Mijn Dagboek 37

Dit is Dagboek 37. Het loopt van 1 tot 30 juni en begint met het bijna-missen van de boot vanaf La Gomera en een Franse staking die mij niet deerde. Ik volg de microwederwaardigheden à la minute gedurende twee reisdagen. Na tien dagen ben ik nog onwillig mijn paradijsje te verlaten, maar de Frans staking dwingt mij zelfs om met mijn auto dwars door F te reizen naar mijn ankerpunten in het Noorden. Ondanks het prachtige NLse weer en de hartelijke ontmoetingen vraag ik mij af of ik deze tour de force moet blijven 'presteren'. Op de terugweg neem ik Ghislaine mee en in Parijs we ervaren het als een huwelijksreis, want daar begon het precies dertig jaar geleden. Daarom eindigt de maand met points de suspension . . . . . ., want niet alle geneugten zijn vertelbaar.
Index Juni 2003
1,   2,   3,   4,   5,   6,   7,   8,   9,   10,   11,   12,   13,   14,   15,   16,
17,   18,   19,   20,   21,   22,   23,   24,   25,   26,   27,   28,   29,   30,

San Sebastián de La Gomera, Zondag 1 Juni 2003, Reisdag naar Barcelona
In logboekstijl:

0630
Ziezo, ik zit bij de pakken neder (klopt alleen letterlijk). Alles is in kannen en kruiken (klopt alleen figuurlijk). Het wachten is op Ignacio. Ik kijk rond in dit flatje. Ik heb hier twee-en-twintig dagen doorgebracht. Het reis- en het 'blijf'-koffer staan weer ingepakt. Dat laatste neemt Ignacio onder zijn hoede. Er staat ook nog een zak met de lopende voorraad van mijn ijskast, wat groente en wat fruit. Daar ontfermt hij zich ook over.
0730
Ik ben op de boot. Op het nippertje! Gelukkig! Ignacio is niet gekomen. Ik belde zijn GSM, maar kreeg zijn antwoordapparaat. Ik belde zijn huis. Geen gehoor. Hij had mij kunnen bellen als hij wat laat was; om mij niet ongerust te maken, want met de auto is tien minuten voldoende. 0705 was de uiterlijke tijd om het lopend te halen. Ik keek onderweg naar hem uit. Twee minuten nadat ik aan boord was, werd de loopplank binnengehaald. Inmiddels varen we.
Er is één probleem. Mijn blijfkoffer en de zak met met groente en fruit staan onbeheerd in de gang. Ik moet straks de ploerterij, Sña Barbara, even bellen dat ze dat binnenhaalt.
0750
Nog steeds geen gehoor. Ik heb ook een SMS gestuurd. Hij moet zich niet ongerust maken. Ik zit op de boot, maar hij moet zorgen voor de spullen die in de gang staan. Ik kan de ploerterij nu nog niet bellen. Te vroeg.
We zitten op een langzame boot. Geen nood; ik heb tijd genoeg. 'El Rápido', zoals de nieuwe ferry in de volksmond heet, heeft op Zondagmorgen een reis vanaf La Palma. We kunnen hem in de verte zien. Hij zal vlak voor ons in Los Cristianos zijn. Intussen "is er wat te zien". Iedereen staat bij de ramen te wijzen. Het zijn dolfijnen. 'El Rápido', met zijn supermotoren jaagt ze ver weg, maar met de langzame boot is het heel gewoon. Toch is het niet zo heel gewoon. Ik sta naast een kenner en die zegt dat het een klein type walvis is. Die komt hier ook voor, maar zeldzamer.
0915
Ik zit in de speciale Olsen-bus naar Santa Cruz. We rijden nog niet. Op de 'valreep', het ingenieuze trappenhuis waarmee je op de kade komt, belde Ignacio mij op: Sorry, sorry, sorry, totaal verslapen. Hij vreesde het ergste. Ik stel hem gerust. Ik ben al in Los Cristianos. Hij had al de meest fantastische plannen om mij alsnog op tijd op het vliegtuig te krijgen. Eventueel met zijn eigen bootje. Mijn SMS had hij nog niet gehad. En ook niet mijn voice mail.
We wisselen telefonische abrazos uit. Jammer, we hadden graag nog een laatste babbel met elkaar gehad. Gelukkig had ik hem Vrijdag nog uitgebreid gesproken. Ook lang gefilosofeerd over de nieuwe toestand nu hij 'zonder succes' aan de verkiezingen had deelgenomen. Maar het is duidelijk dat hij nu een "echt politiek iemand" is geworden. Zowel voor het volk, als voor de politici. "Que vayas bien", zeggen we nog en beloven lange brieven te schrijven om die discussie voort te zetten.
0920
De bus vertrekt. Ik had vijf liter water bij mij voor onderweg. Drie keer anderhalve liter en een kleintje van een halve. Dat kleintje is nu leeg.
1010
Aangekomen op het 'nieuwe' busstation van Santa Cruz. Al drie jaar klaar, maar de toegangswegen zijn nog steeds niet 'volgens plan'. Wel zie ik dat het prestigieuze congresgebouw in ruwbouw klaar is. Het is een spel van vleugels en schelpen met een reusachtige vleugel die zich beschermend over het gebouw plooit. Een technisch hoogstandje.
1110
Aangekomen op het nieuwe stationsgebouw van Los Rodeos, Tenerife del Norte. Hier zijn de toegangswegen wel klaar. Ik zie ook de --inmiddels voltooide-- vertrekhal voor het eerst. Het kantoortje van Air Europa, waar ik mijn vanuit Nieuw Zeeland telefonisch bestelde kaartje moet afhalen, gaat pas om één uur open. De Grote Wachttijd is begonnen. De volgende ferry was echter te laat geweest. Zo gaat dat op de eilanden. Lage frequenties, lange wachttijden.
1125
Ik heb wat rondgewandeld. Alles funkelnagelneu. Veel bars, maar slechts één klein krantenkiosk dat vooral snoepgoed aanbiedt. En natuurlijk de onvermijdelijke farmacia, maar die is nog niet geopend. Ik heb ook met de ploerterij gebeld. Ignacio was al geweest en had de spullen opgehaald. Ik heb intussen anderhalve liter water gedronken; mijn normale ochtendportie. Fruit wordt hier niet verkocht; water trouwens ook niet. Alleen ongezonde dingen. Vandaar die obligate farmacia.
1200
Als 'lunch' heb ik een groot glas versgeperste sinaanappelsap gedronken. Alle aangeboden alternatieven zijn nòg giftiger. Maar het valt slecht, althans niet 'lekker'. Misschien had ik het bij 100% water moeten houden. Ik kan niks meer vertrouwen.
1310
Ik heb mijn biljet en sta in de rij bij de incheckbalie. Het eczeem begint onbedaardelijk te jeuken.
1345
Eindelijk heb ik de juiste gate gevonden. Ik hoef mij hier pas over een uur te melden. Ik denk dat ik een tukje ga doen. Ik begin aan mij voorlaatste fles water.
1525
In het vliegtuig. Ik stapte als laatste in en nu taxiën we al. Ik heb inderdaad een tukje gedaan en veel gelezen in het hoogst interessante nummer van Babelia. Daar kom ik nog wel eens op terug. Nu niet. Het tintelende en jeukende eczeem beneemt mij de lust.
1530
Take off, 15 minuten overtijd.
1600
Ik ga maar weer eens een tukje doen. Geen zin meer in lezen. De uitslag begint nu pas echt te 'branden'. Ik neem een half asperientje om dat niet zo te voelen en in te slapen. Ik verzet mijn horloge een uur. Ik ben mijn tweede horloge vergeten. Het is nu dus opeens 1700.
1730
Ik neem de homeopathische druppels (Berberis) die Albert mij heeft aangeraden. De maaltijd met lasagna neem ik niet, dat is 'vergif-ten-top', maar het zakje aardapperchips dat ze als toetje aanbieden lijkt mij wel veilig.
1915
In plaats van 1925 zullen we om 1935 landen. 10' vertraging dus. Mijn buurman is verkoopdirekteur van Sony in Spanje. Hij is naar een regionale sales meeting geweest en heeft er een weekendje Canarias aan vastgeplakt. Hij werkt al 23 jaar voor Sony en heeft zich heel erg verdiept in de Japanse cultuur. Boeiend gesprek.
Het rechterooglid dat al de hele dag extra zat te steken en te jeuken begint vervaardelijk te zwellen. Het lijkt wel een muggenbeet. Wie weet?
1930
Geland. 5' vertraging.
1945
Ik ben bij de bagageband aangekomen. Die staat nog stil.
2005
Ik zit in het treintje dat mij naar Estación Sants, het centrale station van Barcelona, zal brengen. Vertrek voorzien om 2013. Ik heb intussen besloten om niet twee nachten in Barcelona te blijven maar morgenvroeg de reis maar te 'avonturieren'. Als de Talgo niet rijdt, neem ik regionale treintjes. Port Bou haal ik sowieso.
2105
Ik sta het op het perron van de Metro om naar het hotel te gaan. Ik heb op het station een biljet + reservering voor de Talgo van morgen kunnen kopen. Dat duurde wat langer wegens de lange rij. De man aan het loket haalde zijn schouders op over de staking in Frankrijk. 'Wat ons betreft vertrekken we gewoon. De trein heeft niet alleen Franse bestemmingen'. OK, logisch. Dus als ik strand, dan is het aan de Franse grens.
2125
Ik ben in mijn hotelkamer aangeland en de bagage afgelegd. Ook even naar mijn dikke oog in de spiegel gekeken. Heel dik inderdaad, maar het jeukt niet meer zo. Ik ga voor het slapen een kleine wandeling maken. Dat is mijn 'postduivengevoel'. Ik moet even 'rondom het huis lopen' voor ik er kan slapen.
2130
Eindelijk loop ik ontspannen op de Ramblas, zonder bagage, niet zo 'belast-en-beladen' als tien minuten geleden.
2140
Ik zit aan de tapas-bar van l'Arc. Nèt om de hoek van de straat van mijn hotel, Carrer de Sant Pau, op de Rambla de Sant Josep. Een glaasje wijn, wat groenvoer en pulpitos á la plancha. En veel knoflook. Dat mag wel na die sinaasappelsap van Tenerife en dat zakje chips in het vliegtuig. Ik moet weinig en 'vastenachtig' eten om die allergie niet op te winden.
2215
Terug van mijn korte Barcelona-Ramblas wandeling. Nu afhaken en plat! De wekker staat op 0730 voor alle zekerheid, maar ik zal wel eerder wakker zijn. Tot de Franse grens kom ik zeker.
2240
Ik heb nog twee liter water. Nu ècht slapen!

terug eerste dagboekregel

Barcelona, Hotel Opera, Spanje, Maandag 2 Juni 2003, Reisdag. Naar Cessenon??
Nog één dagje logboekstijl:

0640
Om zes uur wakker. Ik heb nog één fles water. In bad geweest. In de spiegel zag ik dat mijn rechterooglid behoorlijk is gezwollen. Het zit vrijwel dicht. Dat wordt een éénogige dag. Het is een ander soort ontsteking. Het eczeem schijnt zich terug te trekken. Dat is vaker zo als infecties over elkaar heen tuimelen om misbruik te maken van mijn immuniteitszwakke momenten. De ene drijft de andere uit. Een idee voor de medische wetenschap: De duivel uitdrijven met Beëlzebub. (Of is dat wat ze doen?).
0705
Ik zit in de Metro. Om 0700 stapte ik uit het hotel. Te vroeg, maar de kamer was zo benauwd. Gisteren had ik meteen twee kaartjes gekocht want hier op Liceu was het loket nog niet open en de automaat was stuk. Het is nogal leeg in de Metro. De arbeidende klasse is nog niet op volle toeren.
0735
Ik heb wat rondgelopen op Estacio de Barcelona-Sants en geneusd in de boekwinkel. Anders dan in Rome is dit een kleintje, van 'gewoon' stationsformaat. Stazione Termini had bijna een complete FNAC. Het boek van Rosa Montero en nog een ander, waar Babelia mij op attent maakte, vond ik er --dus-- niet. Ik heb er een fles water bijgekocht. Ik heb nu drie liter. Genoeg als noodrantsoen.
Eindelijk krijg ik wat grip op dit station dat altijd zeer desorienterend op mij werkt. Ik zit op een van de banken voor het grote vertrekbord. Of het allemaal wel doorgaat . . . , zullen we wel vertrekken?
0810
De trein van 0810 naar Alicante en Almeria is vertrokken. Die van 0830 naar Madrid en Cadiz is zojuist aangekondigd. De mijne nog niet.
0825
Ik zit in de trein. We rijden nog niet. Ik heb nèt voor de aankondiging toch maar El País gekocht. Ik zag een bank die mijn resterende NZ-dollars wilde kopen. Daar liep ik nog mee rond. Ik zit tegenover twee Japanse dames. Moeder en dochter, zo te zien.
0845
We vertrekken precies op tijd. Zien hoever we komen.
1045
We vertrekken uit Port Bou. Gewoon op tijd. Er lijkt niets aan de hand te zijn. Hopelijk onnodige zorgen. Ik maak een praatje met de Japanse dochter, maar het vlot niet zo. Ze mag misschien wel niet met 'vreemde mannen' praten. Ze spreekt goed Engels. Haar moeder 'geen syllabe'. Dat gebaarde ze waarschijnlijk --uiterst vriendelijk-- toen ik wat tegen haar zei.
1105
We staan in Cerbère. Mijn Spaanse foon werkt nog. Ik maak een praatje met Ghislaine en met Ignacio om mijn laatste Pre Paid €uro's op te maken. Ik sluit af met €16,51 crediet.
1125
Wat lang moeten wachten. Zou er toch iets aan de hand zijn? Maar nu rijden we toch. Geen mededelingen over vertraging of zo.
1225
We stoppen in Narbonne. Ik heb een tukje gedaan vanaf Perpignan. Om 1236 moeten we in Béziers zijn. Ternauwernood vertraging vermoedelijk. Waarvoor al die paniek en zorgen?
1240
Ik sta op het perron van Béziers. Vier minuten vertraging. Is dat alles?
1305
Ik zit op mijn kamer bij Hotel des Poètes. Ik hoorde van de eigenaresse dat de staking pas vanavond om 2000 begint. Morgen zullen er dus geen bussen zijn naar St Chinian. Hoe kom ik daar dan? Of zal ik maar vlug vanmiddag gaan? Maar ik wil hier ook winkelen, met name moet ik een een Franse Pre Paid kopen voor mijn foon.

Béziers, Hotel des Poètes, Frankrijk, Dezelfde Dag
Het is avond. Ik heb Cessenon niet gehaald. Ik heb de hele middag gewinkeld. Ik ben te moe om de aantekeningen van onderweg over te typen. ¡¡Mañana!!
Even dit for the record:
Direkt na aankomst ben ik naar dit hotel gelopen. Het ligt vlak tegen het stadspark "Plateau de Poètes", heel rustig en redelijk 'in het groen'. Ik had de bus naar St Chinian nog kunnen nemen, maar mijn auto is niet klaar. Zonder auto in Cessenon ben ik 'nergens'. Toen ik Zaterdag met de garagiste in St Chinian belde, bleek dat er een misverstand was. Mijn auto kan niet voor Dinsdag klaarstaan en moet ook nog naar de (franse) APK. Zodoende besloot ik om toch te blijven. Ik zou dan hier wat boodschapjes doen, mijn 60+ kaart verlengen, treinbiljetten voor Peter kopen en meteen mijn franse GSM regelen. Dat is bijna allemaal gelukt. Ik heb voor de komende vier maanden (0)689 146 961. Bellen maar!! (en SMS-en niet te vergeten!!)
Van het eczeemfront slecht nieuws. Zojuist begon opeens vocht uit mijn rechteroor te stromen: 'drup-drup' vanaf mijn oorlelletje. Het gaat hard, maar komt niet uit mijn diepe oor. De oorschelp die eerst op schuurpapier leek, is kletnat. Als super-zweten, maar de kom van het oor is gevoelig en rood. Links is het intussen ook begonnen. Ik denk na over de oorzaak. Vanmiddag heb ik alleen wat fruit gegeten en vanavond een maaltijdsalade op een terrasje. Daar zat een gemeen gekruide sauce op. Ik heb die wat vermeden, maar . . . Dat is het misschien. Ik moet nog wennen aan dat soort lik-op-stuk allergische reakties als ik 'over de streep' ga. Ik was gewend aan meer uitgestelde reakties die op mijn 'vitaliteit/vermoeidheid' werkten. En dat herstelde telkens als ik mij weer aan de regels hield, of terugkwam in de zuivere lucht en/of zon. Ik hoop dat dit ook even 'omkeerbaar' is. Vóór alles moet ik mentaal positief blijven. Daar zorg ik dan maar allereerst voor.
terug eerste dagboekregel

Béziers, Hotel des Poètes, Frankrijk, Dindag 3 Juni 2003
Het is nog vroeg in de morgen. Nieuwe eczeem- en andere ongeinaanvallen hebben toegeslagen. Uit beide oren stroomt vocht en mijn hoofdkussen is helemaal bevlekt. Het wordt al wat minder. Maar mijn ogen zitten dichter dan gistermorgen. Het gezwollen ooglid rechts valt niet meer zo op omdat het links nu ook dik is. Ik hoop dat ik vandaag naar Cessenon kan. Ik heb genoeg 'grotestadsgenoegens' gehad. Straks ga ik eens kijken in hoeverre de staking de regionale bussen heeft aangetast. En opbellen of de APK vandaag lukt; ondanks de staking. Na dit stukje ga ik de aantekeningen van de reis overtypen. Daar ben ik gisteren niet toe gekomen.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Woensdag 4 Juni 2003
Het is nog héél vroeg in de morgen: 0200!!
Ik was niet al te laat gaan slapen, maar na een diepe slaap werd ik klaar-klaar wakker. Ik had de hele dag geen siësta, ook geen kleintje, gehad. Dat verklaart zo'n slaapstoornis. Ik heb me dan gewoon 'te druk gemaakt'. Toch was het geen 'drukke dag', alleen maar dat ik op de kritieke momenten nèt niet even kon knikkebollen.
Gistermorgen heb ik in het hotelbed nog het grootste deel van mijn reisaantekeningen overgetypt. Rond een uur of negen ben ik 'op verkenning' gegaan. Wat functioneert? Wie staakt? Moet ik nog een dagje blijven? Voor de hoteleigenaresse hoef ik pas om 11 uur te beslissen.
Zo kwam ik bij het kantoor van de busonderneming. (De hele regionale busonderneming is gefuseerd en gereorganiseerd, dus het duurde even).
--"Bijna al onze chauffeurs doen niet mee aan de staking", lachtte de dikke man vanachter zijn bureau, "waar moet u heen?"
Ik had ruim tijd voor de eerstvolgende bus om 1115. Nu de garagiste nog:
--"Tegen vier uur staat uw auto kant-en-klaar!"
Nu moest ik nòg een beslissing nemen: 'Waar en hoe spendeer ik de resterende tijd?' Mijn hotelkamer kon niet, maar ik zou wel in de gastenruimte kunnen zitten om te typen. Urgente Béziers-boodschappen waren er niet meer. Zou ik Taner, de Cypriotisch-Turkse schrijver-schilder in St Chinian kunnen opbellen?
--"Ja, leuk, kom zo vlug mogelijk. Je kunt hier ook een dutje doen als je wil."
Ik was er al om twaalf uur. Tegen vieren ging ik weg om de auto te halen. Hij woont zo ongeveer bij de garagiste om de hoek. Een dutje kwam er niet van.
Tegen vijven was ik in mijn zomerresidentie. Meteen druk-druk om alles weer 'in bezit' te nemen. Aarzelend tussen 'meteen aanpakken' en 'alleen maar even kijken'. De appelbomen dragen niet uitbundig --de abrikoos een stuk beter-- en de schaarse kersen zijn rijp. ('Schaars', dat wel, maar nog altijd goed voor een kilo of twee, schat ik.) Ik begon de appelen al meteen uit te dunnen, maar ik floot mij snel terug: 'Niet nu!!'
Toen de overvolle brievenbus. Gelukkig sorteerde ik die physical spam zorgvuldig en zo vond ik een miniscuul handgeschreven briefje van Albert en Annelies. Ze hadden na het pensioen jaren op hun boerderij in Lochem gewoond, maar van Patrick had ik gehoord dat ze nu een huis in Frankrijk hadden. Patrick zou mij nog hun nieuwe adres sturen. Wie weet? En nu dat briefje:
"We hebben een huis gekocht in Prades de Vernazobres".
Dat is hier vijf kilometer vandaan!!
Bellen natuurlijk! En ook Lucretia belde; en mijn broer. En ik ging nog even op bezoek bij Maria Dolores die voor het huis heeft gezorgd om haar te complimenteren over de laatste poetsbeurt en het maaien van het hooggrazige gazon --waar ze over klaagde. (Eigen schuld; ze wordt ervoor betaald om het regelmatig bij te houden.)
Een beetje doorgedraaid tuimelde ik in bed. (Te) vroeg wakker 'dus'.
(Nu ga ik de rest van mijn reisaantekeningen overtypen, de aansluiting op het internet maken en . . . en . . . en . . . . Ik heb het nog druk genoeg voor de zon opkomt. Dan ga ik meteen enkele vierkante meters haag knippen; als ochtendgymnastiek: Tot wederzijds nut).
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Donderdag 5 Juni 2003
Ik heb zwaar geslapen en word met stijve spieren wakker. Geen wonder, ik ben er meteen flink tegenaaan gegaan met de heggeschaar. Na een uur wordt die steeds zwaarder en ik hield het twee uur vol. Toen nog opruimen: De takken in de zakken! Dat is een klus die je beter met z'n tweeën kunt doen, maar, helaas . . .
Als start had ik het mij gemakkelijk gemaakt; alleen de niet-prikkende struiken. Maar het bleef een aanslag op weinig gebruikte spieren. Dat is wat ik nu merk. Ik heb extra aandacht besteed aan het oprekken en weer soepel maken. Vanaf vandaag zal ik elke dag enkele uren "vreemde bewegingen" moeten maken. Vanmorgen de lees- en schrijftaken, vanmiddag de 'slafelijke arbeid'.
Maar het verder "inbezitnemen" is een feest van herkenning. En dan de vruchten van de tuin. Gisteren, voor de lunch, at ik kersen van eigen pluk. Ik at ook van de abrikozen-compôte die ik het vorig jaar had gemaakt van de overvloed. De boom draagt om de twee jaar --dat was althans de ervaring-- zodat een flinke voorraad diepvries en inmaak een "goed idee" was. Maar nu heeft de boom zich 'bekeerd': Niet zo 'tjok' als vorig jaar, maar 'overruimschoots' voor mijn behoefte. Dubbel 'overruimschoots' dus.
Ik geloof dat ik mij hier het beste thuisvoel van alle plekken. Jammer dat ik er maar drie maanden kan wonen.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Vrijdag 6 Juni 2003
--"De staking wordt grimmiger", zei het nieuws. Dat is alles waar ik er van oppik. Verder laat ik de krant en het wereldgebeuren en de wereldcommentaren --en alles-- voor wat het is. Ik vakantie genomen van het naarstige 'krantje lezen'. En, oh ja, ik heb ook even naar Het Weer gekeken. Daar laat ik het voorlopig bij. En een 'vrije tijd' dat ik heb!! Ongelofelijk.
Gisteren heb ik enkele uren pittig in de tuin gewerkt in plaats van de dagelijkse pittige wandeling, ik heb een lang telefoongesprek gehad met een volle nicht aan wie ik totnutoe alleen gezellige brieven schreef, maar die meer een prater dan een schrijver is. Dat schreef ze al vaker. Daarom zou ze mij eens bellen.
Het klopt. Een prater, geen schrijver. We hebben zeker drie kwartier bijgepraat. Lekker in het aloude dialect dat nog maar een paar mensen spreken. De huidige generatie in die streek, mijn nicht zelfs ook een beetje, zijn volledig aan het 'verhollandsen'. Vreselijk, dat klungeltaaltje wat dan ontstaat: vlees noch vis.
En om het NL-gevoel nog wat te benadrukken ging ik --heel hollands-- op visite bij Albert en Annelies. Heel NLs. Zij wonen pas een paar maanden in dit land. Alleen dat NLse tijdschema al: 'na het eten op de koffie komen' betekent gewoon 'om een uur of half acht' en dan de avond samen doorbrengen. Niks van dat Latijnse gedoe van avondeten om acht uur (Frankrijk) of half tien (Spanje).
Zo 'onder de rook van Holland', werd het een heel Hollandse dag. Morgen weer, dan komt mijn broer met zijn vrouw 'op visite'.
--"En die verdomde stekelhaag? Waar blijft die dan? Daar deed je altijd zo moeilijk over!"
Die komt vanmiddag onder de schaar. Gistermiddag was te nat, het druilde zelfs. Daarom heb ik mijn dagelijkse 'drie pittige uurtjes' besteed aan onkruid uit de grond rukken. Dat was ruimschoots voorhanden. Nu niet meer.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Zaterdag 7 Juni 2003
Het knippen van de haag, gisteren, was een fiasco. Ik had gewoonweg de spierkracht niet in mijn armen om die --per kwartier-- zwaarder wordende machine twee uur lang te hanteren. Toch lukte mij dat voorgaande jaren. Toen was het eerder mijn rug de limiterende faktor. Na een paar dagen moest ik een dag overslaan.
--"How come?", vroeg ik mij af.
Mijn algemene uithoudingsvermogen is OK, hoewel ik met de eczeem-treurnis (en Whiritoa!!) niet zoveel 'pittig gewandeld' heb als normaal. Ik heb op La Gomera wel veel werk gemaakt van spierkrachttraining om 'de 400 treden' in ononderbroken trajecten van zo'n dikke 100 treden op te stormen. Dat is gelukt. Iedere week verbeterde mijn 'score'. (Ja, inderdaad, dat soort dingen houd ik bij. Wat moet ik anders doen dan "tellen en klokje kijken" bij dat soort eenzame bezigheden?).
Maar wat ik heb verwaarloosd zijn mijn armspieroefeningen. Die doe ik onderweg bij lange wandelingen en door bij de ochtendgym een steen honderd --of zo-- keer op te tillen. Typisch een power-oefening die ik oorspronkelijk alleen heb verzonnen om het evenwicht bovenlijf-onderlijf te herstellen. M.a.w. type-spieren versus wandel-spieren. Ik verwaarloos dat wel met periodes (ik kan per slot niet alles bijhouden), maar als ik de draad weer oppik, zoals bij het terugkomen in de 'trappenstad San Sebastián', dan geniet ik van de snel stijgende 'score'.
Kennelijk, --helaas--, liet ik niet alleen 'genot' schieten, ook "feitelijk functioneren". Daarom haalde ik maar de helft van de haag aan de voorkant van het huis.
Verwaarloosd onderhoud!! "Shame upon me!!"
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Pinksterzondag 8 Juni 2003
Over twee dagen ben ik hier al weer weg.
Ik heb helemaal geen zin in "wegwezen". Ik wil "blijven".
De bedoeling was 'eind-van-de-week' vertrekken, en dan één weekje NL. Maar ja, bij de invulling met de agenda in de hand --en zoveel mensen om te ontmoeten-- werd die NLse periode voortdurend langer en mijn tijd in dit paradijsje korter. Vertrekken uit NL is niet veranderd. Dat was een keiharde afspraak voor een dineetje met vrienden die we anders ook 'nooit' zien in Parijs. Bij mijn vroegere buurvrouw in Parijs. Ver in de tachtig! Gepland de 22e. Op "de terugweg". Samen met Ghislaine.
Mijn jaarlijkse bedevaart naar NL is omgeven met gemengde gevoelens. Het is mijn enige kans mensen te zien die ik de rest van het jaar moet missen; of virtueel aanwezig zijn per foon, mail of imaginatie. Daar kijk ik naar uit.
Aan de andere kant is het een lange donkere tunnel met bedreigingen van mijn topsporters-evenwicht. Luchtvervuiling, grauwe luchten, liefdevol aangeboden eten en drinken en verleidingen om af te wijken van nuttige disciplines. Het is voor 'de ander' zo ongeloofwaardig. Ik heb ooit geschreven over het krijgen van kadootjes. Een boek was het toen. Een prachtig boek, maar gewoon niet-meeneembaar. Citaat:
   "Ze hebben mij hun onbegrip geschonken, hun ôh zo begrijpelijke onbegrip.
   "Om dat kwetsbare en weerloze gebaar hou in nòg meer van hen.
   "Het was zo ontwapenend eerlijk. Dat was hun wèrkelijke kado."

--"Je ziet er zo goed uit. Waarom blijf je niet wat langer?"
Tja, wat moet ik dan zeggen? Hoe leg ik dat uit? Moet is mij verdedigen als ze zeggen dat het 'tussen mijn oren' zit? Ik leg het niet uit. Het is onuitlegbaar. Ik probeer het onbegrip te lezen als een liefdevol gebaar. Precies als toen met dat boek.
Als ik terugkom zal ik wel weer bijtrekken. De abrikozen, die nu net beginnen de rijpen, zullen dan allemaal op de grond liggen te rotten. Jammer. Daarvoor heb ik iedereen in NL weer eens in de ogen kunnen kijken en kunnen omhelzen. En, niet te vergeten, ze zullen mij omhelzen.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Pinkstermaandag 9 Juni 2003, Peter wordt 44! Proficiat!
--"Mijn algemene uithoudingsvermogen is OK", schreef ik een paar dagen geleden. Inderdaad. Ik heb een paar 'meetlatwandelingen' gemaakt. Dat zijn trajecten waarvan ik precies weet hoe lang ze duren. Ik meet er mijn conditie aan af. Naar de brug van Réals, en dan langs de andere kant van de Orb terug, duurt precies twee uur in mijn marcheertempo. Ik liep er zeven minuten op in. De wandeling naar l'Escougoussou, vanmorgen, was precies zo.
Maar de armspieroefeningen, waar ik meteen aan begonnen ben na fiasco van Vrijdag, waren ver beneden mijn 'norm'. Vanmorgen ging het al wat beter. Het herstelt snel. De 'meetlatoefening' daarvoor is om met gestrekte armen kleine cirkels boven schouderhoogte te maken. Ik doe dat onderweg in series van honderd op marstempo. Met een beetje oefening haal ik gemakkelijk tweehonderd, maar nu moest ik bij vijftig al afhaken voor een pauze. Het is een spierkrachtoefening, dus het gaat erom het ononderbroken te doen. Maar vanmorgen, zij het met moeite, haalde ik de honderd weer. Aan de haag heb ik mij daarom nog niet gewaagd. Jammer. Als we de 22e terug zijn, is ze natuurlijk ook weer fors gegroeid.
Na de wandeling naar l'Escougoussou, ben ik meteen, bezweet en al, aan wat tuinklussen begonnen. (Dat scheelt een keer douchen!). En 'meteen', want het niet-knippen van de haag, hoe 'logisch' dan ook, belast mij met schuldgevoelens. Zo werkt dat. Eerlijk is eerlijk.
Ik heb de appelbomen uitgedund. Ze dragen niet zoveel dit jaar. Vermoedelijk heeft een nachtvorstje de bloesem gedeeltelijk 'gepakt'. Géén nood, overigens, want er hangt nog genoeg aan voor één persoontje. Tussendoor gaf ik de bomen water met het half-automatische systeem dat de vorige bewoner heeft achtergelaten. Daar moet e.e.a. aan vernieuwd en gerepareerd worden (het vorig jaar deed ik de verdeelkranen), daar heb ik nu geen tijd voor. En daarna begon ik aan de kersen. Ze stonden heel verspreid, dus de ladder moest vaak worden verzet en voor een deel moest ik 'ouderwets' in de boom klauteren.
Woensdag schreef ik: "goed voor een kilo of twee". Helemaal fout! Het zijn er vijf geworden. Twee kilo al eerder, en de laatste drie vanmorgen. Van de minder goede heb ik intussen al compôte-zonder-pitten gemaakt, één kilo geef ik mee aan Albert en Annelies die vanavond op bezoek komen, en één kilo ga ik dadelijk wecken-met-pitten. Gisteren was ik uitgenodigd bij Olivier en Dominique. Zijn kersenboom is van een ander soort en is nog erg klein. Daarom nam ik voor hem ook een kilo mee. De rest heb ik zelf opgepeuzeld. Andere jaren haalde ik er hooguit anderhalve kilo vanaf. Dat ik de boom verleden herfst flink heb gekortwiekt, heeft dus geholpen.
Dat was de lange tuiniers-ochtend van deze Pinkstermaandag.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Frankrijk, Dinsdag 10 Juni 2003, Lisa 10 jaar! Proficiat!
Mijn oudste kleindochter is jarig. Gefeliciteerd! Als het een beetje meezit, krijg ik haar vanmiddag aan de foon. Mijn oudste zus is ook vandaag jarig, maar zij heeft kennelijk haar verjaardag 'de deur uitgedaan'. Dat foontje houd ik haar tegoed.
Hier is het mijn laatste dag. Het is vlug gegaan, en dat zonder 'hegknippen'. Ik heb mij niet verveeld bij gebrek aan bezigheden; noch om andere reden. Ik vraag mij zelfs af waar ik de tijd vandaan gehaald zou hebben. Voor mij gaat de zon nog iedere dag te vroeg onder. Ik heb daarom nog helemaal geen zin om in te pakken: Er zijn nog zoveel leuke hier.
Het 'goede' nieuws van de dag komt van de abrikozenboom. De eerste rijpe zijn afgevallen. Ik heb ze bij mijn lunch 'gesavoureerd'. Het 'slechte' nieuws is dat ze allemaal zullen zijn afgevallen en op de grond liggen te rotten als ik terugkom.
Daar laat ik het bij voor vandaag. Ik moet nu eindelijk eens gaan inpakken.
terug eerste dagboekregel

Macon (F), Fasthotel, Woensdag 11 Juni 2003
--"Macon? Fasthotel? How come? Zou jij vandaag niet met de TGV naar Lille gaan?"
--"Jazeker, maar toen ik gistermiddag eindelijk mijn reis serieus nam en eens informeerde naar het 'stakingseffect' op 'mijn' trein, bleek die "supprimé". Aj!! Ik had gistermorgen kunnen reizen of morgen".
--"Maar je had toch nog via Parijs kunnen gaan? Je hebt de hele dag vóór je."
--"Ja, net als de vorige keer, maar ik had er geen zin in. Parijs zat bovendien vol met manifestaties en vervoersstakingen. Om van Gare de Lyon naar Gare du Nord te komen zou zeker niet vlekkeloos verlopen. Ik had opeens zin om met de auto te gaan. Om half zes was ik klaar om weg te rijden".
Ziezo, dat dialoogje hadden we kunnen hebben. Het is nu half vijf in de morgen. Om tien uur kwam ik hier. Het 'hotel' --zeg liever slaapmachine-- was al dicht. Met met een creditkaart kreeg ik een sleutel uit de automaat. Voor 31€. "Formule 1", hier aan de overkant, was vol. Daar hadden ze hetzelfde systeem: voor 30€. Ik zit hier vlak bij de péage aan de Noordkant van de stad.
De rit verliep verder vlekkeloos. Bij de 'benenstrek-rust' na twee uur, heb ik Ghislaine gebeld. Net als na aankomst. Beide verhalen zitten in haar voice mailbox. Dus zij weet nog van niets. Julie trouwens ook niet.
Ik hoef vandaag verder geen haast te hebben om vanmiddag rond twee uur bij Julie in Kortrijk te zijn. Ik heb gisteravond al 500 km gereden, bijna de helft.
Wel moet ik onderweg --vóór mijn vertrektrijd in Béziers-- bij een SNCF-station langs om mijn kaartje te annuleren. Ik moet ook nog wat ondergoed kopen, want dat ben ik inderhaast vergeten. Omdat ik met de auto reisde heb ik mijn koffer niet zo precies ingepakt en zelfs een extra tas bij me met wat kleren uit de voorraad die in Cessenon ligt. En eten & drinken voor onderweg; allemaal niet-routine dingen. Vandaar die 'foutjes'. Plannen kunnen 'opeens' veranderen.

Dezelfde dag, 1815, St Eloois Winkel, nabij Kortrijk (B)
Ik was hier om half vier. Ik was al eerder in de streek. Ik had er om half twee kunnen zijn. Ik had Julie opgebeld dat ze mij niet hoefde af te halen. Zij was niet eerder vrij dan half vier en ik maakte van de gelegenheid gebruik om bij de Carrefour te sjoppen om de vergeten T-shirts en onderbroeken te vervangen en wat bij te trekken op een bosrijk plekje. Omdat ik toch langs de Brico kwam, kocht ik daar maar meteen de kleine klusdingetjes voor het repareren van de wastafel in Cessenon. Dat scheelt mij de volgende week een reisje naar Béziers. Nu ik toch met de auto ben, zijn de gebruikelijke bagagelimieten er niet . . .   Even wennen!
Na het dagboek --vanmorgen op bed in Macon-- was het half zes. Ik moest nog naar een SNCF station voor mijn kaartje. Dat lag helemaal bij de péage aan de Zuidkant, maar 0600 was ik 'op de weg'. Het was een lange rit die mij tegenviel. Met het 'verdwalen' mee, was het nog bijna 800 km!! Ik moest vaak rusten omdat mijn ogen wegens het eczeem 'onbedaardelijk' bleven jeuken. Alleen met rust kon ik het temperen. Allemaal luchtvervuiling!! Als dit zo blijft, is het de laatste keer dat ik naar het koude, zonloze en vervuilde Noorden kom. In de zuivere boslucht van het huis van Julie en Michel, trok ik vlug bij. Werkelijk, met deze eczeem als 'irritante waakhond' voel ik mij pas ècht 'luchtvervuilingsvluchteling'. Net als Cessenon, is het hier een paradijsje.
--"Eilanden, met vergiftigde zônes daartussen": Mijn wereld.
terug eerste dagboekregel

St Eloois Winkel, nabij Kortrijk (B), Donderdag 12 Juni 2003
Alleen even de mededeling dat ik hier ben en met Julie en Michel gewoon zit bij te praten over 'alles'. Met Julie met name over de ontwikkeling van 'haar' stichting Arteconomy, waarin ze heel nieuwe vormen van samenwerking van Kunst en Economie (=bedrijfsleven) nastreeft. Ik zal daar zeker eens een stukje over schrijven want het is een zoeken en tasten om te ontkomen aan het valluik dat dit alléén uit "sponsering" zou moeten bestaan. "Sponsoring" betrekt te weinig facetten van beide --zeer rijke-- werelden. Veel rijker dan de een van de ander veronderstelt. En --wellicht-- ook veel begrijpelijker dat de wederzijdse vooroordelen voorschrijven. Het bedrijf van Michel heeft al jarenlange ervaring met 'andere' vormen van samenwerking, maar ook dàt is niet het enig-mogelijke. Heel boeiend.
terug eerste dagboekregel

St Eloois Winkel, nabij Kortrijk (B), Vrijdag 13 Juni 2003
Gisteren kon ik het dagboek niet opladen. De computer van Julie was opeens 'in reparatie' en was --tegen de toezegging-- gisteravond niet terug. Ik heb mijn 'pittige wandeling' al gemaakt, ik heb gedouched en laat nu mijn spieren even lekker doorwarmen in bed. De armspieren krijgen een extra beurt als 'spoedcursus' voor het knippen van de haag na terugkomst in Cessenon.
Nu is het 0800. Ik heb dadelijk mijn eerste 'siësta'. Daarna ga ik inpakken en dan nog een gezellige afscheidsbabbel met Julie en dochter Annelies. Michel heb ik vanmorgen --vroeg-- nog even gezien.
Ik probeer in Utrecht te zijn als de kinderen thuiskomen van school. Ik moet dan tegen de middag vertrekken.
terug eerste dagboekregel

Utrecht (NL), Aurorastraat, Zaterdag 14 Juni 2003
Ik houd het voorlopig bij de logboekstijl (niet de logboekvorm zoals de eerste dagen van de maand): Weinig reflecties, alleen direkte wederwaardigheden. Ik zit nu in de lotuszit met de het computertje op schoot in de logeerkamer van Martine en Lambert. Het is half zes. Straks ga ik met Lizette ('bijna 8') de wandeling naar Amelisweerd maken waar ze naar heeft uitgekeken. Ze is een fervente wandelaarster die pas de avondvierdaagse heeft gelopen. Zij weet de weg, maar is er nog nooit van hier af helemaal naar toe gelopen. 'Wandelaar Opa' was de kans. Ook het vorig jaar hebben we samen vroege-ochtendwandelingen gemaakt.
Bij Julie reed ik inderdaad rond de middag weg. De afstand en de files onderweg vielen mee, maar na binnenkomst van Utrecht raakte ik aan het dwalen. Ik kon geen fooncel vinden voor mijn NLse foonkaarten, die ik voor dat doel al het hele jaar meesjouw. Mijn NLse SIM, ook uit mijn archiefje, werkte niet. (De geldigheidsduur, zo bleek later, was onlangs van 12 naar 6 maanden teruggebracht, verdomme!). De mooie automatische routebeschrijver op een parkeerplaats printte zijn resultaat niet. Het Vrijdag-de-dertiende effect sloeg opeens --éven maar-- toe. In een winkel mocht ik de foon gebruiken. Martine was al bij de school om de kinderen af te halen. Ik bleek niet ver van haar nieuwe huis te staan, dus fietste zij met de kinderen eerst naar mij. Hartelijke ontmoeting op de parkeerstrook. Een goed begin!
Later kwamen Peter met Rinske en de kinderen voor de buffetmaaltijd die Martine had gemaakt. Het was weer helemaal familiereunie. De feestelijkheden duren voort.
terug eerste dagboekregel

Utrecht (NL), Aurorastraat, Zondag 15 Juni 2003
Ik zit weer op mijn logeerbed in lotuszit met mijn Toshiba100ct op schoot. Nu is het 0525. Ik heb mijn rek- en strekoefeningen al gedaan om de stramheid onder controle te houden. Lizette en ik wandelden bijna vier uur. Met maar een kleine pauze. Ze stapt stevig door, dat dametje, en wist mij onderweg met verhalen de onderhouden over wat haar opviel (onderweg en in de rest van haar leven), haar oordeel over vanalles, wat er de vorige keren dat ze hier wandelde gebeurde en talloze ander minutieuze details die alleen een kind van die leeftijd opvallen. Een genot.
We gingen vanaf huis --Centrum-Oost-- meteen naar het pad langs de Oude Rijn dat naar Amelisweerd voert. We zouden om zeven uur vertrekken, maar het werd twintig minuten later. Kwart over elf waren we thuis. In Amelisweerd kris-krasten we wat door de verschillende paden en belandden nog bij Pannekoekenhuis (nog gesloten zo vroeg) en Fort Rhijnauwen. Gezien ons tempo denk ik dat we achttien kilometer hebben gelopen.
--"Dat is bijna evenveel als hele avondvierdaagse!", riep Lizette opgewekt toen ik dat voorrekende, "Dat is maar vijf kilometer iedere keer!"
Toen ze thuiskwam ging ze op de divan liggen lezen, want een fervente leester (leesster?) is ze ook. Dat had ik onderweg al gehoord.
Later gingen we met Martine --ik achterop de fiets, Lizette op haar fietsje-- naar de stad, naar de markt. Voor inkopen. Zij gingen met volle fietstassen naar huis. Ik zigzagde nog wat door de gezellige binnenstad. Ik kocht een nieuwe SIM voor mijn mobieltje (+31 642 464 341, bel me maar even). Ik snuffelde nog wat bij Broese in de boeken, maar ik ging snel weer naar buiten. Het was zonnig en vrolijk op straat en "Géén lettertjes vandaag!"
Toen wandelde ik terug voor een late siësta. Lizette was ook in diepe slaap.
Om zes uur ging ik met Lizette en haar jongere zusje Charlotte naar het verjaardagsfeestje van Lisa voor haar tiende verjaardag op het landgoed Beerschoten.
--"De grote speurtocht is dan wel voorbij", had Peter gezet, maar we maakten de laatste helft er nog van mee. Na het vinden van de schat, was de picnic. We waren eigenlijk alleen gekomen omdat Lisa haar scriptie over mij persoonlijk wilde overhandigen. Die ging over 'Mijn Opa de Wereldreiziger'. En natuurlijk moest ik ge-show-ed worden bij haar vriendinnetjes. Dat was ook duidelijk. Lisa, veel meer dan Lizette, haar nichtje, is zich bewust van haar sociale plek midden tussen vriendinnetjes, de pikorde, haar zorg om populariteit en 'macht'. Op het nerveuze af. Inderdaad een heel ander kind. Ik genoot trouwens ook van die andere meiden die tijdens de speurtocht van de ene opdracht naar de andere holden en intussen ruzietjes maakten, sociale regels opstelden over wat hoorde, wie aan de beurt was om de opdracht voor te lezen, mij vragen stelden over mijn reizen of gewoon achteraan in het groepje bleven hangen en de gebeurtenissen over zich heen lieten komen. Allemaal tienjarigen Anno 2003.
--"Misschien halen sommigen de 22ste eeuw", peins ik nu.
Straks gaan we nog met z'n allen, Peter, Rinske, Martine, Lambert met de kinderen Lisa, Lizette, Dorien en Charlotte, een wandeling maken op het landgoed Beerschoten. En vóór ik rond drie uur vertrek is er nog een buurt-kinder-feest.
Ik probeer dadelijk deze notitie op te laden en probeer ook of Lizette inderdaad mij op mijn ochtendwandeling wil vergezellen. Om zeven uur moet ik haar wekken. In ben benieuwd.
terug eerste dagboekregel

Eindhoven, Maandag 16 Juni 2003
Het is al avond en ik ben goed moe. Alleen even melden dat ik gisteren in Utrecht nog een pittige ochtendwandeling met Lizette maakte, een lekker-luie later op de ochtend met de hele familie. Vlak voor ik vertrok nam ik nog even een kijkje op het straat-/kinder-/buurtfeest.
In Eindhoven, in het huis van Ghislaine, wachtte ik op haar terugkomst.
Toen was het feest. ( . . . .)
Vanmorgen in alle vroegte eerst 'pittig stappen'. Toen naar mijn huisarts in Eindhoven en toen naar mijn natuurarts in Nijmegen. Allebei voor het jaarlijkse bezoek. Allebei gaven ze mij goede tips om die verd . . . . eczeem te temmen en die tureluurmakende jeuk te bestrijden. Zoals verwacht kreeg ik van de één harde korte-termijnmiddelen en van de ander zachte lange-termijnmiddelen aangeraden. Mesullesien!
Van heel ander karakter was het bezoek aan Hettie, een dierbare vriendin van sinds bijna achttien jaar. We hebben steeds intensief gecorrespondeerd, maar een ontmoeting was er jarenlang niet van gekomen. Nu ontmoette ik haar in de stilte van het Karmelitessenklooster in het centrum van Nijmegen, waar ze sinds twee jaar in ingetreden. Een lang en heerlijk gesprek.
terug eerste dagboekregel

Eindhoven, Dinsdag 17 Juni 2003
Het is pas vijf uur in de middag en ik ben al bijna uitgeteld. De lange siësta van zojuist heeft het niet verholpen. Vanmorgen weer een pittige wandeling waar ik enige vooruitgang mocht constateren bij de score van de armoefeningen. Daarna ben ik gedoken in de stapels post met bankafrekeningen en andere onvermijdelijke ongein. Hoorndol daarvan, heb ik een stadswandeling gemaakt voor wat noodzakelijke boodschappen.
Imiddels begin ik de dagen te tellen. Een belastend 'uitje' a.s. Zaterdag hebben we afgezegd. We rijden een dag eerder naar Parijs. De vitale tachtig-plus buurvrouw in de flat in Parijs --die haar eigen zoon, mij en Ghislaine, en een andere buurvrouw, Marguerite, had uitgenodigd voor een etentje a.s. Zondag-- is plotseling overleden. Een paar dagen geleden, op een ander 'feestetentje' met haar zoon en Marguerite, raakte ze binnen drie minuten in een coma na het eten van het hoofdmenu, kreeft. Geen vergiftiging, want de anderen hebben er ook van gegeten. De andere ochtend overleed ze zonder bij te komen. Nu gaan we toch naar Parijs om haar --met Marguerite en haar zoon-- te gedenken. Ghislaine en ik vinden het nog onvoorstelbaar dat ze er opeens niet meer is --er niet meer bij zal zijn.
terug eerste dagboekregel

Eindhoven, Woensdag 18 Juni 2003
Ik heb mij vanmorgen beperkt tot rek-, strek- en spieroefeningen. Géén twee-urige pittige wandeling. Gisteren bleef ik steken in moeheid en lusteloosheid: Typisch 'overtraining', typisch er 'te hard tegenaan willen gaan'. Ik overschat mijn algemene conditie. Ondanks het brillante weer hier in NL, ("dank, dank!"), slaat de luchtvervuiling na zoveel dagen toch toe. Even 'passen op de plaats'. Rekken en strekken is voldoende voor vandaag.
--"Je bent een fanaat baasje" zei Theo gisteren door de foon.
--"Running for my life", dacht ik, terwijl ik zei:
--"Ik heb een topconditie nodig om dit leven te kunnen leiden".
terug eerste dagboekregel

Eindhoven, Donderdag 19 Juni 2003
Het is al twaalf uur en ik heb nog "niks anders" gedaan dan heen en weer hollen om allerlei dingetjes die NU moeten te doen en --onderwijl & voortdurend-- te bedenken of ik het niet kan meenemen om in F te doen . . . Als er weer rust in mijn lijf is . . . Daar verlang ik naar . . .
Kortom, haastige inefficiëncy ten top. De moeheid en lusteloosheid heeft gelukkig niet toegeslagen. Gisteren hield ik het ook vol, maar de NLse "teistering-van-de-dag" is concentratiegebrek: Niets beklijft in mijn grijze cellen. En toch MOET er wat . . .
Ik verlang "alleen maar" naar even rustig door de stad wandelen, in huis zitten of werkelijk kontakt maken met de dingen die ik ter hand neem. Ik kan ze nog nèt in een doos stoppen, in de achterbak gooien het uitstellen tot betere tijden.
Wat zou ik graag langer hier blijven . . . voor vrienden, familie en dingen . . .
Helaas, het is even afzien. Tot Maandag --of Dinsdag-- in Cessenon.
Als er weer rust in mijn lijf komt.
terug eerste dagboekregel

Eindhoven, Vrijdag 20 Juni 2003
De laatste dag. Nu wordt het leven opeens eenvoudiger. Er hoeft maar één ding: Inpakken!! En het is bovendien 'gemakkelijk inpakken': Ik heb niet de beperking van Het Koffertje dat mij altijd voor dilemma's stelt. Wat meenemen? Wat achterlaten? Die problemen kan ik uitstellen tot 'later'. Ik begrijp op zulke momenten iets van de mañana-mentaliteit waar ik anders languit over struikel. Alle onaffe zaken leg ik in de achterbak. Ik hoef "alleen maar" op te letten dat het "alle" onaffe zaken zijn.
Bovendien schijnt de zon. Gisteren was ze er niet. Ik kan ook terreinwinsten melden van het eczeem-front. Dat schurftig-korstige is verdwenen. Er zijn zelfs plekken waar de huid weer wat soepel wordt. Niet meer overal dat schuurpapiergevoel. Niet meer dat gevoel dat ze bij iedere grimas scheurt.
Gisteren, na het beschrijven van mijn toestand, werd het al weer wat overzichtelijker. Ik zag het onmogelijke van mijn verlangens. Ik kwam tot rust. Toen ik daar bij mijn 'avondgebed' op terugkeek zag ik dat een aloude stelregel weer eens werd bewezen:
--"Wat je niet kunt bestrijden, moet je beschrijven".
Heus, het helpt.
terug eerste dagboekregel

Eindhoven, Zaterdag 21 Juni 2003, Vertrekdag
Ik weet niet wanneer ik dit kan uittypen en opladen; ik schrijf het alvast in mijn kladboekje. De Libretto 100CT is al ingepakt. Het is nog vroeg. Ik heb al e.e.a. gedaan: Nog wat ingepakt en de spullen grotendeels in de auto gezet. Ghislaine slaapt nog. Als onweerstaanbaar avondmens had ze gisteren toch om zes uur op moeten staan. Dat kan niet twee keer achter elkaar; ook al moeten we vandaag naar Parijs.
Gisteravond was onze laatste avond. We hadden vier vrienden te eten. Een vriendin-buurvrouw sloot zich daarbij aan voor de koffie. Het werd dus laat. Wéér vroeg opstaan zou fataal zijn. Op mij --als onweerstaanbaar ochtendmens-- werkt dat anders: 'Hoe later naar bed, hoe vroeger wakker'. Dat is na een paar dagen ook fataal, maar voor één keertje is het wel handig. Straks, op weg naar Parijs, als Ghislaine aan het stuur zit, kan ik mij wel een paar mini-siësta's permitteren.
Vlak voor de gasten kwamen had Ghislaine de zenuwen. Ze moest een gecompliceerde offerte geschreven waar ze eergisteren ook al mee had geworsteld. Door de tijdnood wat gespannen, precies op het moment dat de eerste gasten aanbelden, laat ze het hele werkstuk in het niet verdwijnen met een onherroepelijke druk op de verkeerde knop. Aj!!
De enige oplossing was om meteen weer achter de computer te gaan zitten en --uit het hoofd-- de brief te reconstrueren vóór ook de grijze cellen door de borrelpraat werden schoongewassen.
Maar toen werd het gezellig en feestelijk. Die brief zal ze straks, vóór het vertrek nog een met een heldere kop screenen. Dan ligt de weg naar Parijs en "vakantie" open.
terug eerste dagboekregel

Parijs, XIVe, Rue Raymond Losserand, Zondag 22 Juni 2003, doorreisdag
En zo is de vakantie begonnen. Met prachtig weer reden we naar Parijs. Tussen Antwerpen en Gent maakten we nog een ommetje naar Cadzand waar Ghislaine een huis bouwt. Ik had er veel over gehoord, maar ik zag het voor de eerste keer. Letterlijk "in de steigers". Het was ook een onbedoelde nostalgische reis door die uithoek van Zeeuws-Vlaanderen waar ik vroeger graag kwam.
Hier in Parijs zat het ook vol met nostalgie. Allereerst vierden we dat we elkaar hier dertig jaar geleden leerden kennen. Met een buurvrouw herdachten wij onze andere buurvrouw, Madame Blin, de 85-jarige met wie ik altijd lang moest 'bijpraten' als ik in mijn flat kwam. Zij had ons al maanden geleden op een dineetje uitgenodigd; voor vandaag. De vorige week overleed ze plotseling. Zij was de informele spil van het huis. Altijd van alles op de hoogte. Altijd vol met plannen voor 'haar' flat. Altijd aanwezig op de vergaderingen van de vereniging van huiseigenaren. Vitaal als geen ander. Onvoorstelbaar dat ze er niet meer is.
Nu zit ik in mijn appartement waarvan ik niet het gebruik kan maken dat ik droomde toen ik het kocht, verbouwde en prachtig uitmonsterde met speciaal ontworpen meubeltjes en betimmering. Luchtvervuiling is de reden. Hooguit een dagje op doorreis. Ik kocht het om afstand te kunnen nemen van Het Hectische Nederland. Ook om er in mijn derde leeftijd vaak --of 100%-- te zijn. Nu maken Ghislaine, de kinderen --en sinds kort ook de kleinkinderen-- er dankbaar gebruik van. Zodoende wordt mijn droom van een "pied à terre à Paris" toch nog waar. En Marguerite is er nog, de andere buurvrouw die nu informele 'doyenne de la maison' is. 'Mijn Parijs' is niet helemaal 'uit focus'.
terug eerste dagboekregel

Nouan-le-Fuzelier, (Loire-et-Cher), Hotel Chamilles, Maandag 23 Juni 2003
Terwijl Ghislaine --Zondagmorgen in het appartement-- uitsliep deed ik wat reparatie- en onderhoudsklusjes die de 'lieve gasten' steeds laten liggen of niet zien. Omdat ik er nog steeds een vaste foon heb, kon ik met mijn reiscomputertje op het Internet komen en mijn dagboek opladen. Toen Ghislaine wakker was, maakten we samen een wandeling door 'mijn quartier'. Het was prachtig weer om naar Parque Atlantique te gaan, zogezegd de binnenplaats van Gare Montparnasse, gebouwd boven op de perrons en omgeven door hoge flats. Het is een speciaal microklimaat. Het is een intensief gebruikt 'gebruikspark'. Zaterdagavond hadden we nog even door een wijkje gelopen aan de andere kant van mijn flat: Rue Thermophyles. Daar hebben aktiegroepen, in hun strijd om behoud van groen en zonlicht (en tégen een reusachtig stuk hoogbouw dat hun daarvan zou beroven) een heel hechte band met elkaar gekregen. Nu hadden ze hun eigen feest in het kader van Paris Musique: Het hele weekend door de overheid betaalde muziek op alle pleintjes en straathoeken. Er lagen plannen van aktiegroepen voor andere parken, want de wijk heeft nog steeds minder groen dan de huidige Parijse norm. Maar je moet wel aan de bel trekken en (groot)investeeerders, die op hun manier aan stadsvernieuwing doen, 'keihard' wijzen op die normen.
Later kwam Christian, de zoon van Madame Blin. We lunchten in Au Moulin Vert, nòg een andere uithoek van 'mijn quartier'. Daarna had ik mijn 'stink-quartier' wel voldoende begroet. Om half zes verlieten we de stad om ergens in de bossen te overnachten. Dat is mooi gelukt. Een eindje voorbij Orleans (kort voor Vierzon) vonden we dit prachtige hotel. We voelen ons op huwelijksreis. De nostalgie van de gebeurtenissen van dertig jaar geleden werken nog steeds door. In Le Dahu, het beste restaurant van het dorp --een aanrader, net als het hotel-- vierden we dat nog eens.
Vanmorgen heb ik al anderhalf uur gelopen. Dorpuitwaarts, niks anders dan groen bos links en rechts van de weg. In hoog tempo --want ik liep en ademde hard-- haalde ik zuivere 'groene' lucht tot diep in mijn longen om de vuile lucht van 'mijn quartier' te verjagen. Het zal helpen.
Over 'mijn quartier' heb ik gemengde gevoelens. Prachtige herinneringen en verknochtheidsgevoelens aan de ene kant (Ik 'woonde' er, en wilde mij er voorgoed vestigen); fysieke weerzin en afkeer wegens de luchtvervuiling aan de andere kant.
Daar laat ik het bij wat die gevoelens betreft. Ik ga Ghislaine wekken. We moeten vandaag nog in Cessenon zien te komen. Het leven gaat voort.
PS Nouan-le-Fuzelier ligt midden in het Bois de Sologne. De streek is bekend om zijn prachtige tuinen --van vroeger, maar ook moderne van nu. Allemaal te bezichtigen. Er is zelfs een Internationaal tuinenfestival. Ik zie niet goed wat ik mij daarbij moet voorstellen (neemt iedereen zijn tuintje mee?), maar het 'onderbouwt' de reputatie. Ongetwijfeld een Eldorado voor tuinliefhebbers.
Foon Les Charmilles: 0033 2 54 88 73 55, Route de Pierrefitte-sur-Sauldre,
Foon Le Dahu: 0033 2 54 88 72 88, 14, rue Henri Chapron, 41600 Nouan-le-Fuzelier.

Cessenon sur Orb, Dindag 24 Juni 2003
Zoals te verwachten hadden we een lekker rustige reis. We maakten van de gelegenheid gebruik om de A75 te 'inspecteren' als alternatief voor de 'Route de Soleil'. De weg is nog niet helemaal klaar. Bij Millau is het wachten op een reusachtig viaduct en er is nòg een stuk waar je de een omweg moet maken. Maar verder schiet het lekker op. Je rijd over de Causses op grote hoogte: rond de 1000 meter. De hoogte wordt met bordjes aangegeven. Om een uur of vijf landden we in ons paradijsje.
Vanmorgen heb ik al mijn twee-urige marche forcée gemaakt. En natuurlijk mijn armoefeningen om de haag aan te kunnen. Sinds ik daar drie weken geleden mee begon, heb ik mijn scores verdubbeld. We zullen zien of het ook helpt voor het werkelijke knippen.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Woensdag 25 Juni 2003
Het is al laat in de middag. Het is nog heet. De thermometer onder onze platane mûrier --onze koelste plek behalve de ijskast-- wijst nog 34 graden aan; maar de top hebben we gehad. Ik voel mij loom. Ik weet niet of het komt van de temperatuur, van de terugslag van de 'giftige-dagen-in-het-Noorden' of dat de zeer zware 'mars' die ik vanmorgen ondernam nog in mijn lijf zit. Zeker is dat ik gisteren en eergisteren --na beide marches forcés-- het gevoel had dat er nog wel een uurtje bij had gekund. Vanmorgen voelde ik mij zeer verzadigd. Ik liep drie uur langs een pad met veel hoogteverschillen. Ik hield het tempo hoog. Om aan mijn grens te komen. Dat lukte. Het was een teken van thuiskomen. In 'ben' er weer. Morgen zal ik --zeer tevreden-- mijn marche forcé overslaan. De volgende week zal ik hetzelfde traject 'ongemerkt' lopen. Zo werkt dat.
Ondanks de 'strukturele loomheid' heb ik toch 'proof reading' gedaan voor Ghislaine: Ze heeft de laatste hoofdstukken van haar boek als vakantiewerk meegenomen. Het 'moet' vanavond de deur uit. We zijn kennelijk een ambitieus echtpaar. Zo werkt dat.
Ook heb ik wat bijgelezen in Le Monde. Het duurt altijd een paar dagen voor ik in een 'nieuw land' kontakt heb met de dingen van de dag. Le Monde had een aparte bijlage over de staking. Ik had al lang begrepen dat het om méér gaat dan alleen een pensioenhervorming of 'zomaar' een aantasting van 'oude rechten'. De spoorwegen, waarvan de rechten helemaal niet worden aangetast, horen bij de harde kernen. Ik kom er wel achter, want het leeft nog: Iedere dag.
Heel ander nieuws komt uit Bordeaux en de wijnhandel. Het zijn de persberichten en de beschouwingen rondom Le salon VINEXPO. Ondanks een totale groei van de export, liep de export van de 'parel van de Franse wijnhandel', de AOC's (appelation d'origine contrôlée) met 10%(!) terug. Eindelijk schijnen de Fransen wakker te worden en komen met meer ingrijpende hervormingsvoorstellen om hun plaats in de wereldhandel te behouden.
'Maar misschien', schrijft een sceptische observator, 'moeten we wachten tot de volgende crisis voor er wèrkelijk wat gebeurt'.
Wat misschien wel het meeste steekt is dat 'Les Vins du Pays d'Oc' --onder deze 'merknaam'-- succesvol concurreren op de wereldmarkt tegen Australië, Chili en andere 'nieuwkomers'. Ze hebben de hele regio Bordeaux, met zijn 57 AOC's en 10.000 Chateaux van de eerste plaats verdrongen door 3 miljoen hectoliter te exporteren tegen 'Bordeaux' maar 2,2. Het nieuws dat ze al jáááááren niet willen horen in Bordeaux is dat de wijnwereld buiten Frankrijk is veranderd.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, Donderdag 26 Juni 2003
Het gaat niet alleen slecht met de export, laat een 'official' uit de Beaujolais weten, maar ook met de binnenlandse afzet. Voor het eerste haalt hij de Irak-oorlog aan met de Amerikaanse boycot van Franse produkten en SARS-epidemie die de Aziatische markten heeft verslechterd. Het zij zo, maar de binnenlandse tegenslag komt van de nieuwe maatregelen die de regering heeft genomen om de verkeersveiligheid te bevorden (lees strengere 'promille controle'; dat scheelt niet alleen werkgelegenheid bij de wijnboeren, maar ook bij de ziekenhuizen). Zo'n kneuterig argument heb ik nog niet eerder gehoord. Het ontbreekt er nog aan dat deze 'official' --M. Jean Tête, président de l'Union des maisons de vin en Beaujolais et Mâconais-- een aktie start ter bevordering van het alcoholgebruik door automobilisten.
Gelukkig zijn er meer interessante opinies en feiten rondom de VINEXPO die vandaag zijn deuren sluit. Er is wereldwijde overproduktie: 260 miljoen hectoliter produktie staan tegenover 220 miljoen consumptie. Deze getallen moeten worden gecorrigeerd voor binnelandse consumptie alvorens die met exportcijfers te vergelijken. Argentinië, bijvoorbeeld, is bekend als verreweg de grootste wijnproducent ter wereld, maar de basis kwaliteit is niet exporteerbaar. Alleen Argentijnen lusten die. Hun export van enkele elitewijnen is verwaarloosbaar. Die getallen staan niet in de persberichten.
Toch is het boeiend de Franse visie op het wereldwijngebeuren te bekijken. Hoewel er de laatste jaren een daling was, is de Franse export dit jaar toegenomen qua waarde; het volume bleef nagenoeg gelijk op 15,4 miljoen hectoliter. Vergelijk dit met Pays d'Oc, zoals ik gisteren schreef, die de grootste exporteur is met 3 miljoen en Bordeaux op één na met 2,2. (De totale Franse produkie [niet export!!] is 57 miljoen hectoliter).
Op de grote markten, Noord-Amerika, Groot-Britannië en Azië verliezen ze gestadig marktaandeel aan Spaanse en Italiaanse wijnen, maar vooral aan landen van de Nieuwe Wereld met Australië aan de kop met --nu nog-- 9 miljoen hectoliter. De voorspellingen op wat langere termijn zijn dat Australië binnen enkele jaren de grootste exporteur zal zijn. Hun binnenlandse consumptie is verwaarloosbaar, per slot hebben maar iets meer inwoners dan NL en geen wijndrinkcultuur.
Het sterke punt van Australië is bovendien dat ze dit doen met vier merken van wereldformaat. Frankrijk doet dat met 466 AOC's!! Allemaal interessante leuke wijntjes met een eigen 'verhaal', maar het grootwinkelbedrijf kan er niets mee. Als een bepaalde wijn opeens 'en vogue' is, zoals dat kan gebeuren met de moderne consument, en een grote supermarkt een paar miljoen flessen van die éne soort wil, kan Frankrijk niet leveren. (Misschien wel Pays d'Oc).
Moet Frankrijk het AOC-systeem loslaten? Kán het dat loslaten? Vanwaar die weerstand? Ik denk dat ik daar morgenvroeg verder over schrijf. Nu lokt een koel flesje witte wijn met Ghislaine onder onze platane mûrier --onze koelste plek behalve de ijskast. Binnen is het inmiddels 34 ºC geworden, buiten is het 32 ºC en dalend. De deuren gaan nu wagenwijd open. Kwart over vijf is trouwens een mooie tijd voor een aperitiefje. Per slot is Ghislaine hier op vakantie.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, vrijdag 27 Juni 2003
Het Franse AOC-systeem lijkt een blok-aan-het-been te worden. Het is ooit aan de basis ontstaan en later gelegaliseerd en met (staats-)wetten en (staats-)contrôle-systemen omgeven. De Italianen kennen ook zoiets, maar, omdat het Italianen zijn, of omdat het van boven af is opgelegd, is het voortdurend door auto-fraude en fraude-van-buiten ondergraven.
Wat was het probleem?
Als het dorp Ourzon --bijvoorbeeld-- een wijn maakte die goed in de smaak viel, of een 'rage' werd, dan waren er natuurlijk wijnboeren en -handelaren die daarvan mee wilden profiteren door hun wijn ook Vin de Ourzon te noemen. Behalve door 100% te liegen kon dat ook door er een percentage Vin de Ourzon aan toe te voegen. On-scrupuleuze lieden zijn zeer vindingrijk en bedachten vele andere manieren om "goedkoop en roofbouwerig", zoals een (neo-)kapitalist betaamt, van de reputatie te profiteren zonder er aan bij te dragen. Ook de boeren in het eigen dorp zijn niet allemaal even scrupuleus en/of hebben niet de juiste grond om de bekend geworden kwaliteit te bereiken. Daarom was er niet alleen 'merkbescherming' nodig, maar ook moesten er 'keiharde' afspraken komen binnen het dorp Ourzon. Zo wordt de kwaliteit van Vin de Ourzon betrouwbaar.
Op die manier kon een kring van vaste klanten worden opgebouwd die jaar na jaar van dit 'merk' konden genieten. Per slot leidde dit tot een nationaal systeem met lokale laboratoria die door regionale laboratoria werden gecontroleerd onder de hoede van het centrale AOC-laboratorium in Parijs.
Toen dit systeem eenmaal werkte, werd het ook gebruikt om "naamloze regio's" een eigen gezicht te geven en betere prijzen voor hun wijnen. Tot dan waren ze overgeleverd aan 'wijnhandelaren' --les negoçiants-- die ze gebruikten voor hun merk- of gelegenheidswijnen onder allerlei fantasienamen. Zij declareerden nooit de herkomst en ook niet de cépage (het 'ras', bv chardonnay, gamay, sauvignon enz). Zij claimden --velen met succes-- dat ze door gelegenheidsinkopen niet alleen ontsnapten aan het jaarlijkse wel en wee van de oogsten, maar ook dat ze jaar na jaar dezelfde smaak hadden. Maar niemand hoefde te weten dat ze spaanse of algerijnse wijn erbij kochten als dat goed uitkwam. Declareren van de cépage of de regio paste niet in hun kraam.
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, zaterdag 28 Juni 2003
Ik moet even afhaken; mezelf vakantie geven. Mijn hoofd staat ook niet naar de 'hoogst interessante' ontwikkelingen op de wereldwijnmarkt die Frankrijk dreigt te missen. Misschien later nog eens. Ghislaine is op bezoek en die brengt vakantiestemming mee. En dan kan er veel wat het hele jaar niet kan: samen sjoppen, samen de haag knippen, samen kokkerellen, samen gasten ontvangen en op bezoek gaan: You name it!. Allemaal heel liefdevol; niet alles kan genoemd worden . . . . . .
Daarom de komende dagen: Points de suspension . . . . . .
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, zondag 29 Juni 2003
Points de suspension . . . . . .
terug eerste dagboekregel

Cessenon sur Orb, maandag 30 Juni 2003
Morgen beginnen we aan een twee-daagse tocht om op drie plekken kennissen op te zoeken in de streek nabij Montauban, waar wij eerst een huisje hadden, vóór Cessenon. We gaan dus 'op tournée'.
En verder: Points de suspension . . . . . .
terug eerste dagboekregel

Einde Dagboek Juni 2003