Mijn Dagboek 55

Dit is Dagboek 55. Het loopt van 1 tot 31 december 2004 en begint met "Blauwe Divisie" die Franco naar Rusland stuurde om Hitler bij te staan. Er is veel over de Islam, met heel nieuwe invalshoeken om onze "angst" en onze "vijand" de leren kennen, o.a de zieleroerselen van de Islam-terrorist. Er zijn nieuwe feiten over Chili. Er zijn vertalingen van fado's van Cristina Branco waarmee ik de seizoens-melancholie beteugelde. Ter afwisseling zijn er ook lichtvoetige stukjes. Zelfs over de ETA. De maand eindigt met een beschouwing over de Islam-mode; althans over wat daar onder ligt.
Index December 2004
1,   2,   3,   4,   5,   6,   7,   8,   9,   10,   11,   12,   13,   14,   15,   16,
17,   18,   19,   20,   21,   22,   23,   24,   25,   26,   27,   28,   29,   30,   31.

Caleta de Fuste, Fuerteventura, Woensdag 1 December 2004, vertrek- en reisdag
Ik wist wel een paar zwart-wit feiten omtrent La División Azul vóór ik Juan ontmoette. Het was de 'Blauwe Divisie' door Franco geschonken aan Hitler om tegen de bolsjewieken te vechten uit dankbaarheid voor de steun gedurende de burgeroorlog tegen de 'rooien'. Een soort Spaanse versie van de Hollandse SS, dacht ik.
De laatste jaren op La Gomera sprak ik Juan regelmatig. Ik luisterde politiek-neutraal naar hem. Dat was heel goed, zo bleek geleidelijk, want zijn geschiedenis is voor rechts èn links heel 'verfoeilijk', terwijl hij 'alleen maar' had proberen te overleven. Hij had heel andere verhalen over La División Azul. Ik kon die niet goed volgen omdat hij als 93-jarige wat 'ongeordend' praatte, en ik de juiste kontekst miste.
Hij was als jonge leraar Duits bij het Duitse Condor-Contingent geweest, dat o.a. de bombardementen op Guernica uitvoerde. Later was hij meegetrokken naar Duitsland. Daar was hij korte tijd leraar geweest, maar toen de 'Blauwe Divisie' daar (ong 1941) arriveerde, had hij zich daarbij aangesloten toen die aan de opmars tegen Stalin begon. Hij was er ook tolk, want hij sprak inmiddels goed Russisch. Maar vanaf dat punt werd zijn verhaal verward, want later vocht hij niet meer tegen de Russen, maar moest hij zich, met een stelletje andere vluchtelingen van diverse herkomst, zowel de Duitsers als de Russen van het lijf houden in de bossen van de Baltische Staten. Hij raakte betrokken bij verzetsgroepen, zowel tegen Russen als tegen Duitsers. Ik raakte het spoor bijster.
Pas deze zomer, toen ik Geert Mak's "In Europa" las, begreep ik iets van de polieke en militaire turbulenties van die regio. Deportaties over en weer, het kon niet op, maar ik begreep nog steeds niet hoe Juan daar verzeild was geraakt. Ik heb hem nadien nog niet gesproken. Ik ontmoet hem onregelmatig op de markt.
Maar nu, met El País van gisteren in de hand, begrijp ik het veel beter. Verscholen in de rubriek La Cultura wordt een grondige historische studie besproken: La División Azul. Sangre Española en Rusia, 1941-1945 van ene hooggeleerde Xavier Moreno. Het is een bevrijdingsstapje van het Spaanse Geweten, maar ook de verhalen van Juan begrijp ik opeens wat beter. Ik hoop dat hij nog leeft, en dat ik hem de komende weken nog eens zal ontmoeten.
De Blauwe Divisie was inderdaad een steun aan Hitler, maar Franco --die politieke kever-- trok die uit de strijd toen het duidelijk werd dat de geallieerden de oorlog gingen winnen. Maar de Duitsers lieten die Spanjaarden niet zomaar gaan en beschouwden ze her en der als deserteurs. In die heisa moet Juan, met een paar maten, zijn eigen weg hebben gezocht gevonden.
Die 'vergeten manschappen' vormen een deel van de geschiedenis die Moreno vertelt. Na de oorlog, teruggekomen in Spanje, was alles onbespreekbaar, want Franco had inmiddels het bestaan van die divisie omgetoverd als 'bewijs' dat hij altijd al bij de geallieerden had gehoord en niet bij die verfoeide nazi's. De koude oorlog was begonnen, en Franco wilde bij Het Westen horen.
Ik hoop dat Juan nog leeft.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag 2 December 2004
Nu we midden in de generatie van nieuwe politieke leugens zitten (Bush als The Big Role Model, en met Aznar als uitstekende leerling, die de laatste dagen feilloos overeind hield dat 'zijn' verkiezingen waren gemanipuleerd door terroristen van de ETA) is het goed eens naar wat oudere politieke leugens te kijken; maar niet àl te oude. La División Azul, waar ik gisteren over schreef is er een van.
Nadat Franco die divisie uit de strijd had teruggetrokken --ze vochten samen met de Duitsers tegen Rusland-- raakte die in de "vergetelheid". Niemand mocht er over spreken. Dat verandert als de Koude Oorlog zich aftekent, enkele jaren later. De feiten worden wat "opgepoetst", en nu Spanje heeft een keurig anti-communistisch verleden. Het leger en de falange voerden een binnenlandse strijd om de eer de initiatiefnemers daarvan te zijn, maar grondig onderzoek werd daar toen al niet aan gedaan, bang dat de wèrkelijke aap uit de mouw kwam natuurlijk.
Tot aan la transición in 1976 koketteerde Spanje daar succesvol mee en verwierf de reputatie van een braaf soort fascisme. Het lukt nog steeds om --bijvoorbeeld-- de openbare Zaterdagse fusillades die tot in de 60-er jaren voortduurden, tot de toeristen er aanstoot aan namen, voor het grote publiek verborgen te houden. (dat aantal staat sinds deze zomer 'officiëel' op 192.000, zie 14 juni 2004).
Het wachten is nog op het doorprikken van de ballon dat het fascisme in Italië een soort operette was. Hier en daar lekt het al.
Wat meer houvast geven de recente --officiële-- onthullingen over de Pinochet-periode. De grote zwijgers tot nu toe waren De Kerk en Het Leger. Toen ik in 1997 en 1998 in Chili was, verscheen nèt het nu beroemde boek van Tomás Moulian, Chile Actual, Anatomía de un mito. Ik heb dat gekocht en uitgespeld. (zie mijn [spaanse] reisbrief van 8 feb en 4 apr 1998). Dat was nog 'maar' een boek van een Marxistisch geschoold socioloog. Er verschenen wel boze berichten in de krant, maar hijzelf bleef gerespecteerd. Hij had, verstandig genoeg, de beschuldigingen aan De Kerk en Het Leger niet al te bruin gebakken. Hij ging vooral in op de sociaal-psycholische strukturen die deze angst- en martelcultuur mogelijk maakten.
Maar intussen kwam hij wel met feiten. Het Leger bleef beweren dat het om 'excessen' ging en dat de schuldigen waren gestraft. Pinochet trad in die tijd net af als Capitán-General maar bleef onschendbaar omdat hij een zetel-voor-het-leven in de Senaat had geritseld. In September 1998 werd hij in Londen aangehouden. Hij wist van de prins geen kwaad! Toen werd 'nieuws' over Chili's recente verleden weer wereldnieuws. Enkele dissidente bisschoppen drongen aan op openheid, maar de lokale kerkvorst bleef mordicus tégen. Toch kwam er een aktie op gang van "feiten verzamelen" die tenslotte een wat officiëler karakter kreeg, en de studiecommissie werd door een bisschop voorgezeten. De Kerk Zèlf bleef buiten schot. Door deze rol door een bisschop te laten vervullen bleef De Kerk zelfs iets verder buiten schootsbereik zonder eigen fouten toe te geven. Het zij zo.
Zo werden haarscherp gedocumenteerd dat er 28.000 personen tussen 1973 en 1990 zijn gemarteld op 1132 plaatsen waarvan de commissie constateerde dat er 802 de gehele periode in gebruik waren. Er werd gemarteld om informatie te krijgen, om te straffen, en om de angst er in te houden. Het complete rapport staat nu op het Internet.
Het Leger kreeg het te lezen kort voor de publicatie. De zoveelste opvolger van Pinochet nam de handschoen op, en verklaarde 5 november dat Het Leger de verantwoording voor de schendingen van de mensenrechten op zich nam. De oppercommandant, Juan Emilio Cheyre, publiceerde die dag in het dagblad La Tercera een artikel onder de veelzeggende titel: El fin de una visión, het einde van een visie.
Op 29 November verscheen de president Ricardo Lagos voor TV in een geëmotioneerde uitzending en verklaarde zich geschokt. De oppercommandanten van De Luchtmacht en de De Marine hebben totnutoe hun mond gehouden. De Kerk ook. De leider van de partij die het dichtst bij el pinochetismo staat heeft laten weten dat de burgers die aan het militaire regiem hebben meegewerkt zich nergens voor hoeven te schamen, en geen berouw hoeven te hebben.
Conclusie: De nieuwe leugens die nu worden gefabriceerd door Bush en Aznar zullen pas rond 2034 een beetje in beweging komen, en wellicht tegen 2054 worden onthuld.
Ik hou jullie op de hoogte als ik deze winter weer in Chili ben.
_______
PS: Even voor de documentatie, van mezelf en van de ijverige lezers: Over de franquistische fusillades heb ik o.a. geschreven op 29 mei, 22 sep en 3 nov in 2002; op 25 mei 2003; op 21 mei en 14 juni 2004. Over Chili o.a. op 9 sep 2003 en 23 mei 2004.
Het complete rapport is in 15 pdf's te downloaden van de Chileense Staatcourant, La Nacion evenals de verklaring van Het Leger van 5 november. Er staan ook de verklaringen van de luchtmacht, de marine en de gendarmerie van 30 nov resp 1 dec. Die zijn wat afhoudend, verwijzen naar excessen, en naar de 'gekte' die door Allende was geschapen in 1973, want daarmee begon het. 'Eigen schuld, dikke bult' dus.
http://www.lanacion.cl/prontus_noticias/site/edic/home/port/torturas.html
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag 3 December 2004
Peter stuurde mij een column van Fons Trompenaar, uit Het Financiëele Dagblad van dezer dagen: "Amerikaanse droom is dood, leve de Europese droom". Hij constateert dat we eerst vier jaar lang tegen een wereldvreemde Bush moesten aankijken, maar nu blijkt dat wij te maken hebben met een compleet wereldvreemde Amerikaanse samenleving. Met een financiële analyse maakt hij duidelijk dat Amerika ver achter ligt bij Europa wegens de ongelofelijke schuldenlast, en het wegebben van de American Dream die ieder gelijke kansen gaf. Dat was de motor achter die economische energie, de ziel van die American Dream.
Een wereldvreemde natie, dat vindt Thomas L. Friedman ook in New York Times van gisteren. Onder de titel "The 9/11 Bubble" analyseert hij de waanzinnige manier waarop die enorme schuldenlast tot stand is gekomen: Een soort potverteren, onnodige oorlogen voeren en tegelijkertijd forse belastingverlagingen.
--"The 9/11 crisis has been used as a license to spend and cut taxes rather than to set priorities and focus our resources on what is critically important to our nation's security,"
--"Wat kunnen we doen als er een noodzakelijke oorlog moet worden gevochten? Of wat als er wéér een 9/11 komt?"
Friedman concludeert dat Amerika van de ene zeepbel in de andere is gerold. Van de DotCom-zeepbel in de 9/11-zeepbel. De eerste was gefinancierd door roekeloze investeerders, de tweede door een roekeloze regering. In beide gevallen hebben ze het publiek weten te betoveren.
Het Amerikaanse publiek is inderdaad gevoelig voor massa-betovering. De McCarthy-heksenjacht en de Salem-sorcerers worden als voorbeelden aangehaald in diverse analyses van de laatste weken. Ik denk dat het de [christelijk-bijbelse in dit geval] mono-cultuur is. Zo'n mono-cultuur is --zoals bekend uit de landbouw-- niet erg bestendig tegen epidemieën. Of het een kruistochten zijn, collectieve zelfmoorden of jihads, het is alleen in een mono-cultuur dat zoiets mogelijk is.
Friedman somt ze op, die 'bevlogenen': "Mr. Bush's key White House economic advisers, people like Josh Bolton, Stephen Friedman and Gregory Mankiw: "You know that all these guys know better""
Misschien bedoelt Trompenaar dat ook als hij schrijft:
--"De religieuze Amerikanen kijken ook heel vreemd op van onze nieuwe seculiere Europese grondwet, omdat er geen enkele verwijzing naar God in staat. Evenmin wordt er gesproken over vrije markten en handel en er is maar één verwijzing naar privé-eigendom".
Dat past bij onze Europese ervaring en wijsheid. De Europese cultuur is doordrenkt van interdependentie. Je kunt dat zien aan de manier waarop Amerikanen, Aziaten en Europeanen hun 'spel' in de wereld spelen:
--"Zo zien bijvoorbeeld de Amerikanen militair ingrijpen als een videospel, de Aziaten als iets waar je vooral over moet blijven filosoferen met harmonie als wenselijke uitkomst. Europeanen zoeken eerst de dialoog om te kijken wélk spel ze gaan spelen"
In vervlogen tijden heb ik eens in een interview gezegd dat ik geen problemen had met duizend guru's die allemaal de wijsheid in pacht hadden. Ik kom pas in de problemen, zei ik, als er maar één is: "Ein Volk, ein Reich, ein Führer".
--"En daar hebben we de kern van de Europese droom te pakken", concludeert Trompenaar: We beseffen steeds meer dat de waarde die we delen er een is van respect voor de diversiteit die we historisch hebben meegekregen. Maar het blijft vooralsnog een droom. Er is nog veel werk aan de winkel".
Ik denk aan Turkije. Is er een echt 'europees' en geloofwaardig Europa mogelijk zonder Turkije? Inderdaad, er is nog veel werk aan de winkel. Aan de slag dus!
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zaterdag 4 December 2004
De ETA-bommen die gisteravond Madrid blokkeerden hebben weinig schade aangericht. Er vielen geen doden. Het waren lichte bommen. De paniek was geweldig, want het was de vrijdagavond voor zeer een lang weekend. Maandag is het Dag van de Grondwet, en Woensdag een Maria-feest. Wegens die overbruggingssnipperdag heet dit feest El Puente de La Constitución.
Ik luisterde naar een tertulia-programma dat werd onderbroken toen twee bommen waren ontploft. Twintig minuten eerder had een anoniem telefoontje melding gemaakt van vijf bommen die geplaatst waren bij met name genoemde pompstations op de belangrijke uitvalswegen. De politie blokkeerde meteen de hele stad. Ik vond dat wel creatief van de ETA, want ik dacht dat ze die andere bommen nieteens hadden geplaatst. Ik dacht dat het ongeveer zo was gegaan:
--"¿Zullen we wat leuks doen met el puente?"
El Jefe keek verstoord en bromde:
--"We hebben geen geld, en alle foto's van ons staan in de krant"
--"Ja maar ik heb een heel goedkoop en veilig idee"
--"Je komt pas kijken, broekie. Doe eerst maar eens wat je wordt gezegd"
--"Gewoon opbellen en verder niet. De burgerij schijt meteen in de broek"
--"Ach, dat kennen we, met valse bommeldingen gooien we onze eigen ruiten in"
--"Nou, als wij Vrijdag om vijf uur laten weten dat er bommen liggen bij de grote pompstations rondom Madrid, doet de politie de rest wel. Dat gaat uren duren, ¡Leuk! ¡Lachen!"
--"Luister nou eens goed, broekie, wij van de oude hap weten dat alleen èchte bommen schrik aanjagen. Liefst ook veel bloed en een paar doden, maar dat mogen wij niet meer van onze politieke vleugel, die slampampers, die slappe zakken"
--"OK, één bommetje dan, twintig minuten na dat foontje, ¿Goed?"
--"Nou ja, neem er dan minstens twee, anders lijken we tandeloze amateurs".
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zondag 5 December 2004
Die paar bommetjes van Vrijdagavond hebben het in de publieke opinie niet verder gebracht dan: "Daar heb je die vervelende ETA weer". Men heeft wel voor hetere vuren gestaan, en politieke dimensie van de ETA-beweging is alom aan slijtage onderhevig. De mythes rondom de ETA, en de ideologische achtergronden daarvan, beginnen op grotere schaal duidelijk te worden. Geleidelijk-aan ontstaat ook het inzicht dat de Madrileense politiek zelf een van de motoren was /is achter het voortduren van die mythe.
Voor het ogenblik heeft de politieke vleugel de grootste klap gekregen. De pretentie van de extreem nationalische partij Batasuna --en diens woorvoerder Arnaldo Otegi-- dat zij de politieke vleugel zouden zijn, en dat de ETA slechts politieke doelstellingen nastreeft onder controle van hun politieke visie, is weer eens onderuit gehaald. Otegi had juist een 'tregua' (wapenstilstand) op de onderhandelingtafel gelegd. Met die bommetjes van Vrijdag liet de oude hap van de ETA als-het-ware weten zijn eigen boontjes te willen doppen. Ze waren toch al rustig doorgegaan met het afpersen van ondernemers, het bedreigen van politici en met verklaringen dat ze alle niet-nationalistische partijen en partij-kantoren als "Militair Object" beschouwden.
(Je moet weten dat onder 'nationalisme' hier in Spanje de liefde --tot en met het doodknuffelen-- voor de eigen Autonomía wordt verstaan. Dat zijn de autonome gebieden, zoals bv in Duitsland de Länder, die bij de grondwet van 1978 zijn ontstaan. Ik zou het spaanse woord 'nacionalismo' eigenlijk moeten vertalen met 'regionalisme'. Het zij zo.)
De Grote Angst van Madrid, al tijdens Los Reyes, is het uiteenvallen van de Spaanse Staat: "Poner en peligro la unidad de España", heette dat. Dat was De Grote Discussie bij het opstellen van de Grondwet na de dood van Franco in 1976. Er werd gekozen voor federalisme in plaats van het aloude centralisme, maar er kwam wèl een koning. Maar de dag-dagelijkse invulling lag open. De ETA-discussie werd ermee besmet. De conservatieven zagen in de koning een kanaaltje, een achterdeurtje, om alsnog het centralisme te laten overwinnen. Bij de rechtse staatsgreep van 23-F (23 februari 1981) rekenden de coupplegers op de steun van de koning. Die koos zeer uitdrukkelijk voor federalisme. Dat moment wordt door velen als de voltooiing van la transición gezien. Niet door de conservatieven natuurlijk, maar communistenangst is van de agenda verdwenen.
Langzaam begint men in te zien dat het federalisme nieuwe energie geeft aan de (economische) ontwikkeling van heel Spanje. De regio's worden wakker, en ETA is wellicht niet meer dan een (vervelend) exces of een (noodzakelijk) prijskaartje bij de nieuwe economische groei en culturele ontwikkeling. Het wordt duidelijk dat politieke en culturele druk (onderdrukking) vanuit de centrale regering méér bijdraagt aan de middelpuntvliedende krachten dan nationalistische bewegingen in de regio, ook al hebben die de mond vol van separatisme. Dat is deel van het zoeken naar een eigen identiteit waar Madrid altijd zo bang voor was.
Maar, pas op! Het is nog lang niet koek-en-ei. Er moet nog heel wat inkt vloeien, hopelijk niet teveel bloed, voor de wèrkelijke transición naar democratie is voltooid. Er zijn nog veel krachtige anti-democratische stromingen: De Kerk, Opus Dei en het economisch fundamentalisme in de voorhoede. Maar de slijtage van de ETA-ideologie is méér dan de eerste zwaluw van het jaar. Ik zal er vast nog wel eens op terugkomen.
______________
PS Voor 23-F zie Mijn Dagboek van 27-02-2001 en 26-10-2002
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag 6 December 2004
De gebeurtenissen in Chili na het verschijnen van het rapport "Informe de la Comisión sobre Prisión y Tortura", waarop Het Leger al reageerde met een erkenning van eigen verantwoordelijkheid, blijven elkaar snel opvolgen. "Dit soort feiten" lijken nu niet in de doofpot de gaan. Toen ik zeven jaar geleden in Arica, Chili, was, werden daar pogingen gedaan om door middel van lokale opgravingen een stuk van die geschiedenis boven water te krijgen. Er ging heel snel zand over: Letterlijk en figuurlijk. De tijd was kennelijk nog niet rijp.
Ik meldde al dat de president, Ricardo Lagos, maandag geëmotioneerd voor TV verscheen en een aantal maatregelen aankondigde voor herstel. Vrijdag was er een bijeenkomst van 1500 ondernemers. Zij vertegenwoordigden 70% van het Bruto Nationaal Produkt. De minister van Financiën, Nicolás Eyzaguirre, moest de openingstoespraak houden, maar hij begon --improviserend-- met de zeggen dat hij de laatste dagen heel verdrietig was geweest. Hij had met de president hard gewerkt aan de plannen voor herstel van de ontstellende feiten die aan het licht waren gekomen, en met name de omvangrijkheid daarvan.
--"Wat ik u wil zeggen is dat ik dezelfde idealen had, en dezelfde akties ondernam die voor mijn vrienden marteling en de dood hebben betekend. Puur geluk liet mij ontsnappen, ik kon studeren en mijn leven redden".
Hij hield zijn gehoor voor dat de ongelijkheid, en de onnodige tegenstelling tussen arm en rijk, de oorzaak waren van dat politieke geweld. Hij riep zijn gehoor op een toekomst te bouwen waarin solidariteit heerst, en waarin mensenrechten worden gerespecteerd om de voorkomen "dat toekomstige generaties dezelfde verschrikkingen moeten meemaken als wij".
Het gehoor applaudiseerde vier minuten na deze woorden. Hetzelfde gehoor dat een aantal jaren geleden, onder de dictatuur, eveneens applaudiseerde voor de economische hervormingen die de sociale consequenties volkomen negeerden, gericht waren op een zelfverrijking van de elite, en op uitschakeling van de intellectuele middenklasse. Het zij zo.
De Kerk laat nog steeds niets van zich horen, maar offert weer een pion. Het conservatieve TV zender, Kanaal 13 van de Katholieke Universiteit, liet een mea culpa horen "omdat ze geloof had gehecht aan de officiële versies van de dictatuur".
Een bekende ex-journaliste van een zeer rechtse krant, (ja, ja, ex-journaliste), verklaarde in een open brief dat ze zich schaamde, en vroeg om verontschuldiging: "Terwijl van andere Chileense vrouwen de vagina met dieren, flessen en electische schokken werd vernietigd, terwijl ze met de vuist werden bewerkt, en hun vaders en zonen voor hun ogen werden vermoord, probeerde ik een normaal leven te leiden".
Een opiniepeiling van Vrijdag constateerde dat 76% gelooft dat de autoriteiten op de hoogte waren van die feiten, en 84% vindt dat ze zich moeten verontschuldigen.
Ik heb een vraag: "Het schrikbewind van Pinochet gaf bewust publiciteit aan martelingen, dat hield de angst er in. Hoezo weten al die mensen nu van niets?"
Ik denk dat ik de komende maanden in Chili nog veel zal ontdekken.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Dinsdag 7 December 2004
Gisteren was een mooie heldere dag, maar ik had mijn draai niet. Geen zin, ondefiniëerbaar lusteloos. Mijn naadloze nieuwsgierigheid was verdwenen. Ik bekeek De Kranten en Het Internet en dacht: "Tsàlwel".
Opeens wist ik het, het is een aanval van eenzaamheid en melancholie, alleen de treurigste van alle dichters, Slauerhoff, en soms ook Machado, kunnen mijn appetijt voor het buitengebeuren nog redden. Daarvoor staan ze op mijn harde schijf.
Ik begon met Slauerhoff, daarna zijn vertalingen in het Portugees, gezongen door Cristina Branco, toen van Branco de CD die Ghislaine had meegebracht: Corpo Iluminado.
Geleidelijk maakte ik mijn rentrée. Mijn lusteloosheid verdween en ik werd weer nieuwsgierig.
Ik vertaalde Aquele Tão Triste Dia, Die Heel Trieste Dag

No meio da claridade
Daquele tão triste dia
Grande, grande era a cidade
E ninguém me conhecia

Então passaram por mini
Dois olhos lindos depois
Julguei sohar, vendo enfim
Dois olhos como há só dois

Em todos os meus sentidos
Tive presságios de adeus
E aqueles olhos tão lindos
Afastaram-se dos meus

Acordei e a claridade
Fez-se maior e mais fria
Grande era a cidade
E ninguém me conhecia
Midden in het klare licht
Van die heel trieste dag
in de grote, grote stad
waar niemand mij kende

kruisten twee ogen mijn pad
Twee ogen zo prachtig
dat ik dacht dat ik droomde
Zulke ogen zijn er maar twee

Mijn zinnen voelden meteen
het naderende afscheid
en die prachtige ogen
dreven van mij weg

Ik werd wakker. Het werd
weer lichter en kouder
in die grote, grote stad
waar niemand mij kende.

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Woensdag 8 December 2004
Ik had nòg een fado van Cristina Branco vertaald, óók met het thema van kómen, en metéén weer wèg. Dat is het thema van de ongrijpbare liefde, maar je kunt het ook lezen als de ongrijpbare --of onbegrepen-- droom van jezelf.

De que túnel de que árvore
De que zero de remorso
De que rasura do vento
De que núpcias de mármore
De que fresta de que pórtico
Saíste neste momento

Para que praia que porto
Que fugitiva garupa
Que torre desconhecida
Que mãos que braços que rosto
Que tempestade difusa
Te encontras já de partida

Não és de nenhum sossego
Vives no gume do ser
Na fronteira do devir
E assim me tornas eu mesma
Entre nascer e morrer
Entre chegar e partir
Uit welke tunnel, uit welke boom
uit welke nietige wroeging
uit welke windhoos
uit welk marmeren bruidsbed
uit welke kloof, uit welk portiek
kom jij opeens vandaan?

Naar welk strand, naar welke haven?
welke kont zit je achterna?
welke onbekende toren?
welke handen, armen, welk gezicht?
Naar welke onduidelijke storm
ben je alweer onderweg?

Jij kent geen rust
je leeft op het scherp van de snede
op het randje van wat komt
Op die manier keer je mij in mezelf
Tussen geboren worden en doodgaan
Tussen aankomen en vertrekken
Intussen heb ik mijn aanval van eenzaamheid en melancholie op een leuke manier gesublimeerd. Mooi hè?
_____
PS Het is de titel-fado van de CD, maar ik waag het niet die titel, Corpo Iluminado, te vertalen in twee woorden: Verlicht Lichaam, nodigt alleen maar uit tot misverstanden. Als je de fado leest als een dialoog met je ongrijpbare driften en verlangens, als je jezelf als-het-ware op het matje roept, zou je kunnen denken aan:
--"Heb ik jou eens goed in het zoeklicht gezet, met je capsones".
Als je deze fado leest als een dialoog (nogal eenzijdig overigens) met je hit-and-run-minnaar of minnares, probeer dan eens:
--"Tegen het daglicht gehouden, stel je geen bàl voor", en zoek een ander.
Maar ik hoop dat je je van die verwarrende titel niets aantrekt.

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag 9 December 2004
De wandelpaden hier op het eiland zijn grotendeels oude voetpaden toen er nog geen auto's waren. Daar zijn goed bestrate ezelpaden bij. Vóór de komst van de toeristen was er maar één weg die met ossewagens begaanbaar was. Alle andere transport gebeurde met pakezels en daarvoor bestond een netwerk van ezelpaden (en een hele business van de verhuur daarvan). Die vormen nu nog de hard core van de huidige wandelpalen.
'Alle' paden zijn op het nippertje in kaart gebracht door de allereerste Duitse kolonisten /toeristen, want ze werden snel niet meer gebruikt, en werden onzichtbaar. Regenbuien vernielen regelmatig de zwakke punten van die 'bestrating', maar er is al lang geen economische noodzaak meer die onmiddellijk te repareren. Zodoende hadden de volgende stortregens vrij spel en verdwenen hele trajecten. Dat zijn de puzzles die het vrije wandelen leuk maken. Op de drukste toeristische plekken zijn er natuurlijk geen puzzles meer, daar zijn de paden letterlijk platgetreden, en van wegwijzers voorzien. Geen twijfel mogelijk. Ook voor mijn dagelijkse wandelingen heb ik de puzzles helemaal opgelost.
Gisteren --want ik had zin in een extra grote wandeling met kans op verdwalen-- ging ik naar zo'n puzzle-plek waar ik al een paar maal was vastgelopen. Met frisse moed. Het begon als een goed bestraat ezelpad, maar volledig overgroeid. Dat was dus probleemloos, maar het 'eindigde' in een kloof waar bij regen met geweld het water doorheenjaagt. Dat is typisch voor een ex-ezelpad. Dat is zo'n zwakke plek die niet op tijd is gerepareerd. Ik klauterde dus, nèt als vorige keren, door die kloof omhoog, goed uitkijkend naar resten van die oude bestrating. Dat kun je wel zien aan de rotsblokken. Sommige hebben nog de gladde kant van hun oude functie.
Het zag er naar uit dat ik weer zou vastlopen in hetzelfde niemandsland als de vorige keren, maar nù viel mij op dat er een zijkloof was. Dat zou óók het oude ezelpad kunnen zijn geweest. De vorige keren had ik die kloof kennelijk over het hoofd gezien. Ze zag er ook niet zo 'waarschijnlijk' uit gezien de hoofdrichting, en de rest van het profiel ter plaatse. Ze was ook veel steiler. Daarom had ik die --letterlijk-- links laten liggen.
Maar mooi dat ik mij vergist had alle voorgaande keren! Aan het eind van die alternatieve klim begon opnieuw het goed-bestrate ezelpad. Het lag er nog prachtig bij. Alleen die afdaling was de zwakke plek geweest. Precies na twee uur en twintig minuten bereikte ik een 'bekend punt' van mijn meer routineuze wandelingen. Ik wist dat ik in twee uur thuis zou zijn.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag 10 December 2004
Marc Sageman is een Pool, 51 jaar, ex-spion van de CIA tijdens de oorlog tegen de Russen in Afganistan toen Osama Bin Laden --en andere War Lords-- nog door de VS werden betaald, psychiater, doceert aan de Universiteit van Pennsylvania o.a. een full-semester course over Psychology of Terrorism. Hij was in Spanje om een seminarie te geven over islamitisch terrorisme.
Het interview in El País was kort maar indrukwekkend, zodat ik op het internet nogal wat heb nagetrokken over zijn feitenmateriaal en zijn denkbeelden over de grondslagen en de praktijk van het islamitisch terrorisme.
Allereerst zijn feitenmateriaal. Hij heeft inmiddels meer dan 400 biografieën geanalyseerd. Hij heeft veel terroristen zelf gehoord, of was bij het verhoor betrokken. Op grond daarvan komt hij tot tegendraadse conclusies. Het gaat *niet* om kinderen uit ontwrichte gezinnen die uit armoede aan de yihad deelnemen. Het zijn géén verknipte persoonlijkheden, en ze hebben ook géén aanleg voor terreurdaden. Zelfmoord is een rationele keuze. Zij behoren voor 75% tot de hogere sociale klasse en komen voor 90% uit gezonde, goed gestruktureerde gezinnen. Deze constateringen komen overeen met wat andere psychiatrisch geschoolde onderzoekers weten te melden, maar 'de politiek' wil er niet aan. Het is voor ons 'niet-begrijpbaar'.
Van zijn sample heeft 63% universitaire opleiding, wat zéér hoog is voor de Derde Wereld, maar het onderstreept de herkomst uit de hoge sociale klasse. Voor 70% woonden ze in het buitenland, hadden een goede baan, en spraken drie of meer talen. 73% is getrouwd, en de meerderheid heeft kinderen.
Hoe konden deze mensen tot zulke daden komen? Of stonden daarvoor klaar? Hoe kunnen we dat 'begrijpen'?
Dat is een van de doelen van zijn onderzoek, maar alvorens ik daar op in ga, eerst nog enkele andere biografische details die onze vooroordelen verder ondermijnen. Slechts 13% studeerde aan een madraza, (een koran school) waardoor ze besmet zouden kunnen zijn met fundamentalisme. De meerderheid is neutraal, seculier, alvorens ze met de yihad in aanraking komen. Het is dus géén religieus fanatisme dat deze verstandige, internationaal georienteerde professionals en huisvaders tot deze misdaden brengt.
Het onderzoek van Sageman is belangrijk. Het beantwoordt aan de richtlijn die Clausewitz in Vom Kriege voorschrijft: "Ken uw vijand". Dat is niet zo evident als het lijkt, want onze eigen culturele vooroordelen, zeker onder omstandigen van haat en angst, beperken ons blikveld. En dàt beperkt ons in het voeren van een optimale strijd.
Maar in dit geval, waar zeer 'vreemde' motiveringen een rol spelen die wij niet langer kunnen ontkennen of negeren, moet ons onderzoek verder reiken. De Samurai- en de Bushido-traditie kennen ook het "Ken uw vijand"-adagium, maar méér dan de Clausewitz-traditie, erkent die de belangrijke rol van de zelfkennis. Het is de zelfkennis die ons in staat stelt de juiste waarnemingen te doen.
In de westerse oorlogstraditie --rooftochten bij 'lagere' volkeren in het algemeen-- hoefden wij ons niet zo'n zorgen de maken over de diepere motiveringen van het fanatisme waarmee sommige volkeren hun verloren strijd voerden, want we konden ze steeds 'platmitrailleren'.
Sageman stelt dat wij met die methode Bin Laden hebben uitgeschakeld, echter niet de motiveringen waarop diens succes berustten. Voor het kennen van de wèrkelijke motiveringen hebben we een psychiater nodig met de specifieke spionnen-ervaring van Sageman. Juist de psychiater wordt geschoold, om niet alleen zijn culturele bagage achter te laten bij de "waarneming" --zoals een cultureel-anthropoloog-- maar ook om zijn eigen normen en waarden te relativeren. Alleen dàn kan hij de "interne logica" van De Ander begrijpen.
De Ander is dit geval een 'gezond' 'denkend' 'mens' dat 'terrorist' wordt.
Daar laat ik het even bij. Ik kom er zeker op terug. Voor ongeduldigen alvast het CV van Sageman en zijn kijk op het soort oorlog (A war of Ideas) waarin wij ons nu bevinden.
www.bfrl.nist.gov/PSSIWG/documents/
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zaterdag 11 December 2004
Le Monde van Woensdag maakt met verbazing melding van de strijd in Engeland over een wetgeving die 'religie-haat' zal gaan verbieden. In Franse ogen is dat een lapmiddel. Niet dat men religie-haat zou willen bevorderen, maar je moet het bekijken vanuit Een Principe. In Frankrijk is dat de heilige Republikeinse Gedachte, die van de "Laïcité", de gedachte van de volledige neutraliteit-voor-de-wet van alle religies.
Op die (Engelse) manier krijg je de rare toestand --vinden de Fransen-- dat er een wet is die kritiek op kleur, ras en etnische herkomst verbiedt. Dat er een wet is die het belachelijk maken van de hoofddoek van de Sikhs verbiedt. En dat er een wet is de het beledigen van de god van de christenen verbiedt. Een lappendeken, vinden ze. Op die manier ontlopen ze een principiële discussie.
Typisch Cartesiaans-Zuideuropees: Je begint met het stellen van een Hoog Principe, en al het andere vloeit daar dan uit voort. Lekker autocratisch, lekker autoritair.
Hoe verloopt die discussie in Engeland? Ik heb er de The Guardian op nageslagen. Het betrokken wetsvoorstel wordt bestreden op heel andere gronden. Pragmatisch en Noordeuropees.
--"De situatie dat religie mag worden geridiculiseerd is belangrijker voor de maatschappij dan de situatie waarin dat niet mag, want de ene leidt naar opening, de andere naar onderdrukking".
In deze uitspraak van Mr Bean prevaleert het argument van het voortbestaan van de soort, van de gemeenschap. Het is de onderliggende waarde van het recht op vrije meningsuiting; *niet* Vrije Meningsuiting --domweg-- als Hoog Principe.
In de Franse cultuur prevaleert Het Hoge Principe. Volgens de Engelsen leidt dat zelfs tot onderdrukking ook al lijkt dat principe van de "laïcité" nog zo 'vrij'. Je hoeft daarvoor alleen maar te kijken naar het dwangmatige van het verbod van de sluier in Frankrijk dat *niet* vergezeld ging van het verbod van het dragen van een kruisje.
Een ander interessant detail is dat de leiding van de Engelse kritiek in handen is van Mr Bean, een bekende entertainer in de stijl van Jacques Tati, waarvan de burgerlijke naam Rowan Atkinson is. De betrokken minister, David Blunkett, heeft al laten weten dat entertainers niet zullen worden vervolgd op grond van die wet.
Dat verhoogde het hoongelach in de Letters to the Editor.
Heel Europees allemaal. Hoe is het in post-Gochiaans NL?
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zondag 12 december 2004
De psychiater Marc Sageman, met een verleden als CIA-spion in Afghanistan toen Bin Laden nog door de VS werd betaald, beweert op goede gronden --en collega's delen die mening-- dat de meerderheid van de islam-terroristen intelligente, goed opgevoede mannen zijn uit gezonde gezinnen. Géén religieuze fanaten, en óók niet 'crazy' of ge-brainwashed. Dat is anders bij de ETA, Rote Armee Fraktion , IRA en de collectieve zelfmoorden bekend van het internet. Dat was de kern van mijn stukje van eergisteren.
--"Hoe kan dat?", is natuurlijk de eerste vraag van de geconfronteerde leek, "mensen met een béétje verstand dóen zoiets toch niet?"
Dat is precies de 'onmogelijkheid' waar een psychiater, met name een crisis-psychiater mee heeft leren omgaan. De 'gek' van het dak afpraten die dreigt zich te pletter te springen. Deze heroïsch-spectaculaire kant van dat beroep eist echter diepgaande kennis van wat er in de hersenpan van die ander omgaat. Zó analyseert Sageman het islam-terrorisme.
--"Hoe hebben ideeën deze terroristen beïnvloed? Om welke ideeën gaat het?".
--"Hoe ziet zo'n internationaal georiënteerde intellectueel 'zijn' Islam?", is zijn eerste vraag. "Hoe ziet dat er uit als je eens *niet* door de ogen van het door christendom, imperialisme, kolonialisme, technologie en superioriteitsgevoelens doordrenkte Westen kijkt".
Dan is het een goede religie waarin vriendschap tussen mensen vanzelfsprekend is. Een religie met een groot cultureel en intellectueel verleden waar je trots op bent. Verdrietig is natuurlijk de strijd tussen verschillende koran interpretaties, vaak in de machtsstrijd van afvallige machthebbers. Verdrietig is natuurlijk de vervallen glorie sinds enkele eeuwen, en het culturele en technologische overwicht van het Westen.
Vanuit zo'n gevoel ga je óf afstand nemen van je erfgoed --haten of afwijzen zelfs-- óf je zet je in om die oude waarden te doen herleven en de belemmerende faktoren weg te nemen. De islam is een goede en en zeer menselijke religie. Waardevol. Waard om voor te vechten. Beter dan het autoritaire en elitaire christendom. Een intellectueel die zich zelfs maar een béétje kan losmaken van zijn christelijk en technologisch triomfalisme, moet dat toegeven. Of zich daar op z'n minst in kunnen inleven.
Dit was "les 1" van de strijd tegen islamitisch terrorisme: Erkèn je vijand. Terreurbestrijding door die waarden te miskennen werkt averechts. Ook het idee dat het om zotte, gehersenspoelde, eenlingen gaat is fataal voor het westen. Evenals méér christelijk of technologisch geweld als antwoord.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag 13 December 2004
Ik wilde gisteren er eens flink tegenaan met wandelen. Dat is méér dan gelukt. Eenmaal in de bergen begon het te druilen. In het dal scheen de zon. Ik had de wolken in de bergen wel gezien, maar, ik was optimistisch en ik wou er eens flink tegenaan. Druil aan de buitenkant, transpiratie aan de binnenkant, en de nattigheid van het hoge gras maakten dat mijn voeten in mijn schoenen sopten.
Het werd een (natte) vuurdoop. Natte bergwandelingen vermeed ik altijd op basis van gezond risicomijdend gedrag. Die half verwaarloosde ezelpaden zijn dan extra glibberig. Maar nu wilde ik er eens flink tegenaan.
Ik koos iedere stap met zorg. Bewust van het gevaar. Vier en een half uur later was ik thuis. Meteen in het warme bad, want ik zag de bui al hangen.
Vanmorgen had ik enorme spierpijn op zeer ongewone plekken. Ik heb toen maar een aspirientje genomen.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Dinsdag 14 December 2004
Het Westen beschouwt de Islam als minderwaardig (t.o.v. Joden en Christenen), vastgeroest en agressief. De Muslims vinden zich superieur, dynamisch en vredelievend. Zo liggen de kaarten ongeveer. Het westerse denken is stilgezet bij 732, toen Karel Martel de Saracenen versloeg bij Poitiers, bij 1492 toen Granada werd veroverd en de Spanjaarden de Moren en de Joden het land uitjoegen, en bij 1592 toen Wenen bijna in handen van het Ottomaanse Rijk viel. Sindsdien zijn het voor ons waardeloze en rancuneuze verliezers. Het bewijs daarvan is Bin Laden en consorten: "Zie je wel!"
De frustatie over zijn vervallen glorie heeft binnen de Islam geleid tot verschillende vernieuwingsbewegingen. Sommigen klampen zich vast aan 'aloude waarden', andere gaan uit van 'opnieuw geboren worden' op basis van de waarden van Mohamed en zijn gezellen.
Allemaal zochten ze herleving in eigen kring. Terugvechten tegen de westerse miskenning, onderdrukking en kolonialisatie stond niet bovenaan op het verlanglijstje. Evenmin als het nabootsen van westerse waarden.
Zo begon in de 18e eeuw de Salaf, die het strikt naleven van de Koran als oplossing zag. Die ontwikkelde een grote intellectuele traditie in de strikte interpretatie van de Koran, en vormde lange tijd de kracht om de opportunistische interpretatie van (muslim) machthebbers te corrigeren. Salaf betekent zoveel als "Islam is het antwoord".
Een tweede strategie is de Dawa, "oproep tot Islam". De belangrijkste groepering daarvan, een soort stil missioneringsnetwerk, is de Tablighi Jamaat die in 1929 werd gesticht in India. Die heeft het naast elkaar leven met andere religies als uitgangspunt. Het is deze beweging die --bescheiden en in stilte-- de meeste van in het westen levende Islamieten aanspreekt. Ook in Indonesië, het land met het grootste aantal muslims, en Sri-Lanka. Gebruik makend van de waarden van De Verlichting, zoeken zij een plaats naast de andere religies binnen een seculiere samenleving.
De derde strategie komt voort uit de Salaf. Deze Salafi Jihad begon rond 1970 in Egypte onder druk van de Israelische expansie. Zij leggen de schuld bij de "afvallige" regering omdat zij de wetten van de Koran niet dwingend opleggen. Zij streven dus na wat De Kerk in Spanje nog steeds probeert, het integrismo, de eenheid van Kerk en Staat. Saria heet dat aldaar. Zij benoemden de Egyptische regering als de "nabije vijand". Die moest eerst overwonnen worden. Dan pas kan de "verre vijand" (Israel) met succes worden bestreden. Deze stroming maakt school in de landen van het Midden-Oosten.
De vierde strategie is van Osama bin Laden die in 1996 in een fatwa de Global Salafi Jihad afkondigde: Niet de "nabije vijand", maar de "verre vijand" moet allereerst worden aangepakt. Dat wil zeggen de VS en Het Westen, want die houden die "afvallige regeringen" in stand. Deze fatwa is in Islamitische kringen zeer omstreden, zowel bij de traditionele Salafi als bij de meer open Dawa. Allereerst omdat Osama Bin Laden een opportunistische interpretatie geeft aan enkele Koran-verzen, en hij bovendien geen erkend leraar is. Beide zaken wegen zwaar bij de intellectuele kern van de Islam.
Deze analyse leert ons dat er in de Islam krachten aanwezig zijn om het terrorisme te bestrijden. Samen met het Westen.
Mits ... mits ... mits ...
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Woensdag 15 December 2004
Martine stelt dat Corpo Iluminado, in mijn vertaling van Cristina Branco de vorige week, wellicht 'vurig lijf' betekent: "brandend van verlangen"; "in vlam staand". Zo drukten haar vrouwelijke collega's zich uit over hun Grote Liefde toen ze een jaartje stage liep in Brazilië.
Dat voegt natuurlijk toe aan deze cumulatie van droefenis, het ideaal van de fado: Het thema van de onbereikbare liefde, aangedikt met het éven verschijnen --en dan meteen verdwijnen-- van de geliefde, en dát met een vurig lijf, gloeiend van verlangen. Voor minder ga je niet als het om Liefde gaat. Corpo Iluminado wordt dus: "Brandend Lijf". (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag 16 December 2004
Ik was eergisteren onvolledig toen ik schreef dat géén van de vernieuwingbewegingen binnen de Islam het nabootsen van Het Westen op zijn verlanglijstje had staan. De enige uitzondering is echter de vernieuwingsbeweging in Turkije, maar dáár is het initiatief van een 'buitenkerkelijke' uitgegaan. Kemal Atatürk had niet veel op met godsdienst en beschouwde het als de belangrijkste reden van achterlijkheid. Toch probeerde hij die niet te verbieden, maar zorgde dat ze De Staat geen kwaad konden doen. De Imams van iedere moskee worden door de staat betaald, evenals de opleiders daarvan; nèt als voor staatsscholen. Zo ontstaat de vreemde figuur dat een onmiskenbare Seculiere Staat, kerkelijke functionarissen betaalt.
Turkije is tevens een onmiskenbare Islamitische Staat, 'want' de overwegende meerderheid van de Turken noemt zich Islamiet, al voegen velen daar snel aan toe: "Bij geboorte". Er is grote sociale druk om je Islamiet te noemen, anders hoor je er gewoonweg niet bij. En dat ís ook zo: Het sociale leven speelt zich af in en rond de moskee.
Toch Turkije heeft zich in 1923 losgerukt van de rest van de Islam door te streven naar secularisatie en democratie. Meteen kregen de vrouwen gelijke rechten, kwam er algemeem stemrecht, en werd het Arabisch schrift vervangen door Westerse letters. Dat gebeurde nogal 'top down', waardoor het op de Sovjet-stijl leek. Het leger hield bovendien de seculaire koers van "de democratie" in de gaten als die naar extremen afdwaalde. Er waren 'coups' in 1960, in 1971 en 1980. Zelfs nog een 'post moderne' in 1997.
De partijen beginnen het lesje te leren. De roman "Sneeuw", van Orhan Pamuk, beschrijft dit in kleurige details vanuit een provinciestadje. Zodoende kon de BBC-correspondent, Jonny Dymond, in Dec 2002 schrijven: "Turkey's Muslim party is now more democratic than its secularists" !!
Dezelfde Dymond schrijft nu in "Prospect" een grondig, maar zéér goed leesbaar artikel: The cult of Atatürk. Het maakt duidelijk hoezeer de aansluiting bij Europa de kroon op deze ontwikkeling zal zijn, en hoezeer zowel Europa als Turkije een kans missen om "on speaking terms" met het Wereld-Islamisme te blijven als het niet doorgaat. Een aanrader!!
_____
Het artikel moet je vlug downloaden. Nu is het nog gratis, maar later betaal je er (schandalig) veel voor. Voor eventuele 'missers' houd ik een een copie achter de hand.
www.prospect-magazine.co.uk "An absolutely remarkable magazine. One of the best of its kind in the world." Donald Graham, Chairman, Washington Post
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag 17 December 2004
De moeder van Rafael Gumucio was 32 toen zij geblindoekt uit haar huis werd weggehaald. Hij herinnert zich het stilstaande beeld perfect. Hij was drie. Het was kort na de coupe van Pinochet in September 1973. Zij was directeur van een school voor sociale werkers. Enkele dagen later was ze thuis. Ze hadden haar 'alleen maar' gedwongen toe te zien hoe haar medewerkers en studenten werden gemarteld. Een 'vriendelijke' marine-officier zei dat ze beter naar het buitenland kon gaan, want dat een volgende gevangenneming wellicht anders zou aflopen. Enkele dagen later zat de hele familie bij de Franse Ambassade voor asiel. Elf jaar later kwamen ze terug in Chili.
In zijn column in Las Últimas Noticias schrijft Gumicio dat zijn moeder hem opbelde: "Ik sta bij de 27.255 in het grote boek. Mijn broer ook. We krijgen nu een maandelijkse uitkering. Maar wat moet ik ermee? Ik ben niet écht gemarteld, mijn broer en al die anderen wèl".
Dat is precies wat het systeem beoogde. De overlevenden voelen zich schuldig. Martelen berust niet op uit de hand gelopen primitieve instincten; het komt voort uit wetenschappelijke en culturele geraffineerdheid. Het doodt de geest. Het lichaam leeft verder als zombie. Blijvend gemarteld door angst. Wetenschappelijk weten wij precies hoe wij ideeën kunnen manipuleren, en verzets-instincten kunnen doden. De moeder van Gumucio was pion van het martelsysteem gemaakt.
Toen ik zeven jaar geleden voor het eerst in Chili was, las ik over martelingen alleen in de "Ingezonden Brieven". Iedereen riep nog Sssssst! Het boek van Moulián (zie 2 december) verscheen toen nèt. Het ontrafelde heel voorzichtig --maar to-the-point-- enkele mythes. Onder andere dat martelaars verknipte personen waren, of sadisten. Nee, het waren brave huisvaders, trouwe gelovigen en kerkgangers, die dachten hun plicht te doen in de strijd tegen goddeloosheid en communisme. "God wil het!", net als bij de Kruistochten, Inquisitie en Jihad.
Het is een wonder dat Chili zich uit dit drijfzand van angsten weet te bevrijden: stapje-voor-stapje. Binnenkort ben ik weer on-the-spot. Ik hou jullie op de hoogte.
Oh ja, in het grote boek stond ook dat de bakker uit hun straat zijn moeder had aangegeven bij de autoriteiten als 'gevaarlijk subversief'. Die bakker en zijn (klein)kinderen lezen dat boek natuurlijk ook. De column van Gumucio heette "Mijn Gemarteld Erfdeel". Moedig Chili. Dapper Chili.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zaterdag 18 December 2004
Marc Sageman, de psychiater /ex-spion, --zie eerder deze maand-- heeft zich verdiept in de ideeën die leiden tot terrorisme. Hij heeft een database van meer dan 400 biografieën van terroristen. Het zijn intelligente, internationaal geörienteerde jonge mensen met een goede baan buiten hun geboorteland. Ze zijn internationaal mobiel. Zij missen echter de vriendschap en vertrouwde sociale kontakten. Dat drijft hun naar de moskee. Niet religie, want het zijn geen praktiserende gelovigen.
Dáár pas ontstaan vriendschappen, en dát brengt hun weer in aanraking met het oude geloof en met de vernieuwingsbewegingen. Dat geeft nieuwe inspiratie, en velen zetten zich in voor de lokale gemeenschap.
Dat kán leiden tot 'bekering' tot terrorisme, maar dat is zeker niet algemeen. De helft van zijn database komt slechts van enkele moskees: Brooklyn, Milaan, London, Montreal, Madrid, Hamburg en Roubaix.
Dit feit helpt wellicht het klassieke politiewerk, maar daar gaat het niet om. Het gaat erom dat de meeste moskees buiten de Islamlanden geïnspireerd bezig zijn met vernieuwingsbewegingen, en dat betekent kritische bestudering van de Koran.
En boven alles, die vernieuwingsbewegingen zijn niet per definitie terroristisch. Die van Bin Laden wel, maar die is gebaseerd op een pervertering van de Koran. Bin Laden heeft de verzen, waarop zijn fatwa van 23 augustus 1996 is gebaseerd, uit hun verband gerukt.
De vernieuwingsbewegingen worden gedreven door een zuivere interpretatie van de Koran. Juist dit soort opportunistische interpretaties --in hun visie-- hebben de Islam in verval gebracht. Daarom noemt Sageman het samenwerken met de Islam de belangrijkste factor in de strijd tegen terrorisme. Die potentiële terroristen zijn intelligent genoeg om voor die argumentatie gevoelig te zijn. In hun nieuwe-vriendenclubs heeft men zich door deze misleiding laten meesleuren.
Zo ongeveer luidt de analyse van Sageman. Nu het oorlogs- en politie-werk zijn grenzen heeft bereikt, moet het een Ideeënoorlog, een War of Ideas, worden. In overeenstemming met het adagium van Clausewitz, "Ken Uw Vijand", onderzocht hij de volgende vragen:
    • How did the al Qaeda ideology evolve?
    • How do terrorist leaders generate ideas?
    • How do ideas mobilize people to join the jihad?
    • How do ideas motivate terrorists to die and kill?
    • What gives ideas credibility?

In zijn verklaring voor 11 September commissie op 9 juli 2003 gaat hij daar kort op in. Op zijn eigen site staat een uitgebreider --en aanbevelingswaardig-- document dat ik al eerder noemde. (www.bfrl.nist.gov/PSSIWG/documents/).
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zondag 19 December 2004
Ik lees Time of our Singing van Richard Powers, een familie-roman doorlopend over verschillende generaties. De achtergrond is rassendiscrimatie en geleidelijke 'bevrijding'. Ik trof een nadenkzinnetje:
--"Drie-kwart van de Amerikaanse Negers heeft blank bloed --heel weinig daarvan op basis van vrijwilligheid".
Ik dacht aan de kleurling in Kaapstad die mij vertelde van de ingewikkelde Apartheids-testen die bepaalden tot welke categorie je behoorde. Bijvoorbeeld die belachelijke ball-point test om de stijfheid van je zwarte krullen te bepalen.
--"Waarom geen bloedonderzoek", vroeg ik.
Hij schaterde: "Teveel blanken hebben zwart bloed, ha ha ha!!"
(Genetisch onderzoek? Ja graag, als er maar niets verandert).
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag 20 December 2004
De filosoof José Antonio Marina probeert een ogenschijnlijk eenvoudige vraag te beantwoorden:
--"Waarom begaan intelligente personen zoveel stommiteiten?"
Als intelligentie onze redding is, dan is domheid onze grootste bedreiging. We moeten dat onderzoeken, nèt zoals AIDS. Domheid is niet om grappen over te maken. Stalin was zeer intelligent, en had een goede opleiding. Maar hij was wreed en onrechtvaardig. Waarom?
De tragedie van onze cultuur is dat wij geloven dat intelligentie er is voor de informatie, en dat gevoelens storende factoren zijn, terwijl werkelijke intelligentie bestaat uit voortdurend afwisselen van informatie en waardeoordelen.
Domheid moet inderdaad zeer intelligent worden onderzocht.
Honderd woorden zover. Ik ben nog niet tevreden.
"Theorie en Praktijk van de Stommiteit" is de ondertitel van zijn studie.
Hij onderzoekt dogmatisme, fanatisme, wrok, vooroordelen, begeerte, goedgelovigheid, begoocheling, misverstanden, verslavingen, impulsiviteit en besluiteloosheid. Het gaat niet om de intelligentie, maar om het gebruik ervan onder alle omstandigheden. Honderdvijftig all-in.
_____
"La inteligencia fracasada" (de falende intelligentie), "Teoría y práctica de la estupidez". Anagrama, Barcelona, Nov 2004
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Dinsdag 21 December 2004
De Israëlische expert van de Palestijnse terroristische organisaties, Ami Pedahzur, hoogleraar bij Haifa University, weet dat zelfmoordaanvallen van de Hamas in golven komen, helemaal 'politically timed', want er is een centrale (Hamas-)autoriteit met voldoende invloed voor effectief aanzwengelen en stoppen. Zo'n centraal gezag ontbreekt bij de Salafi Jihad, waarvan Bin Laden c.s. de wereldvariant is. Daar zijn het grassroots initiatieven van vriendenclubs die dezelfde verontwaardiging delen. Het enige dat het dichtste bij zo'n centrale autoriteit kwam was Bin Laden zelf die, samen met enkele en enkele hubs (knooppunten), 11-S kon organiseren. Dank zijn traditioneel militair- en politiewerk zijn die hubs uitgeschakeld. Daarom kon Marc Sageman zeggen dat een terroristenaanval à la Bin Laden niet meer zal voorkomen.
Enthousiaste nieuwe initiatiefnemers, met minder training en minder gesteund door ervaringen van anderen, zetten de terreurakties voort. Traditioneel militair- en politiewerk spelen geen rol in de bestrijding daarvan, want het gaat om autonoom voortlevende ideeën.
Het is déze observatie die Sageman er toe brengt het begrip War of Ideas te formuleren: Ideeën moeten met Ideeën worden bestreden. Dat soort 'oorlog' is nog weinig vertoond.
Dat is iets anders dan de oude propaganda-oorlog. Het 'gehoor' is in dit geval niet een groot anoniem publiek, maar intelligente, individueel gemotiveerde mensen. Misleid door geperverteerde uitleg van bepaalde Koran-verzen. Infiltreren in die vriendenclubjes is niet mogelijk. Dat weet de spion-psychiater Sageman uit eigen ervaring.
De dienstplichtige soldaat in de traditionele oorlog stormde op de vijand af met een snel eroderende pep-talk, in zijn hoofd, of met een bajonet in de rug. Eenmaal in de strijd restten hem slechts overlevingsinstincten. Voor professionele huursoldaten is het niet veel anders.
Nu zijn het intelligente, goed opgeleide en individueel gemotiveerde 'soldaten'. De Hamas heeft recruteringsproblemen en moet telkens nieuwe 'zelfmoordsoldaten' werven met overreding, dwang en hersenspoeling. Bin Laden had nooit recruteringsproblemen. Hij had selectieproblemen. Slechts twintig procent van de rijkelijk toestromende vrijwilligers liet hij toe voor het echte werk via zijn opleidings- en selectiekampen. Daarom stelde Sageman zich de vragen die ik op 16 december noemde.
In een artikel, Fatal Friendships, gaat Sadie F. Dingfelder daarop door:
"Sociale groepen, vriendengroepjes, in tegenstelling tot min of meer formele organisaties, vormen de ruggegraat van 's werelds gevaarlijkste terroristen-'organisaties'. Het zijn "ideeën-netwerken" en die vereisen "idea-based solutions"."
(Fatal Friendships: www.apa.org/monitor/nov04/friendship.html)
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Woensdag 22 December 2004
Ik vertaalde Musa van de CD Corpo Iluminado van Cristina Branco.

Aquí me sentei quieta
Com as mãos sobre os joelhos
Quieta muda secreta
Passiva como os espelhos

Musa ensina-me o canto
Imanente e latente
Eu quero ouvir devagar
O teu subito falar
Que me foge de repente
Ik heb mij rustig neergezet
De handen op mijn knieën
Sereen, stil, naar binnen gekeerd
Ontvankelijk als een spiegel

Muze, leer mij het lied
Dat verborgen in mij opwelt
Ik wil ontspannen horen
Hoe jouw woorden
mij opeens ontsnappen

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag 23 December 2004
--"Muze, leer mij het lied dat verborgen in mij opwelt", vertaalde ik gisteren.
Het was ook mijn eigen smeekbede, ik mis inspiratie, en sleep mij voort door deze donkere dagen voor Kerstmis. Het is vandaag de kortste dag, hopelijk komt vandaag ook mijn keerpunt. Er liggen genoeg 'leuke dingen' op mijn stapeltje: Een onverwacht antwoord uit Chili van een oude relatie-van-toen, mijn nieuwjaarsbrief die alsmaar niet wil lukken, een jarige vriendin in NL, andere correspondentie waar ik eens graag lekker voor wil gaan zitten, en een paar half-gelezen boeken.
Nee dus. Ik ben hangerig en verveeld; kan mijn energie niet kwijt; kan mij niet concentreren: Het oude zelfbeeld van de brandweerman --spuitgast-- die gedoemd is zijn spuit te blijven richten, want ze kan niet worden afgeschakeld. Ik mis inspirerende mikpunten. (Ik mik op saaie mispunten.) De Salafi Jihad, de zieleroerselen van een terrorist --en heel Turkije-- kunnen mij opeens de pot op. Net als die "Theorie van de Stommiteit".
Die Fado-vertaling van Cristina Branco van gisteren was geen toeval. Het beschrijft in elk geval mijn verlangen:
--"Sereen, stil, naar binnen gekeerd".
--"Me hoela!", ik lijk meer op de tijger die ik op Blijdorp ooit zag, onrustig heen en weer lopend in zijn kooi. Onrustig, maar doelloos, surfte ik gisteren op het internet voor wat inspiratie, terwijl mijn tafel vol ligt met 'leuke dingen'. En ik logde wel vier keer in op mijn mailbox. De zon schijnt meestal volop, maar het is koud. De voortdurende lawaaiige rukwinden --al drie lange dagen lang-- irriteren mij meer-en-meer, en ik loop naar de benedenstad om daar even van verlost te zijn. (Ik woon op de bergrug die de benedenstad daarvoor beschut. Ik woon er om geen last te hebben van de stinkgassen van de stad.)
Maar het meeste achtervolgt mij de miskleun van Maandag. Toen was er een Kerstconcert. Het is een van de twee of drie uitvoeringen die het orkest van het eiland voor eigen publiek geeft, want meestal is het bezig met lauweren oogsten op de andere eilanden, of op het vasteland. Niet om te missen dus. Maar Maandag, na het eten, zette ik mij zoals gewoonlijk aan de schrijf- en leesarbeid. Ik ga 's avonds nooit de deur uit. Lekker knus met de lawaaiige storm. Die begon Maandag. Ik waande mij een scheepje op de oceaan, met al die rukwinden. Lekker tevreden.
Tot ik ontdekte dat het concert op dat moment nèt was afgelopen. Ik baal nu nog.
En nu met een schone lei aan de kortste dag beginnen. Duim maar voor me.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag 24 December 2004, Nochebuena
Geen stukje vandaag. Gisteren heb ik 'nogal onproduktief' doorgebracht, zoals je hebt begrepen. Heel vroeg naar bed bij gebrek aan leukheid. Ik moet een kou hebben hebben gevat. Dat bleek vannacht. Nu zoek ik eerst mijn eigen stukjes weer bij elkaar. Ik heb nog nèt energie voor deze vijftig woorden.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Kerstmis 2004
Ik ben gisteravond --goed ingepakt-- naar het kerstmaal bij Ignacio thuis gegaan. Het was voor de negende keer, rekenden we uit. Dat mocht ik niet missen.
Maar verder heb ik nog niet veel te missen. Ik ga vlug weer onder de wol. Ik ben alleen opgestaan om de kerstboom op de site te zetten.
Misschien heb ik straks nog een goed idee. Hoe dan ook:

¡Feliz Navidad!
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, 26 December 2004, Tweede Kerstdag
De nieuwjaarsbrief van een ex-collega Aat, die vertelde van zijn golf-escapades in de buurt van Poitiers, bracht mijn lift-tocht in 1949 in herinnering waarbij mijn liftgever een leraar geschiedenis bleek te zijn. Tussen Poitiers en Tours wees hij op de heuvels in het zijterrein:
--"Daar heeft Karel Martel in 732 de Moren verslagen".
De rest van de dag brachten we door op en rondom het oude slagveld. Alsof hij zelf had deelgenomen vertelde deze bevlogen hobbyist met grote gebaren, waar de troepen waren opgesteld, en hoe de strijd was verlopen. Ik herinner weinig, behalve dat hij ook zei dat de geschiedenisboekjes vol leugens stonden om Karel Martel te verheerlijken. Wat die leugens waren, weet ik het nòg niet, maar die nieuwjaarsbrief van Aat en Ineke zette mij aan het surfen, en misschien weet ik het nu.
Ik vond namelijk een ooggetuigeverslag uit een Arabische kroniek dat een heel ander verhaal vertelt dat het gebruikelijke, waarin de gevreesde Arabische Cavalerie stuk loopt op de dapper strijdende Franken onder leiding van Karel Martel, de grootvader van Karel de Grote.
De ooggetuige heeft het over de straf van God die over de Muslim gelederen kwam wegens verregaand gebrek aan discipline. Ze waren in 711 op verzoek van de ruzieënde West-Gotische koningtjes naar Spanje gekomen, maar ze gingen niet weg, en veroverden het schiereiland. Het werd als een bevrijding ervaren van de steriele bureaucratie en onredelijke belastingen. Deze 'moren' stootten vervolgens door tot over de Pyreneeën, veroverden Aquitanië, waar ze ware lusthoven aantroffen. (De troubadours kwamen er pas later, maar Bordeaux was wèl een van de belangrijkste cultuurcentra van Gallië. Ook de lusthoven van Córdoba en Granada [Alhambra] kwamen pas later).
De ooggetuige meldt dat de dappere cavaleristen zich overgaven aan verzamelen van oorlogsbuit, en het in bewaring geven van moorse genen bij de Aquitaanse dames. Niet vrijwillig uiteraard. Zó erg, dat toen de wakkergeschudde Franken Tours al naderden, deze gevreesde cavaleristen niet aan hun commandanten gehoorzaamden, en "wreed als wilde tijgers" Tours beroofden en bevruchtten. De ooggetuige vond dan ook dat de straf van God niet kon uitblijven en, inderdaad, het krijgsgeluk keerde.
Opeens was er ook het gerucht dat het moorse tentenkamp, waar ze hun buit hadden achtergelaten, onderwijl werd beroofd. Zodoende verdwenen zelfs een aantal gehoorzame cavaleristen van het slagveld. Dat is, ongeveer, de andere versie. De complete kun je lezen op
www.fordham.edu/halsall/source/arab-poitiers732.html. De slag heeft plaatsgevonden bij Moussais-la-Bataille, 10 km ZW van Châtellerault. (wordt vervolgd)
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag 27 December 2004
Gisteren schreef ik over twee versies van de Slag bij Poitiers op 10 oktober 732 waar de Islamitische veroveraar Abd ar-Rahman al-Ghafiqi door Karel Martel, werd verslagen. Ik zal Aat en Ineke --want hun nieuwjaarsbrief was de aanleiding omdat ze het over hun golf-stekkie bij Poitiers hadden-- eens vragen of er een lokaal museum(-tje) is. Ik ben benieuwd welk verhaal dáár wordt verteld.
Zoiets is er vast wel, want om een regio in de vaart der volkeren op te stuwen is niets zo effectief als een Groot Historisch Gebeuren. Sinds 11-S (New York), 11-M (Madrid), en de verklaring van een agressieve Islamitische factie dat ze het aloude Al Andaluz willen herveroveren, moeten de vingers van ieder "turists' marketeer" toch jeuken?
Het speculeren over wat er gebeurd zou zijn indien . . . houdt de gemoederen steeds opnieuw bezig. Er bestaat een out-of-print***-boek van de historicus Sir Edward Creasy, Fifteen Decisive Battles of the World From Marathon To Waterloo waarin ook de Slag bij Poitiers uit de doeken wordt gedaan. Daar staat ook het ooggetuigeverslag dat ik gisteren aanhaalde. Maar er zijn ook oudere speculaties:
Edward Gibbon (1737-1794), een Oxonian Scolar vraagt in "The History of the Decline and Fall of the Roman Empire" (1788):
--"Zou heel Europa aan de Islam zijn toegevallen als de strijd anders was uitgepakt?"
--"Perhaps, the interpretation of the Koran would now be taught in the schools of Oxford, and her pulpits might demonstrate to a circumcised people the sanctity and truth of the revelation of Mahomet."
En vervolgens:
--"Zouden de beroemde spires van Oxford dan minaretten zijn?"
Dat laatste begint waarheid te worden. Niet alleen zijn er minaretten over heel Engeland, maar in Oxford is zojuist een groot Islamic Studies Center geopend. Inderdaad, mèt minaretten.
De onderliggende angst bij dit soort speculaties is dat Europa dan in een soort achterlijk-autoritaire Islam zou zijn vervallen zoals wij dat van sommige Arabische landen kennen. Dat is bepaald niet zeker. Per slot is de Bijbel in Rome, en andere Mediterrane streken, uitgegroeid tot een racistisch en autoritair instituut, maar de Noordeuropese volkeren hebben er hun egalitaire protestantisme op gebaseerd. Met de Koran, net als met de Bijbel, gaat het wellicht méér om het volk en de autoriteiten dan om de inhoud van het boek. Per slot kun je met beide Boeken --politiek-- alle kanten uit. Net als met I Tching of Bhagavadgita.
______
***Nu: Joseph B. Mitchell & Edward Creasy, Twenty Decisive Battles of the World (Mei 2004). Het oude bestaat alleen nog als e-Book (Adobe), dat je voor $1,99 bij Amazon kunt downloaden.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Dinsdag 28 December 2004
Vandaag geen stukje.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Woensdag 29 December 2004
Ik loop al een tijd met het idee om de 'oude' slavernij op één lijn te brengen met wat ik de 'moderne' slavernij noem, de import van illegale arbeiders. Maar het is ingewikkelder.
De oude slavernij is niet alleen wat zich in de VS afspeelde kort voor de abolition, maar er zijn ook heel honorabele(?) vormen geweest waarbij slaven status en aanzien genoten. Bij de Grieken en Romeinen bijvoorbeeld. De Janitzaren van het Ottomaanse Rijk waren een slavengemeenschap met een traditie van enkele eeuwen.
Het begin van de slavernij als maatschappelijk verschijnsel zou ik moeten zoeken bij het ontstaan van de --sedentaire-- landbouwgemeenschappen waar 'ondernemerschap' aan de ene kant, en 'ondergeschiktheid' aan de andere kant, de grondslag legden voor een maatschappelijke tweedeling die we nu nòg kennen. Ik zoek naar uitzonderingen. Ik denk aan zwerfvolkeren, zoals de Rom in Europa. Die zijn zichtbaar wegens hun botsingen met de dominerende sedentaire cultuur.
De 'vluchtelingen' uit Afrika, die met kleine bootjes hier op de Canarische Eilanden regelmatig landen, zijn deel van de moderne slavernij. De vorige week kwam in Fuerteventura (wéér) een boot(je) aan met 53 'vluchtelingen'. Dertien dood. Vier levensgevaarlijk onderkoeld. Voor water, voedsel en warme kleding was geen plaats geweest voor de driedaagse overtocht. De overlevenden vinden --illegaal-- hun weg als ongeschoolde arbeider (met een warme deken van het Rode Kruis). Wat is het verschil?
De oude slavernij erkende het persoonlijke bezit. Een slaaf was net zoals een huis of landerijen. Dat was algemeen erkend. Kerkelijke en burgelijke voorschriften ondersteunden dat. De moderne zwijgt daarover, de moderne slaven zijn juridisch 'vrij zwevend' en worden met andere dwangmiddelen onder controle gehouden.
Vroeger waren slaven duur, want ze waren schaars. Ze werden heel lang gehouden. De moderne slaven zijn goedkoop, ze komen massaal 'vrijwillig' toestromen. Er wordt goed aan verdiend. Ze worden maar kort gehouden. Ze gaan snel van hand tot hand. Prostitutie en illegale arbeid zijn de grootste markten.
José Antonio Marina, de Spaanse filosoof die eerder zijn gedachten liet gaan over rariteiten van de intelligentie, en een theorie over de menselijke stommiteit ontwikkelde (zie 20 december), schreef eerder "La lucha por la dignidad" (De strijd om menselijke waardigheid). Slavernij en --erfelijke(!)-- ondergeschiktheid vindt hij geen fundamenteel probleem. De kern ligt bij het respecteren van de menselijke waardigheid.
Zou het dàt zijn? Hoeven we alleen maar lief te zijn voor onze arbeiders en loonslaven? En ze af en toe wat lekkers toestoppen? Als de baas een goede bui heeft? Of geldt dat alleen in de Spaans-autoritaire cultuur?
In denk tòch dat het wat ingewikkelder is.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag 30 December 2004
Via een berichtje over "Ali B, de internet columnist" in De Volkskrant, ontdekte ik www.elqalem.nl dat zich "Het Eerste NLse Islamitische eZine" noemt en "islamitisch jongeren platform". Ik kan ze nog niet goed plaatsen, niet ècht serieus; ècht rellerig ook niet. De NLse columnisten zitten allemáál wat gevangen in een schreeuwerig jargon. Die van El Qalem dus ook. Tussen de humbug vind je inderdaad wat goudklompjes en frisse inzichten, maar sociaal goed klinkende frasen --en imponeringskreten-- winnen het meestal van empatisch zoeken naar duidelijkheid en verstaanbaarheid.
--"Weetjewel!!!", is het belangrijkste onderliggende stopwoordje.
--"Wie dit niet begrijpt is niet van Ons Soort Mensen", is het credo.
Misschien moet je het lezen náást de TV. Dan valt het wellicht mee.
De columnisten van El Qalem hebben dat hijgerige ook. Misschien is het de jongerencultuur-van-nu. De redaktie is wat bezadigder; zo te zien.
El Qalem gaf commentaar op het rapport van de AIVD, de Algemene Inlichtingen en VeiligheidsDienst: Van dawa tot jihad, De diverse dreigingen van de radicale islam tegen de democratische rechtsorde. Zo ontdekte ik het. Het is van 23 december. Ik heb de .pdf (www.aivd.nl) meteen ge-download om het commentaar van El Qalem te kunnen inschatten (" . . . de complimenten van de redactie . . . eindelijk een fatsoenlijk worddocument in elkaar geflanst . . . hier en daar een foutieve benoeming, maar zeker interessanter dan de Fabeltjeskrant . . . de AIVD [heeft] flink haar best gedaan . . . ")
Ik vind het AIVD-rapport een goede analyse van het hele scala van dreigende Islamitische beïnvloedingen tussen de uitersten: 'geweldloos' tot 'gewelddadig' om antidemocratische staatsopvattingen te realiseren. Ook de paradox om dat met democratische middelen te doen, komt duidelijk aan de orde. Wat kunnen we daarmee?
Het geeft een goede uitéénrafeling van de diverse vernieuwingsstromingen binnen de Islam sinds de 19e eeuw. Daar is nogal wat verwarrende terminologie over, ook binnen de Islam. Die stromingen hebben allemaal hun extreme en radicale varianten. Die worden mooi in kaart gebracht. Ook de aansluiting bij het sociaal-politieke denken van onze westerse maatschappij, waar een verlies aan sociale cohesie wordt geconstateerd, komt aan de orde bij de analyse van ons maatschappelijk weerstandsvermogen. Zo wordt Robert Putnam de "Social Capital Guru" geciteerd. (zie o.a. 26 feb 2003).
Jammer dat er niet óók een analyse van de goede beïnvloedingen door de Islam op de westerse /NLse maatschappij wordt gemaakt.
Ik vind dit rapport verplichte literatuur voor wie serieus wil meepraten over "De Islamitische Bedreiging". Niks "Weetjewel"-gedoe.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag 31 December 2004
El Qalem sneerde een paar dagen geleden over het bloot van de Westerse vrouwen. "Ze hebben zich laten uitkleden door de mode". Dan de Moslim-vrouwen. Die zijn kuis en integer!
Ik mompelde al direkt: "Ze kleden zich wel weer aan ook".
De geschiedenis van de mode kent meer zulke cyclussen. Het is een kern-eigenschap: Die kleine 'gedurfde' veranderingen, iedere keer een beetje gewaagder, en dan opeens iets totaal 'anders'.
Mijn moeder vertelde van haar jeugd hoe erotisch het was om je enkel te laten zien. Dat vergeleek ze met de blote knieën van mijn jeugdjaren. Ik zie nu op straat lopen, wat ik als dertig-jarige 'porno' moest noemen.
(Bijna) helemaal bedekt is namelijk even erotisch en geheimzinnig-vrouwelijk als (bijna-)helemaal bloot. Het hangt er maar van af: Hoe was het gisteren?, eergisteren?, het vorig jaar? Dit stuk van de mode wordt in laatste instantie bepaald door "biologische drijfveren van werving en paring", Bijbel of Koran doen daar niets aan af.
--"Op termijn", moet ik er aan toevoegen, maar met moderne wereld-communicatie worden die termijnen ook steeds korter.
Doctrinaire voorschriften als de Koran --of het Chinese Mao-uniform van toen-- zijn slechts stoorfactoren. Het keerpunt komt! Zeker! Met genoegen let ik op details die het einde van onze 'steeds bloter'-trend aankondigen. Ik zie al pogingen, maar het zet nog niet echt door.
Rondom de djellaba, het traditionele opperkleed uit de Arabische traditie, zijn interessante ontwikkelingen aan de gang. Met de schijn dat het om een religieuze zaak gaat, wordt dwang uitgeoefend om daarvan de extreem sobere vorm te gaan dragen: de niqab, de allesbedekkende hobbezak van ruwe stof met het hoofd gesluierd, of zelfs gemaskerd. Interessant extreem! De keerpunten zijn al zichtbaar. De eigenste columnist van El Qalem gaat namelijk ook te keer tegen Moslim-vrouwen die van de niqab afwijken, hetzij door hun vormen tòch te laten doorschemeren of andere trucs. Terwijl aan de ene kant nog massaal vrouwen aan die hobbezak beginnen als vorm van 'er bij horen', tast een voorhoede de grenzen af: Het biologisch imperatief.
Le Monde van de 29e bracht een reportage uit Caïro, Het mode-Mekka van de Islam. De niqab beleeft daar ongekende hoogtepunten. De laatste business-vrouwen, die nog in jeans en wikkelbloes lopen, overwegen over te stappen. Het artikel heet "Les dessous de la mode islamique", met alle betekenissen van 'dessous' die het Frans kent: Ondergoed (héél sexy!), maar ook 'keerzijde', 'het verborgene' en 'achtergronden'.
Daar blijkt hoezeer die niqad met mode is verweven, en met emancipatiegedrag. Kortom, het is niet allemaal zo 'religieus'. Het is heel menselijk-biologisch. Morgen verder.
terug eerste dagboekregel

Einde Mijn Dagboek December 2004