo_porter/index.html
Over Lawrence Summers schreef ik 24 januari 2005

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zondag 2 Augustus 2009, reisdag
Mijn wekelijkse portie van 'de duizend' heb ik niet gehaald. Ik zat vol goede moed en conditie, maar ik moest het toch laten afweten na Maandag. De proof reading voor het Kado-boek heeft topurgentie, en toen moest ik voor een spoedbezoek naar NL. Die opeenstapeling werd teveel. Ik heb het 'duizend km plan' opgeschort. Straks om neem ik de TGV naar Brussel. Het gaat per slot niet om '1000', maar om 'regelmatig pittig wandelen'. Na Donderdag pak ik de draad weer op. Tachtig km per week blijft de norm. De stand is nu 454 km. Da's ook mooi. Nietwaar? (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

Roosendaal, NL, Maandag 3 Augustus 2009
Gisteravond ben ik hier aangekomen na een lange zit. In één ruk van Béziers naar Bruxelles. Toen nog een 'kippeeindje' van ruim een uur naar Roosendaal. Ghislaine haalde mij af. Ik had het doel van mijn reis bereikt. Bijpraten, bijpraten!
Voor onderweg had ik talloze 'bezigheidjes' klaargelegd, maar Gery had mij op het laatste moment een boek van Kader Abdolah geleend, Portretten en een oude droom.
--"Voor onderweg", had ze erbij gezegd, en "het speelt in Zuid-Afrika, dat zal je vast boeien".
Dat is gelukt. Nieuwsgierig was ik er al voor mijn vertrek aan begonnen, en vóór Brussel had ik het uit. Het gaat inderdaad over een bezoek dat Abdolah aan Zuid-Afrika heeft gebracht in het kader van het Klein Karoo Nasionale Kunstefees [KKNK] in Oudshoorn in 2001. Dat was een complete rondreis met een groepje schrijvers en journalisten langs diverse universiteiten voor lezingen en discussie. Dat staat niet met zoveel woorden in het boek, maar mijn 'herkenningen' wezen mij de weg. Een jaar eerder had ik enkele dagen opgetrokken met een groepje Belgische journalisten die op een dergelijke 'culturele' uitnodiging in Zuid-Afrika verbleven. Abdolah's boek is van 2003. De beschreven sfeer van de relatie tussen blank, zwart en kleurling --in de toen nog ontluikende 'regenboognatie'-- waren duidelijk 'gedateerd'. Ik had het land bezocht in 2000 en 2002. Dat klopte. Toen ik er de winter van 2004 doorbracht waren de vernietigende corruptie-schandalen begonnen, en de 'lieve' Mandela-periode begon te tanen. Mandela had weliswaar een 'bijltjesdag' weten te voorkomen bij het einde van de Apartheid, maar de volle omvang van de machtstrijd binnen 'hele' [lees 'zwarte'] gemeenschap, waarbij 'Apartheid' als excuus werd gebruikt, kwam pas de laatste jaren boven water met het 'wippen' van Mbeki in 2008. Dat heb ik de afgelopen winter bij de verkiezingsstrijd goed kunnen bekijken.
Kortom, de datering van Abdolah was duidelijk. Ik goechelde nog wat in de archieven van het KKNK, en vond inderdaad dat Abdolah aan minstens een openbare discussie had deelgenomen. Het pikante daarvan was dat die onder leiding stond van Carl Niehaus die zich later ontwikkelde tot belangrijkste 'storyteller' en officiële woordvoerder van Zuma. Ik noemde hem deze winter 'spreekstalmeester van het ANC-circus'. Tot zijn bedriegerijen om zijn 'straaljakkerleefstyl te finansier' overkookten. Zelfs zijn reputatie als 'comrade of the struggle' hielp toen niet meer, en hij verdween van het toneel.
Zo zijn de tijden veranderd. Op het boek kom ik vast nog eens terug.
terug eerste dagboekregel

Eindhoven, NL, Dinsdag 4 Augustus 2009
Het boek van Kader Abdolah, waarover ik gisteren schreef, zou ik tekort doen door alleen maar te schrijven over mijn associaties met wat hij over Zuid-Afrika zegt. Eigenlijk komt Zuid-Afrika 'slechts terzijde' aan de orde. Hij noemt het bezoek aan het Klein Karoo Nasionale Kunstefees [KKNK] nietééns met zoveel woorden, en ook niet dat het om een 'culturele' uitwisseling gaat ten behoeve van de Afrikaanse taal die na de Apartheid heel nieuwe ontwikkelingen meemaakt. Hij schrijft wel over de golf van jonge en nieuwe Afrikaanse dichters, niet-blank vaak, en niet alleen in het stijve vóór-Apartheids Afrikaans. Hij maakt geen melding van het toen nog controversiële Township Afrikaans, dat geleidelijk het pleit gewonnen lijkt te hebben.
Hij reisde, zo wordt in de loop van het boek duidelijk, met een groep NLse schrijvers en dichters langs verschillende universiteiten voor lezingen en discussies met Afrikaanssprekenden. Tussendoor zijn er 'toeristische escapades'. Zo was het ook met die groep Belgische journalisten waarmee ik enkele dagen was meegereisd op hun 'toeristische escapade' aan de 'Weskus', waar ik in 2000 verbleef. Abdolah maakte zijn reis in 2001. Dat destilleerde ik uit de archieven van KKNK.
In de 'vertelling' van Abdolah reist hij niet alleen met die groep dichters, hij reist ook 'imaginair' met vijf vrienden uit het verleden; uit de tijd van het Perzische verzet, waarvoor hij uiteindelijk vluchtte. Van die vrienden zijn er inmiddels drie gefusilleerd, en twee zijn na lange gevangenisstraffen vrijgelaten. Een van die vrienden is bovendien de belangrijkste verteller van het boek. Iedere avond ontmoet Abdolah --onder de naam van Dawoed-- die vrienden, en vertelt over wat hij heeft gezien en meegemaakt. De verteller, Attar, een van die vijf, schrijft over die ontmoetingen met Dawoed, en over de avonturen en waarnemingen van de andere leden van de 'imaginaire' groep. Dat is zogezegd het 'hoofdverhaal'.
Verder zijn er aan het begin van ieder van de een-en-twintig hoofdstukjes citaten uit de Perzische klassieken. Naar eigen zeggen in de Verantwoording van het boek, heeft hij die citaten in veel gevallen veranderd zodat het beknopte vertellingen worden.
Het effect van die meereizende oude vrienden is --tout court-- onmetelijke nostalgie. Het hele boek is daarin gedompeld. Het is één grote poging tot het waarmaken van het onmogelijke; het verlangen om de geschiedenis alsnog een andere loop te geven. Om de plotseling afgebroken vriendschappen te doen herleven. Die 'beknopte vertellingen' uit de Perzische klassieken versterken dat effect.
Op de flaptekst laat Abdolah nog weten dat de twaalf jaar die hij in Amsterdam en in Nederland woont, opeens 'verloren tijd' worden als hij 'zwarte mensen' op hun eigen grond ziet. Het is de twijfel van de ontheemde die zijn plekje gevonden lijkt te hebben. Bij iedere andere 'mooie plek' plek in de wereld slaat die weer toe:
--"Ik had 'hier' moeten gaan wonen. Twaalf jaar geleden al!"
Als je eenmaal losgeslagen bent, raak je nooit meer verankerd, lijkt hij te zeggen. Daarover kun je boeken schrijven. Boeken vol nostalgie.
terug eerste dagboekregel

Eindhoven, NL, Woensdag 5 Augustus 2009
Het boek Portretten en een oude droom, van Kader Abdolah, is zo veelzijdig dat ik er op veel manieren tegenaan kan kijken. En iedere keer is het beeld compleet.
En er is nòg meer. De schrijver raakt verliefd, evenals zijn imaginaire medereizigers. Dat leidt tot het citeren van Afrikaanse liefdesgedichten. Het zich vernieuwende Afrikaans ging gepaard met een golf van jonge dichters en literaire herleving. Vraag mij niet naar oorzaak of gevolg tussen die twee: taalvernieuwing, en opleving van het dichten. Misschien zijn beide wel het gevolg van 'iets anders'.
De titel van het boek is ontleend aan een gedicht van Ingrid Jonker waarvan de eerste strofe luidt:

En leef jy in portrette en ou drome
En leef jy in my siel volmaak en vry:
Ingrid Jonker en dit gedicht zijn weliswaar van vóór het einde van de Apartheid, zij is het ikoon van die na-Apartheidse golf van jonge dichters. Er is een Ingrid Jonker-prijs voor debuterende dichters. Donald Riekert, die ik dit voorjaar in Kuruman ontmoette, had die prijs ook ooit gekregen. Mandela opende het eerste democratisch gekozen parlement op 25 mei 1994 met dit gedicht van haar: Die kind wat dood geskiet is deur soldate by Nyanga
Die kind is nie dood nie
die kind lig sy vuiste teen sy moeder
wat Afrika skreeu skreeu die geur van vryheid en heide
in die lokasies van die omsingelde hart
Ik heb dat gedicht al vaker geciteerd, laatstelijk 11 januari van dit jaar. Daar staat het nog eens volledig. Abdolah noemt dit gedicht ook, maar zijn aandacht gaat meer uit naar jongere dichters en liefdesgedichten.
Sophia leest dit ontroerende afscheidsgedicht voor aan Dawoed ek skryf vir jou
die laatson se wegraak
op die smal bote
van tot siens
die outydse gewuif
van 'n wit sakdoek
en gemaakte tranen
want die trane van die hart
die weet je tog
dit skryf 'n mens nie ...
Dawoed raakt verliefd op Sophia. Zij leest hem voor over haar verlangen: Soos Inhaca kyk na die kus, is ek gekeer
na jou, met my sagte mond, my borste.
'Hoe lank nog eer ek my met jou breë
kasjoeneutbosse verenig, eer ons immekaarpas,
jou bruin liggaam my liggaam?
Nostalgie, afscheid en verlangen, zijn de thema's. Misschien is dat wel het belangrijkste van het hele boek: daaromheen draaien alle vertellingen. Dat is helemaal in lijn met mijn gevoelens bij dit bliksembezoek aan NL en Ghislaine.
___________________________________
"ek skryf vir jou" is van Christine Barkhuizen le Roux, uit de bundel Dimensie.
"Soos Inhaca kyk na die kus, is ek gekeer" is uit de bundel Vir die bysiende leser van Wilma Stockenström het gedicht Afrikaliefde.
"die laatson se wegraak" = het ondergaan van de avondzon
Kader Abdolah, Portretten en een oude droom, Uitgeverij De Geus, Breda, 2003, ISBN 90 445 0238 7

terug eerste dagboekregel

In de TGV tussen Lyon en Valence, Donderdag 6 Augustus 2009
Voorspoedige reis gehad, en veel geluk bovendien. De trein tussen Roosendaal en Brussel kreeg 40+ minuten vertraging. Ruim voldoende om mijn trein naar Béziers te missen. Ik had de goede ingeving om de trein van een uur eerder te nemen. Het is mijn gewoonte om 'Zubringertransport' [zeer] ruim te plannen. Dat was vandaag dus "een goede gewoonte".
Ik stapte over in Dordrecht. Ik had ook in Maastricht kunnen overstappen. Dat was nieuw voor mij. De reistijd is iets korter maar de prijs is hoger omdat het veel meer kilometers zijn. Het traject Maastricht-Brussel is kortgeleden opgewaardeerd tot Intercity. Vandaar.
(100 woorden)
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Vrijdag 7 Augustus 2009
Gisteravond lag ik om half tien in bed. Moe van de vermoeienissen van mijn flitsbezoek aan NL. Verwachtingsvol keek ik naar het plekje recht voor mijn bed waar Mars moest opkomen. Maar Volle Maan kwam eerst.
--"Zie de maan schijnt door de bomen van de buurman", dacht ik nog. Mars kwam daar vlak achteraan. Niet meer dan drie of vier maandiameters later. Een beetje bleekjes, zo met Volle Maan vlakbij.
Straks, als het licht is, ga ik de tuin bekijken. Ik zag gisteravond dat de Vlijtige Liesjes in de grote bloembakken mijn afwezigheid hebben overleefd. Het thuiskomen kan nu beginnen.
(100 woorden)
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zaterdag 8 Augustus 2009
Ik moest vanmorgen weer eens 'naar de dichters'. Ik inspecteerde mijn boekplanken, en onderzocht stapeltjes her-en-der in huis. Tenslotte ging ik buiten zitten met een bundel die ik bij mijn 75ste verjaardag kreeg van mijn 'duitse zus'. Dat is mijn oudste zus die met een duitse man van vlak-over-de-grens trouwde, en nu zéér duitse 'roots' heeft gekregen. Ik schreef eerder over die bundel: Gedichte für einen Sonnentag. In dezelfde serie bestaat ook Gedichte für einen Regentag, maar die bundel vond ik niet. Dat is ook niet nodig in dit Zuid-Franse zomerklimaat.
Toen ik er 11 September 2004 over schreef, was ik gefrappeerd door het zinnetje:
--"So nimm von der Sonne und geh"
Het is een van mijn gevleugelde-woorden-voor-inwendig-gebruik geworden. Ik zeg het op momenten dat 'vertrekken' en 'loslaten' weer eens is aangebroken. Ik haalde toen dat zinnetje aan, maar het hele gedicht nam ik niet over. Nu ik dat nog eens lees zie ik dat er ook het thema van de veerman in voorkomt. Een veerman zet je aan 'de andere kant'. Ik denk aan die stap van mijn zus toentertijd, en aan Herman Hesse, en aan Siddhartha.
Het symbool van de veerman is het 'achterlaten' en opnieuw beginnen, althans voor de reiziger. Met de veerman heb ik mij wel eens geïdentificeerd toen ik Siddhartha pas had gelezen. Dat was een goed beeld toentertijd, tijdens die langdurige ziekte van twintig jaar geleden. Ik moest passen-op-de-plaats maken.
Maar geleidelijk werd ik weer nieuwsgierig naar het land waar ik mijn klanten achterliet. De 'andere oever' en verder. En in dit gedicht komt de veerman ook voor. Het is een gedicht Für ein Kind. De dichter-verteller-ouder heeft in zijn eigen hart gekeken, en stuurt het kind --dat volwassen wordt-- op diens levensweg.
--" ..... und geh", is de opdracht
Het kind zal schaduwrijke bomen, en bloemen op zijn weg vinden. Het zal een rivier oversteken. Daar zal een veerman zijn, en een veilige boot. En aan de andere kant wonen mensen, liefhebbende mensen, en het zal een speciale ontmoeting hebben. Vol verwachting gaat het op pad, maar ook gaat het definitief naar 'de andere kant'.
Dat is de rol van de veerman.

Ich habe gebetet. So nimm von der Sonne und geh.
Die Bäume werden belaubt sein.
Ich habe den Blüten gesagt, sie mögen dich schmücken.

Kommst du zum Strom, da wartet ein Fährmann.
Zur Nacht läutet sein Herz übers Wasser.
Sein Boot hat goldene Planken, das trägt dich.

Die Ufer werden bewohnt sein.
Ich habe den Menschen gesagt, sie mögen dich lieben.
Es wird dir einer begegnen, der hat mich gehört.
__________________________________
Günter Bruno Fuchs, Für ein Kind, pagina 11
Mathias Mayer, Gedichte für einen Sonnentag, Mai 2004, Deutscher Taschenbuch Verlag, München, ISBN 3-423-20705-1

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zondag 9 Augustus 2009
De veerman-metafoor in het gedicht van Günter Bruno Fuchs, dat ik gisteren aanhaalde, is toch echt een andere dan die van Charon, die de dode zielen over de Styx zette. De Styx was het einde. Dat was een zéér definitieve 'andere kant'. Ghislaine haalde die aan in haar reactie. Daar --aan de andere kant van de Styx-- wacht ook liefde schreef zij, God's eindeloze liefde.
Overigens waren daar kennelijk uitzonderingen mogelijk, want het lukte Orpheus om met zijn muziek Charon en de hellehond Cerberus te betoveren zodat hij zijn geliefde Eurydice kon bezoeken.
De liefde die Fuchs in zijn gedicht aan het kind voorhoudt is veel gewoner en aardser: "Ich habe den Menschen gesagt, sie mögen dich lieben. Es wird dir einer begegnen ... "
De veerman van Herman Hesse in Siddhartha is wéér een andere. Siddhartha leert van hem weer naar de natuur en de gewone dingen kijken. Hij laat zijn 'ver-weg' ambities los, en neemt tenslotte de taak van de veerman over.
De veerman van Fuchs, met zijn boot, is een veilige, wellicht vaderlijke, steun om je over een hindernis te helpen: " ... da wartet ein Fährmann [...] Sein Boot hat goldene Planken, das trägt dich"
Ik zou nu nog wat kunnen mijmeren over het gemeenschappelijke van deze veermannen --of 'veerlui? Of geldt dat alleen voor 'voerlui'? Er is vast wel een Totale Veerman, het absolute symbool van wat het betekent een 'rivier', een 'lijn', een 'grens', een 'onmogelijkheid' te passeren; te 'overschrijden'. Het zij zo.
Ik blader liever nog wat verder in Gedichte für einen Sonnentag. Op pagina 42 vind ik een niemandalletje van Ernst Jandl, Die Sonne scheint. Een taalgrapje.

die sonne scheint
die sonne scheint unterzugehen
die sonne scheint untergegangen
die sonne scheint aufzugehen
die sonne scheint aufgegangen
die sonne scheint.
Wat? Een niemandalletje? Een taalgrapje? Misschien geeft het aanleiding tot diepzinnige beschouwingen over schijn en werkelijkheid, of over Dichtung und Wahrheit.
Dat zijn ook geheimzinnige 'overschrijdingen'. Wie weet?
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Maandag 10 Augustus 2009
Mijn wekelijkse portie wandelen heeft behoorlijk onder druk gestaan. De vorige week meldde ik proof reading voor het Kado-boek als stoorfactor, en deze week ging ik voor een flitsbezoek naar NL. Maar ik heb de draad opgenomen, en alweer 40km gelopen. De Ist-Wert was gisteravond 495 km. Nog nčt niet op de helft. De Soll-Wert is 605 km. Het disagio is dus 110km. Dat zal ik niet proberen in te halen. Het is nu dus een 900-km plan. Dat zit er wel in ;-) Om te beginnen ga ik mijn wekelijkse portie van tachtig km waarmaken. Dat moet kunnen.
Het Boek ligt bij de drukker. Dat is belangrijker nieuws. Van Erik, eindredacteur, boekopmaker en avondmens, vond ik vanmorgen vroeg een mailtje van slechts vijf uur oud. In krantemakersjargon liet hij met uitroeptekens weten: "Hij is gezakt!" Dat stamt nog uit de tijd dat de redactie op de eerste etage --of zelfs de zolder-- zat, en de zetters met hun loodzware letterbakken, en de drukkers met hun reuzegrote machines op de begane grond. Daarmee transformeerden zij verheven gedachten tot tastbare, aardse, kranten. Zo was dat toen.
In gewone-mensentaal voegde Erik er aan toe:
--"Hij is omhooggegaan ... geüpload naar de drukker".
Die kan er straks aan beginnen. Levering 15 september. Dat is --niet zo toevallig-- dezelfde einddatum als van mijn '1000' [sorry, '900'] -kilometerplan.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Dinsdag 11 Augustus 2009
Opeens realiseer ik mij dat ik alweer 'over de helft' ben. Over de helft van mijn tijd in Frankrijk. Orion waarschuwde mij vanmorgen. Deze liggende reus staat op rond deze tijd van het jaar. Opeens zag ik de drie sterren van zijn gordel vertikaal staan. Zoals ieder jaar. Toen drong het pas tot mij door.
Venus trekt de meeste aandacht. Die had mij afgeleid. Als de schemering doorzet, vervaagt Orion meteen. Ik zit dan meestal nog te schrijven, en als ik klaar ben, is hij alweer weg.
Venus niet. Die verdwijnt pas als zij ècht door de zon wordt weggebrand. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Woensdag 12 Augustus 2009
In Rue89 staat een kort verslag van een recent --last updated: 03-Aug-2009!!-- OECD onderzoek naar de prijzen voor mobiel telefoneren in verschillende landen. Dat loopt nogal uiteen! Maar Finland, Denemarken en Zweden zijn steevast in de goedkoopste hoek. Nederland ook, maar niet als het om 'low usage' gaat. Dan is Nederland met US$105 weliswaar 'in de goedkope hoek', maar nog altijd twee keer zo duur als Denemarken, de laagste, met $50 per jaar.
Maar het kan duurder in de low usage-groep. Daar spannen de VS en Spanje de kroon met resp 280$ en 250$ per jaar. In Frankrijk betaal je voor dat 'low usage'-pakket van 360 gesprekken, 396 SMS-jes en 8 MMSsen per jaar 216$.
In de 'high use'-categorie (1680 gesprekken, 660 SMS-jes, en 12 MMSsen) is Denemarken wéér de laagste met 183$ gevolgd door NL met 188$.
De duurste is daar Spanje, met 956$. In Frankrijk gaat 'high use' weg voor 604$
Interessant zijn ook de tariefstructuren, maar dat laat ik aan de 'geïnteresseerde lezer' over om zich te laten verrassen in de officiële tabellen. Mij viel op dat in NL het vaste bedrag per maand/jaar alles domineert. Het gebruik per eenheid is 0 [nul]. In Oostenrijk, bijvoorbeeld, is het omgekeerd. Daar is het hele eindbedrag 'gebruik per eenheid'.
Het artikel in Rue89 heeft de titel Pourquoi le mobile coûte-t-il plus cher en France?. Dat was waarom ik er of af ging, maar die vraag wordt ternauwernood beantwoord. Als 'verklaring' wordt aangevoerd dat er maar drie aanbieders zijn die het --kennelijk-- op een accoordje hebben gegooid. Dat zijn Orange, SFR en Bouygues. Die hebben de procedure voor een nieuwe kandidaat lang tegengehouden, maar binnenkort is het zover. De officiële inschrijving is geopend en Free is de gedoodverfde kandidaat. Maar de veelgeroemde 'ondernemersvrijheid' zal Orange, SFR en Bouygues óók in staat stellen alles te 'ondernemen' om de oude orde te handhaven. 'Mesullesien'.
____________________
François Krug, Pourquoi le mobile coûte-t-il plus cher en France ? Rue89, 11-08-2009 http://eco.rue89.com/2009/08/11/pourquoi-le-mobile-coute-t-il-plus-cher-en-france
Mobile phone calls lowest in Finland, Netherlands and Sweden, says OECD report
http://www.oecd.org/document/20/0,3343,en_2649_34487_43471316_1_1_1_1,00&&en-USS_01DBC.html
Tabellen: Low use: http://dx.doi.org/10.1787/622303805401 Medium use: http://dx.doi.org/10.1787/622318882036
High use: http://dx.doi.org/10.1787/622320081807

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Donderdag 13 Augustus 2009
De autobiografie van Barack Obama is van 1995, maar is heruitgegeven in 2004 toen hij 'hogere' politieke ambities kreeg. De titel is Dreams from My Father, en gaat vooral over de vader die hij ternauwernood heeft gekend, maar die grote invloed op hem heeft uitgeoefend. Het boek vertelt van zijn zoektochten naar zijn roots in Kenia. Ik las dat boek in de aanloop van de verkiezingen, en ik schreef er tussen Augustus en November 2008 een paar keer over.
Zijn moeder komt natuurlijk ook voor in het boek, maar zij komt minder uit de verf. Zeker is het boek niet expliciet over de waarden die hij van haar heeft overgenomen. Hij is gedetailleerder over het 'nest' waar zijn moeder vandaan komt, want een groot deel van zijn jeugd heeft hij bij zijn grootouders van moeder's kant gewoond.
Maar nu werd ik verrast door een kort artikel van een jarenlange vriend en collega van zijn moeder onder de titel Dreams from His Mother. Het is als het ware de andere kant van de medaille. Uit de autobiografie wist ik dat zijn moeder, Ann Dunham Soetoro, als antropologe werkte, met name in de tijd dat hij met haar in Indonesië woonde. Later werkt ze ook in Pakistan. Het is het degelijk-ouderwetse antropologisch onderzoek van de "participerende observatie": lief en leed en [dis]comfort delen met de groep die je onderzoekt. Dat heeft ze --wat Indonesië betreft-- met volharding gedaan. In een afgelegen groepje gehuchten aan de zuidkust van Java, lette ze speciaal op de lokale ambachtsman. In 1992 rondde zij een studie van veertien jaar af met een dissertatie onder de titel: Peasant Blacksmithing in Indonesia: Surviving Against All Odds. 'Méér dan duizend pagina's', weet haar vriend en collega, Michael R. Dove, te melden. Het is een diepgaande studie van een 1200 jaar oude industrie.
Het meest interessant is echter wat Dove vertelt over haar opvattingen en haar werkwijze. Anders dan andere antropologen wist zij vol te houden --tegen de heersende opvattingen van het onderdrukkende Suharto-regime in-- dat de mensen aan de randen van de maatschappij niet zoveel verschillen van 'de elite'. En ook dat de heersende opvattingen over armoede --als zouden die aan de armen zèlf te wijten zijn-- niet klopten. Zij wist duidelijk te maken dat de gebruikelijke methodes om armoede op te heffen juist in het tegendeel verkeerden, en de macht van de lokale elite versterkten.
--" ... she had a habit of swimming against the current", schrijft Dove.
Een van de belangrijkste lessen die Obama van zijn moeder moet hebben geleerd is:
--"No nation --even if it is our bitterest enemy-- is incomprehensible. Anthropology shows that people who seem very different from us behave according to systems of logic, and that these systems can be grasped if we approach them with the sort of patience and respect that Dr. Soetoro practiced in her work".
Meer dan de voorgeschiedenis van zijn vader, maakt dit begrijpelijk dat Obama zijn carrière begon als 'community organizer', als 'opbouwwerker'.
--"... the aim of anthropology is the enlargement of the universe of human discourse", schreef de antropoloog Clifford Geertz. Dat had zijn moeder goed begrepen.
--"This was clearly a central goal of Dr. Soetoro’s work and life", besluit Dove zijn artikel: "From an admittedly great distance, I can see those same values in her son".
Het is een heel verrijkend artikel. Het weegt op tegen een dik boek.
_____________________________
MICHAEL R. DOVE, Dreams From His Mother, NYT, August 11, 2009, http://www.nytimes.com/2009/08/11/opinion/11dove.html

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Vrijdag 14 Augustus 2009
Ik heb al een tijd een NYT-column opzij gelegd die mij voortdurend aan het denken zet, maar het is te warrig om samen te vatten. David Brooks schreef 28 juli The Power of Posterity, de macht van het nageslacht. Dat ging terug op een 'wild' gedachtenexperiment in de blog Marginal Revolution van 24 juli waarin iemand schrijft:
--"Wat zou er gebeuren als door een 'gekke zonneflits' alle mensen en dieren aan die kant van de aarde opeens gesteriliseerd zouden worden?"
De eerste reactie, ook in die blog, is natuurlijk terzijde schuiven: Dit is te dom om over na te denken. Maar de blog Marginal Revolution heeft niet voor niets de reputatie van kwaliteit en 'ècht nadenken'.
Natuurlijk gebeurt er in eerste instantie niets. Enkele maanden lang worden nog kindertjes geboren. En de toestroming naar scholen en fabrieken van jonge mensen neemt maar geleidelijk af. Bovendien kan de economie in stand worden gehouden door immigratie van de andere helft van de wereld.
Kortom, er zijn een heleboel 'niks-aan-de-hand' reacties. Dat is op zichzelf ook boeiend om te lezen.
Maar Brooks gaat door op de diepere maatschappij-veranderingen die er het gevolg van zijn. Natuurlijk zijn er talloze mensen die vrijwillig of onvrijwillig niet 'reproduceren' maar hun motivatie om te leven wordt gesteund door het dóórgaan van de maatschappij als geheel.
Stel dat het de Westerse wereld is, gaat Brooks vervolgens verder. Met zijn religies als Jodendom, Christendom en deels zelfs Islam. Die zijn helemaal gebaseerd op een 'toekomstbelofte'. Die valt weg. Wat gebeurt er dan? Toch maar liever terug naar het 'niks-aan-de-hand'-straatje?
En dan de immigratie uit de andere helft van de wereld. Dat gebeurt nu ook bij arbeidstekorten, maar het verschil is essentieel. De immigranten komen niet om in gezamelijkheid 'onze' cultuur voort te zetten, zij zullen 'onze' steden, gebouwen en instituten overnemen, bevolken, 'anders' gebruiken.
Hé! Waar doet je dat aan denken? Dat gebeurt toch al? Dat is toch de angst van de Geert Wildersen van de Westerse wereld?
Maar dat is het ook niet waar Brooks speciaal op doorborduurt. Hij gaat in op de zinloosheid van lange-termijnprojecten. Die zullen niet meer worden geëntameerd. Alleen al daarom zal de 'onze' cultuur ineen zakken, dat noemt hij de Power of Posterity. Het ongeboren nageslacht houdt ons levendig, letterlijk en figuurlijk.
--"Those are all topics we don't think enough about. Because we're not silly enough", staat in een van de commentaren van de blog. Het confronteert je met de vraag naar de kurk waar de hele samenleving op drijft. Geen wonder dat nogal wat briefschrijvers het "Niks-aan-de-hand-straatje" inslaan. Of is het de ...-boulevard?
Laat het Afrika zijn, of een van die andere 'koloniën'. Je moet er niet aan denken!
Zowel de blog, als Brooks, denken er serieus over na. Durf je het aan je eigen gedachten onder ogen te zien? Het is maar een paar klikjes verderop.
_______________________
DAVID BROOKS, The Power of Posterity, NYT, July 28, 2009, http://www.nytimes.com/2009/07/28/opinion/28brooks.html
The mass sterilization of half of humanity http://www.marginalrevolution.com/marginalrevolution/2009/07/mass-sterilization.html

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zaterdag 15 Augustus 2009
Vandaag geen stukje.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zondag 16 Augustus 2009
--"Na ongeveer tien jaar pensioen wordt de vraag --wat doe je nu je met pensioen bent?-- niet meer gesteld. Na tien jaar pensioen is het te laat voor commissariaten, overheidscommissies en het Voorzitterschap Van De Zonnebloem".
Dat schrijft Gerard in een manuscript dat hij mij stuurde, en waarvoor hij een uitgever zoekt. Het bovenstaande citaat is een van de vele bondige observaties en uitspraken die niet alleen gemeen hebben dat ze over de derde en vierde leeftijd gaan, maar dat ze van een insider komen. Galgenhumor van het zuiverste soort dus, want Gerard is een leeftijdsgenoot. Ook tegen de tachtig. Commissariaten en overheidscommissies heeft hij óók al gehad. Hij zit dus al in de 'vierde leeftijd'. Maar wat doe je als je dan nog steeds te vitaal bent om achter de geraniums te zitten?
De handboeken zwijgen daarover.
Daarom heeft hij zich aan het schrijven gezet. De werktitel van het document is Grijzing, aforismen van de derde levensfase.
Een paar voorbeelden:
--"De oude dag duurt langer dan een dag, een jaartje minder mag ook wel".
--"Zonder toekomst is het einde nabij".
Het is uitgeverswijsheid dat 'humor' slecht verkoopt tegenwoordig, maar binnen die categorie doet zwarte humor het nog het beste. Gerard's keuze is dus niet slecht. Maar een boek vol met hoogtepunten 'leest' niet zo lekker.
Ik schreef hem dat hij kontakt moest zoeken met een ulevellen-fabrikant, want op kleine losse briefjes die je onverwacht onder ogen komen, komen dat soort aforismen het beste tot hun recht. Of misschien zou hij contact moeten opnemen met een wand­tegeltjes­fabrikant. En waarom zou hij zo'n fabriekje niet zelf beginnen, en meteen met een koffer vol langs de souvenirwinkeltjes gaan in de overwinteringscentra voor oudjes. Dat is nog eens wat anders dan de hele dag in de zon zitten op een terrasje. Hij schreef terug dat hij meer dacht aan vellen met stickers met één 'grap' per sticker. Om op ansichtkaarten te plakken. Voor de achterblijvers in Nederland.
Ik denk dat Gerard wel weer toekomst heeft, en het einde niet nabij is.
In Perth, Australië, had ik een tijd een kamer in een huis voor oudjes die allemaal 'niets' deden: 'Ik heb hard genoeg gewerkt in mijn leven', zeiden ze als ik er naar vroeg. 'Slow motion suicide', noemde ik het 5 april 2007 in dit dagboek. Het deed pijn. Nu nog. Ik denk er met afgrijzen aan.
Nee, dan denk ik liever aan die andere leeftijdsgenote, Willy, die mij laatst schreef dat ze een heupoperatie moest ondergaan, en daardoor een tijd 'niet zo mobiel' zou zijn. Maar geen nood!
--"Ik houd mij dus nu even bij mijn 'zittende' hobby's, zoals het lezen en vertalen".
Samen met een paar meiden uit haar oude gymnasiumtijd vertaalt ze Metamorfosen van Ovidius.
--"We hebben er een gevorderde student klassieke talen bij gehaald die er zelf óók plezier in heeft", schreef ze erbij.
Ik denk dat Willy ook toekomst heeft.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Maandag 17 Augustus 2009
De wekelijkse portie wandelen heb ik afgelopen week ruimschoots gehaald. Ik begon met twee keer ruim 13, en ik wandelde daarna vier keer ruim 16 km. Zodoende werd het bijna 92. De stand is nu 586 km. Het disagio liep terug van 110 tot 98. Ik ontdekte, met wat experimenteren, waarom ik de vorige weken zo aanleunde tegen dat gevaarlijke 'overtraining'-gevoel. Rustiger opwarmen was de oplossing. Kalm-aan beginnen dus, en niet metéén mijn gebruikelijke 'dóórmarcheren'. Dat scheelde ook in de spierpijn. Die begon mij te ergeren. Mijn conditie is vooruit gegaan. Misschien wandel ik nog naar Olargues binnenkort. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Dinsdag 18 Augustus 2009
Het boek van Luc Ferry dat ik de vorige week aantrof in een boekhandel in Béziers, houdt mij goed bezig. Ik lees het nu voor de tweede keer. Niet dat het speciaal moeilijk is, maar de vergezichten die het opent zijn verrassend. Het boek heet 'Face à la crise, matériaux pour une politique de civilisation'. Het leest als een tierelier.
Het is een verslag van een beraad van de Conseil d'Analyse de la Société [CAS] waarvan hij voorzitter is. De minister-president, François Fillon, had in Januari om een 'reflexion' gevraagd. Zo'n 'reflexion' is politiek onverbindend, en hoeft zich daarom niet te storen aan wat er politiek mee gebeurt. Jammer, zal je misschien zeggen, maar het geeft ruimte aan zeer originele [nieuwe] beeldvorming. Ferry is voldoende 'nourri dans le sérail' om na deze zeer vrije analyse toch met zijn voeten op politiek enigszins vaste grond te komen. Maar dan zijn we al in het tweede en derde deel van het boek. Wat mij fascineert is de analyse van deel een.
Hij begint met helder te maken dat het géén financiële crisis is die is veroorzaakt door een paar 'stoute' bankiers. Het ligt ook niet aan het 'stoute' [neo-]kapitalisme dat slechts een beetje 'moraal' moet worden bijgebracht. Hiermee verwijst Ferry impliciet naar Robert Skidelsky die wees op "de 'morele zwakte' van het 'eigenlijk goede' kapitalisme". "Nee", laat Ferry zien: het is een èchte economische crisis van de èchte economie.
Maar daar stopt zijn analyse niet. Hij vraagt zich af hoe die waanzinnige 'globalisatie', en dat allesoverheersende 'consumentisme' in de wereld zijn gekomen. 23 juni 2008 noemde ik het 'een woest consumptiefeest' en schreef: 'Consumptie is de kern van onze welvaart. Don't touch it. Kortom, het is onze heilige koe.
Ferry gaat op zoek naar de waarde- en normverandering die dat mogelijk maakte. Daar wordt zijn analyse fascinerend, want hij komt op de proppen met de 'alternatieven' van Mei '68 en alle voorgangers daarvan die als 'bohémiens' de 'bourgeois-cultuur' wilden veranderen. Die 19e eeuwse 'bohémiens' steunden op de wetenschappelijke revolutie van daarvóór. En op De Verlichting die er het gevolg van was.
Het kapitalisme maakte beter gebruik van de nieuwe vrijheden, schreef ik 23 juli 2007 naar aanleiding van Nicolas Sarkozy die 'de waarden van Mei '68 wilde begraven'. De spaanse filosoof Josep Ramoneda veegde daar de vloer mee aan.
Ferry schrijft: " ... il fallait que les valeurs et les autorités traditionnelles furent déconstruites par les bohèmes pour que nous puissions entrer dans l'ère de la grande consommation sans laquelle le capitalisme mondialisé ne serait tout simplement pas possible".
[Het was nodig dat de traditionele waarden en autoriteiten werden ontmanteld door de bohemen voordat wij het tijdperk van de massaconsumptie konden betreden zonder hetwelk het wereldkapitalisme eenvoudigweg niet mogelijk was geweest.]
De 'bohemen' zijn dus de 'bedrogen partij'. 'Cocus', noemt Ferry ze. "Onder het plaveisel van Boul'Mich lag dus niet het strand, maar het neo-kapitalisme", schrijft Ferry als variant op een bekende strijdkreet uit Mei 1968: "Sous les pavés la plage". Tragisch.
_____________________
Luc Ferry, Face à la crise, matériaux pour une politique de civilisation, Odile Jacob, Mai 2009, ISBN 978-2-7381-2338-1
Een voortreffelijke 'openbare les' van bijna een uur --als een video van goede kwaliteit-- staat op:
http://www.lemensuel.net/2009/07/06/face-a-la-crise-developpement-durable-et-mondialisation-par-luc-ferry/
Inhoudelijk beslaat het ongeveer het eerste deel van het boek, maar gaat dieper in op de zogenaamde 'economische' crisis.
Over Robert Skidelski en 'het goede kapitalisme': 30+31 maart en 3 juli 2008
Over Ramoneda, Sarkozy en de 'waarden van Mei '68' zie 1 mei 2008 met de voorgaande verwijzingen, en 19 mei 2008
"Sous les pavés la plage" Zoektocht naar 'goede vertaling' zie: forum.wordreference.com/showthread.php?t=37487

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Woensdag 19 Augustus 2009
--"De consumptie-maatschappij kon slechts tot stand komen omdat de 'bohemen', en met name de laatste generatie daarvan, de revolutionairen van Mei '68, traditionele waarden en autoritaire structuren hadden ontmanteld. Zij wilden de bourgeois cultuur vernielen, maar de bourgeois maatschappij kwam keihard terug in de vorm van een wereldwijd consumentisme, de heilige koe van onze economie".
Zo ongeveer vatte ik gisteren het betoog samen van Luc Ferry waarin hij naar aanleiding van de financiële en economische crisis een veel grotere maatschappelijke verandering bij de horens neemt. Niets minder dan een 'nieuwe beschaving' staat op het spel, is zijn conclusie. De ondertitel van zijn boek wijst ook daarop: "Matériaux pour une politique de civilisation".
Is die hele 'ontmanteling' door die 'alternatieven' verkeerd afgelopen? Zeker is dat het geval voor de scholen en onze basisopleidingen. Elementaire relaties waarop het schoolse leren berustte, zijn, samen met andere waardevolle tradities die de cultuuroverdracht ondersteunen, het slachtoffer geworden van overspannen 'creativiteit' en ongerichte 'vernieuwingsdrang'. Het zij zo, vindt Ferry, maar in de nieuwe beschaving zullen wij echter andere kostbare menselijke waarden aantreffen die in de voorafgaande eeuwen niet werden gezien of werden ontkend.
Dat zijn de 'bouwstenen' van 'de nieuwe beschaving": de kijk op onze eigen seks, het irrationele, onze lichaamsbeleving, het kind in ons, originele en verborgen vormen van genegenheid en liefde, het 'vrouwelijke' in de man, het 'mannelijke' in de vrouw, de meervoudigheid van gezichtpunten, onze incoherentie, onze intiemste zwakheden ... kortom al die eigenschappen van het leven die door de 'deconstructie' van de bohemen zijn 'bevrijd'. Zij kwamen in de kunst en de literatuur terecht, en vervolgens in de politiek, om tenslotte deel te worden van ons dagelijkse leven.
Dat wil niet zeggen dat er geen culturele en morele tegenstrijdigheden zijn. Om dat te illustreren voert Ferry een moderne rijke fabrikant ten tonele om daarin de maatschappelijke tegenstrijdigheden van het moment zichtbaar te maken.
Molière [1622-1673] deed dat met personages als Tartuffe, om de toenmalige religieuze hypocrisie van het jansenisme [een zwarte en zware levenshouding] tegenover het jezuïtisme [relatief lichtvoetiger, met ruimte voor vermaak en lijfelijke genoegens] aan de kaak te stellen. Rechtstreeks was dat onbespreekbaar en 'onbegrijpelijk' In die zin was Molière zèlf een 'bohème', al heette dat toen niet zo, en nòg minder was 'maatschappijkritiek' een erkende bezigheid. Integendeel.
De succesvolle fabrikant die Ferry ten tonele voert, is ergens tussen de 60 en 70, en maakt mobieltjes of iets dergelijks massaals. Hij heeft de allerinventiefste ingenieurs in dienst die alle mogelijke creativiteit in het apparaat stoppen, want dat is de must van nu: 'Innovate or Perish'. Ook heeft hij psycho- en sociologen die het publiek omturnen tot dwangmatige kopers en gebruikers. Hij is zelf zeer 'cultivé', en koopt de duurste kunstwerken van de 'artistes maudits' van een halve eeuw geleden zoals Rothko of Basquiat, maar begrijpt niet dat zijn kleinkinderen geen manieren hebben, en de franse taal niet foutloos kunnen schrijven. Nog minder begrijpt hij van zijn zoon die 'aan de drugs' is. Toch is die zoon een perfect product zijn 'marktstrategie': Hij is als de ideale koper die steeds het nieuwste wil hebben, en zich daarvoor ongebreideld in de schulden steekt. Tot de financiële crisis toeslaat.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Donderdag 20 Augustus 2009
Ik schuimde wat in de DVD-collectie van de nieuwe supermarkt hier in de buurt. Ik was op zoek naar 'klassieke films'. Ghislaine heeft er enkele verzameld op VHS, maar de VHS-lezer is kaduuk, en niet meer te koop. 'Dus' overschakelen op DVD.
We hadden al het plan om 'geleidelijk-aan' DVD's doe-het-zelf copieën te maken, maar dat is niet alleen tijdrovend, maar ook 'kwaliteitsrovend'. Daarom maakten we het 'plan' om 'geleidelijk-aan' die klassiekers met namen als Hitchcock, Meril Streep, Robert de Niro, Ingrid Bergman en Ingmar Bergman te vervangen door moderne uitgaven op DVD of Blu-ray. Ze worden regelmatig aangeboden. Eventueel op eBay.
En daarom schuimde ik in die DVD-afdeling. Je weet maar nooit.
Maar nu stond ik opeens met een DVD van André Rieu in mijn handen. 'Live in Australia' stond er op en 'Le Grand Bal'. Wie was André Rieu ook weer? Heel oude associaties komen op met Maastricht en Limburg. Ja, ik weet het "Het Limburgs Symfonie orkest onder leiding van André Rieu", schiet mij te binnen. Mijn vader en mijn moeder waren er gek op.
Maar nee, dit blijkt zijn zoon te zijn die de wereld rondtrekt met een grootse Wiener Abend. Nog dezelfde avond zit ik voor mijn TV en geniet van de aloude Weense Romantiek. Alle bekende Schlagers in het jasje van een moderne TV-show passeren de revue. We zijn in de reusachtige Telstra Dome in Melbourne. Op bepaalde momenten doet het mij denken aan de bals van de Maastrichtse Carnaval. Dat was een heel speciale sfeer. Heel anders dan het gebruikelijke kroegenlopen. Maastricht had daar het patent op. Ja, dat hoorde ook bij die Wiener Abend in Melbourne.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Vrijdag 21 Augustus 2009
Vandaag geen stukje.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zaterdag 22 Augustus 2009, Carla zou 79 worden
Wat mij fascineert in het boekje van Luc Ferry, Face à la crise, dat ik sinds de vorige week onderhanden heb, geldt eigenlijk voor alles wat ik van hem heb gelezen tot nu toe. [En beluisterd, want ik heb e.e.a. van hem 'op-CD-maar-niet-heus': Het staat geript als MP3 op mijn harde schijf: Gewichtsloos!]
Allereerst dat hij een rasechte leraar-verteller is. Zijn boeken zijn ook heel 'vertellerig' geschreven; alsof hij zich voortdurend bewust is van de aanwezigheid van kritische leerlingen. Hij legt de lat hoog, dat wil zeggen, hij stelt hoge eisen. Maar daar stelt hij van zijn kant een grote aandacht tegenover om de lijn van zijn betoog en zijn gedachtegangen helder te houden, regelmatig aan te sluiten bij wat hij eerder zei, en andere 'narrative tricks and stategies'.
Inhoudelijk boeit mij vooral hoe hij omgaat met onze 'culturele erfenis' van Nietzsche, wat ik 16 december 2007 beschreef als: "... het zoeken van een humanisme dat niet is murw-geslagen door Nietzsche en het materialisme, maar dat ervan heeft geleerd, en erdoor is gezuiverd, zonder zijn élan te verliezen".
In het boek dat ik in 2007 onderhanden had, Apprendre à vivre, laat hij bewust niets zien van zijn eigen keuze. Wel zegt hij niet-gelovig te zijn, en analyseert hij de opties zonder een oordeel te vellen. Daarna heb ik zijn CD's over Nietzsche aangeschaft en regelmatig beluisterd. En nu had ik mijn zinnen gezet op zijn analyse van het christendom. Die CD's heb in gekocht, maar nog niet beluisterd. In 'Apprendre' had hij de komst van het 'menselijke' christendom een 'gat in de markt' genoemd want de Romeinse en Griekse cultuur kenden geen 'liefde voor elkaar'. Vandaar dat explosieve 'succes' in de kringen van slaven en soldaten. Hij noemde het later "la naissance de la vie sentimentale moderne, la fondation affective des relations humaines les plus précieuses".
Nu, in Face à la crise, gebruikt hij die 'uitvinding' van la vie sentimentale moderne als een van de grondslagen voor een nieuw élan van een nieuwe beschaving. Europa heeft in zijn geschiedenis drie grote 'motieven' gekend om je leven voor op te offeren. Ze hebben allemaal afgedaan: De Religie, met al die religie-oorlogen, De Staat, met de beide 20ste eeuwse wereldoorlogen, en De Revolutie: alleen al het communisme was dodelijker dan die wereldoorlogen samen.
--"Wij komen nu in een nieuw tijdperk van humanisme", schrijft hij in Face: "Het is niet meer zoals tijdens De Verlichting, Voltaire en Kant. Het gaat niet meer alleen om De Rede en De Rechten, maar het is ook gebaseerd op gevoelens en op de relatie met De Ander. Dat houdt nogal wat nieuwe moeilijkheden in, maar ook beloften".
[Nous entrons ainsi dans l'ère d'un nouvel humanisme: il n'est plus, comme au temps des Lumières, de Voltaire et de Kant, centré sur la raison et sur les droits, mais bien davantage fondé sur le sentiment et le rapport à l'autre. Avec tout ce qui implique de difficultés nouvelles, mais aussi promesses p 55/56]
Dat wordt een van de bouwstenen van de nieuwe beschaving, maar hij is in Face daarover nogal beknopt. Een uitgebreidere behandeling zou op komst zijn, en die is er nu opeens. "Philosophie du temps présent" heet die. Op 3 CD's. "... peut être considéré comme une suite d' "Apprendre à vivre"", zegt de toelichting.
Die CD's heb ik meteen ook maar gekocht. Daar kom ik de winter wel mee door.
_________________
Luc Ferry, Le Christianisme. 3 CD's La Librairie Sonore Réf. : FA5255,
Luc Ferry, Philosophie du temps présent. 3 CD's La Librairie Sonore Réf. : FA5272
Luc Ferry, Nietzsche, 3 CD's Réf. : FA5233, http://www.lalibrairiesonore.com

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zondag 23 Augustus 2009
Ik heb vandaag een rustdag. Ook Vrijdag heb ik overgeslagen. De wekelijkse portie heb ik echter ruimschoots gehaald. Ik liep in die vijf dagen bijna 96 km. Iets meer dan de vorige week in zes dagen. Hiermee heb ik wel ongeveer de limiet van mijn 'overtrainingsgrens' bereikt. Ik experimenteer verder. Dat is ruim-ruim voldoende om in een zomer lang duizend kilometer te wandelen, maar dan zonder 'storingen'. De stand is nu 682 km, en het disagio is teruggelopen van 98 naar 81.
Maar dadelijk komt Ghislaine voor tien dagen. Dan wordt er niet gewandeld. Dan heb ik "Andere Prioriteiten" ;-) ;-) ;-) (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

Beaumont de Lomagne, Tarn et Garonne, Maandag 24 Augustus 2009
Gisteren, na de aankomst van Ghislaine zijn we vrijwel meteen doorgereden naar het Westen. Niks blijven hangen in Cessenon! Samen een vakantiereisje maken met 'toerisme' en bezichtigingen en zo. En zo mogelijk vrienden bezoeken die in dit departement, of in de aanpalende Gers, wonen. Ik zal daar geen [uitgebreid] verslag van doen. Het hoofddoel is 'verkeren met Ghislaine'. We zijn 'op vakantie', cq 'met vakantie'.
terug eerste dagboekregel

Beaumont de Lomagne, Tarn et Garonne, Dinsdag 25 Augustus 2009
Het is mij niet gelukt de Wifi van dit hotel [Le Commerce] de aktiveren. Misschien dat het lukt die van het café in het centrum te aktiveren. Ik vrees dat het aan mijn computer ligt, of aan mijn WiFi-ondeskundigheid, of aan een fatale combinatie daarvan. Daarom kon ik het stukje van gisteren niet opladen, en ook niet 'mijn lieve preferenten' laten weten dat ze zich niet ongerust moeten maken. Dat had ik natuurlijk Zondag nog moeten doen: Ik had "mogelijke radiostilte" moeten aankondigen. Sorry. Maar misschien lukt het straks nog in dat café.
terug eerste dagboekregel

Beaumont de Lomagne, Tarn et Garonne, Woensdag 26 Augustus 2009
Het is ook niet gelukt bij het café Dat is géén I-café, maar ze hebben wel WiFi. Niet gelukt, dus ik ben nog iets meer overtuigd dat het aan mijn computer en mijn [on]deskundigheid ligt. Straks rijden we naar 'huis', naar Cessenon. Dan zal het zeker lukken met de kabelaansluiting. Ik gebruik daar de WiFi nooit.
En tja, want hebben we hier gedaan? "Toeristische objecten" bezichtigd. In dit geval het hele stadje Beaumont de Lomangne, een zgn bastide, de kerk, en een museum Pierre Fermat. Fermat is hier geboren en hoort bij de grondleggers van de moderne wiskunde, en was een bolleboos in de getallenleer. Dat vond ik toentertijd ook een van de leukste hoofdstukken van de wiskunde. Dat museumbezoek had dus een grote 'nostalgie-factor'. Misschien kom ik er nog wel eens op terug. Waarschijnlijker is dat ik een selectie maak van de foto's die ik in het museum heb gemaakt, die tzt op Flickr zal zetten.
Verder hebben we het nabijgelegen stadje Fleurance bezocht. Om eens een andere bastide te zien en een andere kerk. Zo'n bastide kun je beschouwen als een New Town die in de dertiende eeuw --en eerder-- werden gesticht als centra van handel en om de opkomende burgerij woonplek te geven. Als je die wat grondiger bezichtigt, met folders erbij en de Guide Michelin, stuit je op allerlei interessante details van het sociale leven uit die tijd. Boeiend. Het interesseert ons allebei, maar ik ga daar niet over schrijven. 'Verkeren met Ghislaine', is het belangrijkste van deze reis, en samen bastides bekijken is een uitstekend middel.
terug eerste dagboekregel

Cuq Toulza (Tarn), Hotel La Bombardière, Donderdag 27 Augustus 2009
Gisteren schreef ik optimistisch: 'Straks rijden we naar huis', maar nu zitten we tòch in een hotel. En niet in Cessenon sur Orb. Ik was 's morgens nog even naar het museum Pierre Fermat geweest, en toen naar een ontmoeting rond het middaguur op Blagnac, het vliegveld van Toulouse. Daarna huistoe!!
Maar ... goed en wel buiten Toulouse brak de kabel van de koppeling toen we van een Aire de Repos langs de N126 wilden wegrijden. Een goede ziel hielp mij de auto in de schaduw duwen in afwachting van verdere hulp. Hij bracht mij vervolgens naar een garage in het volgende dorp: 31280 Dremil Lafage, Haute Garonne. Het dorp staat niet op de 200.000 kaart van Michelin, maar het bestaat heus. De kabel werd meteen besteld, en na drie uur 'levertijd' kon de montage beginnen. Met vijf uur vertraging reden we verder.
Met de onvolprezen Logis de France-gids vonden we een eind verderop langs de N126 een hotel in 81470 Cuq Toulza. Eenvoudig, familiaal en degelijk zoals bekend van Logis de France. Het dagmenu begon met een uitgebreide hors d'oeuvre. Heel klassiek. Het raakt helaas wat uit de mode in Frankrijk. La Bombardière is een geliefde plek voor vrachtwagenchauffeurs. Dat is altijd een goed teken.
Straks rijden we naar huis. We zullen Castres onderweg 'toeristisch' aandoen.
Dat is --althans-- het plan. Je weet maar nooit.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Vrijdag 28 Augustus 2009
Helemaal volgens plan zijn we gisteren niet alleen thuisgekomen, maar we hebben ook Castres bezocht. Op een kleine stadswandeling na, hebben we de tijd vooral doorgebracht in het Musée Goya. Het 'waarom' van zo'n prachtig Goya-museum in Castres is mij niet helemaal duidelijk geworden, maar het gaat terug op een schenking van een Goya-verzamelaar. Goya heeft met die regio verder niets van doen. Hij heeft wel zijn oude dag doorgebracht in Bordeaux. Hij is daar ook gestorven. De speciale tentoonstelling van dit moment betreft de zgn Caprices, kleine gravures die spotten met de zeden van de tijd. Eind 18e eeuw speelde in Spanje de overgang naar De Verlichting. Ik heb daar vaker over geschreven, want ook een 'zoon van La Gomera' [Ruiz de Padrón] heeft daar een rol in gespeeld.
Goya was hofportretschilder maar maakte deze 'maatschappijkritische' prenten daarnaast. Het is impliciete kritiek op de burgerlijke en adelijke hypocrisie, maar ook op de Inquisitie, die zich tegen de opkomende Verlichting verzette. Binnen de Spaanse adel was daarover felle verdeeldheid. Per slot heeft Goya de hele collectie --de platen en de afdrukken-- teruggegeven aan Ferdinand VII de 'verlichte' koning, de waarschijnlijke opdrachtgever. Vermoedelijk was de persoonlijke kritiek die Goya kreeg te verduren voor zijn 'politieke keuze' een te zware belasting. De tentoonstelling is heel 'didactisch'. Die plaatjes hebben veelal een spaanse zegswijze, of uitdrukking als titel. Het plaatje is daarop de kritiek of de persiflage. Op de bijschriften wordt die telkens zorgvuldig uitgelegd. Zodoende komen de politieke en maatschappelijke tegenstellingen van die periode goed naar voren.
___________________________________
Les Caprices du Maître Goya, http://www.ladepeche.fr/article/2009/07/11/637753-Castres-Coup-de-projecteur-sur-Les-Caprices-du-Maitre-Goya.html
Musée Goya, http://www.musees-midi-pyrenees.fr/musees/musee-goya/expositions/goya-il-etait-une-foisles-caprices-20090628/
Over Antonio José Ruiz de Padrón [1757-1823]: Mijn Dagboek 8+9 nov 2007

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Zaterdag 29 Augustus 2009
Wij 'wisten' natuurlijk altijd al dat 'alle' Fransen abominabel Engels spreken. Méér nog: het is 'bon ton' om het *niet* te kunnen spreken en, voorzover ze er nog iets van bakken, doen ze dat met 'franse' uitspraakregels: Anglais à la Française!
In stilte 'wist' ik dat het een vooroordeel is uit het verleden, want ik heb steeds vaker Fransen ontmoet die goed overweg kunnen met de taal van Shakespeare.
Maar het blijkt géén vooroordeel te zijn. Recente cijfers bevestigen het. De bekende Test of English as a Foreign Language, TOEFL, is het vorig jaar de norm geworden voor het taalonderwijs sinds de vorige minister van onderwijs, Xavier Darcos, dat voorschreef. Nu komt de aap uit de mouw. Weliswaar gaan zo'n 170 duizend jongelui ieder jaar naar 'taal-vakanties' in het buitenland, maar met de TOEFL zitten ze op de 25e plaats van de 43 Europese landen, en op de 69e van de wereldlijst van 109 deelnemers aan die test. Amerikaanse universiteiten eisen een score van 100 [van 120] voor toelating, maar de Fransen halen maar 88. Scandinavië, Duitsland en Nederland halen gemiddeld 102.
En, als klap op de vuurpijl, op het punt van uitspraak komen ze als allerslechtste uit de bus. Mijn 'vooroordeel' was dus géén 'vooroordeel'. Italië en Spanje, die in het verleden ook 'nogal laag' scoorden, hebben stelselmatig verbeteringen laten zien. De Franse 'curve' daarentegen loopt perfect horizontaal.
--"Waar zou dat van komen", vraagt Maryline Baumard zich af in haar artikel Les étudiants français toujours aussi nuls en anglais in Le Monde van 25 Augustus.
--"Misschien zit het wel in de genen, de 'ADN gaulois'", speculeert ze.
Daar laat ze het bij. Ik heb de 170 reacties op dat artikel eens doorgenomen:
--"Let's not forget that English or American students/pupils rarely speak foreign languages themselves?"
--"Ja maar, zij hebben la guerre économique gewonnen!".
--"Ik ken inderdaad Hollanders en Duitsers die goed Engels en Frans spreken, mais leur culture littéraire et leurs lectures sont catastrophiques!".
--"Je denkt toch niet dat l'objectif de nos lycées is om op te leiden voor Amerikaanse universiteiten?!?!"
--"Wij, net als de Italianen, hebben wij alle films in onze eigen taal nagesyncroniseerd. Dáár zit de oorzaak!"
--"We moeten het Esperanto weer invoeren"
--"Iedereen moet verplicht worden twee talen te kunnen spreken".
--"Het probleem van de Fransen is dat ze de allerstomste taal van de wereld moeten leren, zo incoherent en met zoveel uitzonderingen. Daarna is er geen energie meer voor een andere taal".
--"Stop die angst voor een andere taal. Je verliest geen stukje van je eigen cultuur. Het is een kans die beter te leren kennen!"
--"Het Spaans en het Frans zijn de meest verbreide talen van de wereld. Daarom voelen wij ons niet verplicht 'kleinere talen' te leren.
Iemand citeert vervolgens een ironie van Voltaire: 'Sans l'aventure de la tour de Babel, le monde entier aurait parlé français' (L'Ingénu, 1767)
_______________________________
http://abonnes.lemonde.fr/societe/article/2009/08/25/les-etudiants-francais-toujours-aussi-nuls-en-anglais_1231684_3224.html

terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Zondag 30 Augustus 2009
23 Augustus 1939, de dag van de beruchte Hitler-Stalin overeenkomst die Hitler in staat stelde Polen binnen te vallen, dreigde in stilte voorbij te gaan.
De vijftigste verjaardag daarvan viel middenin het 'rumoer' van de val 'De Muur'. In de Baltische Landen is het toentertijd gevierd met mensenketen van meer dan een miljoen Esten, Letten en Litauers over 600 kilometer van Talinn via Riga en Vilnius. Die demonstratie van onafhankelijkheid was mogelijk door de verzwakkende Sovjet Unie. Twee jaar later was de SU óók ineengestort. Sic Transit.
Ik heb mij al eens eerder*) verdiept in de geschiedenis van deze 'uithoek' van Europa toen ik op La Gomera een oud-strijder van de Spaanse Blauwe Divisie ontmoette, en ik zijn verwarde herinneringen probeerde te duiden en te ontcijferen. Toen begreep ik dat '1945' voor die landen geen 'bevrijding' betekende, maar het inruilen van de bruine bezetter door de rode. Het boek van Geert Mak, 'In Europa', dat ik in toen, in 2004, las, verhelderde mij veel.
En nu komt de Frankfurter Allgemeine er op terug. Niet zozeer wegens de 70ste verjaardag, maar wegens de gevolgen voor nu en de nabije toekomst. Rusland heeft namelijk behoefte aan een nieuwe nationale identiteit.
Dat is 'begrijpelijk en noodzakelijk', maar Rusland kiest ervoor om de Stalinistische geschiedschrijving over de 'glorieuze oorlog' met zijn 40 miljoen(!!) slachtoffers als uitgangspunt te kiezen. In het Europarlement is het aan de orde omdat het de EU-relatie met Moskou vertroebelt. Het is namelijk even 'begrijpelijk en noodzakelijk' dat Polen en de Baltische Landen zich heftig verzetten tegen deze 'geschiedenisvervalsing'. Het tast hun eigen nieuwe nationale identiteit aan. FAZ legt uit dat daarvoor de moord op de 20 duizend Poolse officieren en intellectuelen door de Sovjet geheime dienst in het voorjaar van 1940 onder de mat geveegd moet worden. Onder andere.
En daar zijn we weer: Fundamentalistisch Nationalisme was ook de oorzaak van de Europese Oorlogen van de vorige eeuw. Natuurlijk kun je met recht betogen dat het 'eigenlijk' economische oorlogen waren met een nationalistische masker zoals die vroeger een religieus masker hadden. Maar op een herleving van dat soort oude nationalistische emoties zitten we niet te wachten.
De Russische president Medwedjew heeft zojuist een commissie benoemd om deze 'Geschichtsfälschungen zu Lasten der russischen Interessen' te bestrijden. Dat slaat op het idee van het Europarlement om 23 Augustus als Europese Gedenkdag voor de offers van het Nazisme en Stalinisme in te stellen. Dat is precies het 'Stalinisme' waar Medwedjew en de Nieuwe Russen niet herinnerd willen worden. Dus *niet* aan die moord op Poolse intellectuelen nabij Katyn, maar *wél* aan de Glorieuze Vernietiging van het Nazisme door Stalin. Hij is nog steeds een halfgod in vele ogen. FAZ maakt dat in een kort artikeltje helder, maar Geert Mak lijkt mij ook dienstig. Zijn boek uit 2004 is in 2007 in het Engels vertaald. Tussen 2007 en 2009 gaf de VPRO de TV-serie over 'In Europa'. Die is nu gratis op het Internet te bekijken.
____________________
*)Mijn Dagboek 1 december 2004.
Reinhard Veser, Hitler-Stalin-Pakt, Eine Last für die Nachgeborenen, Frankfurter Allgemeine, 23 aug 2009, http://www.faz.net/s/Rub7FC5BF30C45B402F96E964EF8CE790E1/Doc~E14ED1539DBFD442A81D289138494D43C~ATpl~Ecommon~Scontent.html
In Europe: Travels Through the Twentieth Century by Geert Mak, translated by Sam Garrett, besproken door
Martin Woollacott, The slow artillery of time, http://www.guardian.co.uk/books/2007/apr/14/featuresreviews.guardianreview29
In Europa Televisie: http://www.ineuropa.nl/programmas/36788896/uitzendingen/

terug eerste dagboekregel
terug eerste dagboekregel

Einde voorlopig dagboek Augustus 2009