Mijn Dagboek 69

Dit is Dagboek 69. Het loopt van 1 tot 28 februari 2006 en begint en eindigt in M�rida maar tussendoor ben ik een week terug in Caracas en nog drie dagen in Valencia. Ignacio gaat terug naar La Gomera. Ik ben alleen en moet mij herori�nteren. Het raadsel Chavez tekent zich af. Caracas wordt Caribisch base ball kampioen. De uitdrukkingen Nescaf�-Republiek en Instant-Democratie vallen. De Mohammed-cartoons dringen tot mij door. Negen keer doe ik het in 100 woorden. En tot slot, als het Carnaval is, verbaas ik mij over het samen aantreffen van schoonheidkoninginnen en stierengevechten.
Index Februari 2006
1,   2,   3,   4,   5,   6,   7,   8,   9,   10,   11,   12,   13,   14,   15,   16,
17,   18,   19,   20,   21,   22,   23,   24,   25,   26,   27,   28.

M�rida, Venezuela, Hotel Espa�ol, Woensdag 1 Februari 2006
We zijn vandaag met de nachtbus uit Caracas hier in M�rida neergestreken. We zijn pas aangekomen, maar we hebben al een hotelletje. Gisteren moesten we eerst vanuit Victoria terug naar Caracas.
M�rida ligt pal zuid van het meer (binnenzee) van Marcaibo, maar in de bergen, de uitlopers van de Andes. We zitten hier op 1600 meter. Maar met een telef�rico, kabelbaan, komen we bij de hoogste piek in de buurt, ik geloof van heel Venezuela. Die is 5007m hoog. Nu direkt heb ik de kans op een I-caf�, en ik ben moe. Daarom maak ik het kort. Straks misschien verder. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, Hotel Espa�ol, Donderdag 2 Februari 2006
Van schrijven is gisteren niets meer gekomen. Uitrusten van de 12-urige busreis [hyperkoud wegens de falende airconditioning. Brrrrr] en wat wandelen door de stad kregen prioriteit. De avond brachten we door met de kennissen van Ignacio; g��n familie dit keer. Zij hadden op een logeerpartij tot-en-met het weekend gerekend. Helaas.
Maar ik kom zeker terug. Ik ben onmiddellijk verliefd geworden op dit stadje. Het is schoon. Het is rustig. Het is Spaans. Ik herken in de oude stadskern het basispatroon dat ik in Chili leerde kennen. Het basispatroon zoals dat werd voorgeschreven door de koninklijke tekenkamers in Toledo. Het stempel van de conquistadores. Het vierkante plein in het midden en de van daar uit genummerde straten.
Het is ànders. Het is de Andes. In Caracas, Barcelona en Victoria zeiden ze van onze plannen om Mérida te bezoeken:
--"Dat is niet ècht Venezuela; het is half Bolivia".
Misschien maken we vanmorgen nog 'de' tocht met de teleférico. De hoogste van de wereld volgens hun publiciteit. Zeker is dat we de familie vanmiddag nog uitgebreid zullen zien.
Het ziet er naar uit dat we vanavond met de nachtbus naar Valencia doorreizen. De terugreis van Ignacio --a.s. Dinsdag-- verschijnt al aan de horizon van onze detailplannen. En we willen /moeten nog zoveel.
terug eerste dagboekregel

Valencia, Busstation, Venezuela, Vrijdag 3 Februari 2006
Gistermorgen hebben we inderdaad de tocht met de teleférico gemaakt. In vier etappes kwamen we op 4765 meter. Onderweg zagen we een paar keer 'niets' wegens de wolken, maar boven was het uitzicht helder en prachtig. Terugkijkend naar Mérida was er alleen een wolkendek. Vanaf de lagere stations, en onderweg, kregen we wèl een mooi overzicht van deze langgerekte stad. Ze is als een liggende banaan. Een vrijwel horizontaal reuze-terras, met aan de ene kant de bergen, en aan de andere kant een diepe kloof. Het was de eerste keer in mijn leven dat ik op zo'n hoogte was, en ook de eerste keer met een teleférico.
's Middags hebben we uitgebreid geluncht bij de moeder van een vriendin van Ignacio die hem had bezworen haar moeder op te zoeken als hij naar Venezuela zou gaan. Het was een bijzondere ervaring. Het was wat je noemt een "academisch milieu", en meteen een heel andere discussie. Señora Blanca is hoogleraar aan de Universidad de Los Andes, psychologe, sexuologe, zet zich in voor vrouwenrechten, en voor een nieuwe ethica voor de samenleven van mannen en vrouwen. De titel van de workshop die ze kortgeleden gaf op het Foro Social Internacional [vorige week in Caracas, een wereldgebeuren] had de titel: "Para una etica con la convivencia humana de la equidad de genero"
Na de lunch en wat napraten gingen we naar het busstation. De bus vertrok om 2000 en zojuist, om 0600, zijn we hier aangekomen. De airconditioning was bijna net zo ontregeld als die tussen Caracas en Mérida. Het schijnt hier normaal te zijn, maar deze keer had ik mijn truien, handschoenen, shawl en ijsmuts bij de hand en niet in mijn koffer in de bagageruimte.
Nu wachten we op een beter tijdstip om w��r een familielid --dit keer Tía Rosa-- op te bellen, die ons waarschijnlijk zal komen afhalen.
terug eerste dagboekregel

Valencia, Venezuela, Zaterdag 4 Februari 2006
Met een taxi kwamen gisteren aan bij Tía Rosa, een vitale dame die tachtig werd de vorige maand; rap pratend en rap bewegend. Tía Rosa kookte voor ons terwijl we geduldig aan de keukentafel wachtten. Na een hoogstnodige siësta wegens de lange busreis, gingen we met haar zoon Jorge, fabrikant, en diens neefje Pedro, student electrotechniek, stappen. Het werd El Centro Español, een reusachtige privé-club met sportvelden, restaurant en diverse eetbars her-en-der.
Het werd een gesprek over het Venezuela van nu. Over 'economie' of wat daarvoor doorgaat. We zochten naar substantiële bronnen van welvaart anders dan 'olie', maar we vonden niets.
--"Alle industriële aktiviteit is schijn; het is ��n grote bonanza van perifere industrie en potverteren", was onze conclusie. Heel boeiend! Ik ga deze hypothese zeker natrekken als ik in Mérida ben.
Dat laatste is intussen ook besloten: Ik ga het grootste deel van mijn tijd in Mérida doorbrengen. Señora Blanca zal mij vast wel bij haar universitaire collega's introduceren.
Intussen is ook zeker dat het "leuke huisje" aan de kust *niet* doorgaat.
Het gesprek met Jorge en Pedro contrasteerde sterk met het lange gesprek dat we met Tía Rosa hadden terwijl ze voor ons kookte. Het leek soms een monoloog, maar ze luisterde tòch heel aandachtig als Ignacio aanvulde, interrumpeerde, of vragen stelde. Het model van dat soort gesprekken ken ik intussen. Het gaat over La Gomera; over hoe het vroeger was. De neven en nichten van zijn ouders zijn vertrokken rond de tijd dat Ignacio werd geboren. Hij kent ze dus alleen van de keren dat ze op La Gomera op bezoek kwamen. Wat zij dus van La Gomera vertellen heeft Ignacio ��k alleen maar van 'horen zeggen'. Gelukkig heeft Ignacio een m��r dan gemiddelde kennis van het oude La Gomera op basis van de verhalen van ouderen. Toch moest ik denken aan Milan Kundera:

" . . . het geheugen, om goed te functioneren, (heeft) behoefte heeft aan onafgebroken oefening: Als herinneringen niet van tijd tot tijd worden wakker gemaakt in gesprekken met vrienden, verdwijnen ze voorgoed. De emigranten die in groepen leven met landgenoten vertellen elkaar tot vervelens toe dezelfde verhalen die, aldus, onvergetelijk worden." En zo werden wij opeens 'landgenoten'
En zo hoorde ik ��k hoe de tienjarige Rosa, in 1936, op het marktplein opeens geconfronteerd werd met ooms en buren in een blauw overhemd, of in een wit overhemd een rode halsdoek. Zo leerde zij de politieke strijd kennen die even later tot een bloedige burgeroorlog zou uitgroeien. De blauwen waren die van Franco, de falangisten. De 'rooien' waren de 'communisten'.
______________________
Kundera, 'La Ignorancia' Eerder geciteerd, o.a. op 20 apr 2001 en 6 mrt 2003.
Mijn vertaling van het betrokken hoofdstuk 9: http://www.van-eyk.net/gerard/biblio/itacaenl.htm

terug eerste dagboekregel

Valencia, Venezuela, Zondag 5 Februari 2006
Gisteren liet Jorge ons de [wijde] omgeving zien. Valencia is een goed georganiseerde stad --beter als Caracas naar eigen zeggen. Ze heeft drie miljoen inwoners, en bouwt aan zijn metro. We zagen bloeiende industrie-wijken, met vooral assemblage van buitenlandse producten [Ford, Renault, General Motors]. Volgens Jorge zal het Caracas voorbijstreven als eerste stad van het land. Het zij zo.
Het heeft een eigen "intenationale" luchthaven, maar de vluchten vanuit Europa komen nog op Simon Bolivar aan, de luchthaven van Caracas. Die is echter h��l moeilijk te bereiken wegens het ontbreken van een brug in de autosnelweg. [zie 25 jan] Bestuurlijke traagheid, corruptie, en spitvondige processen met de aannemers over constructiefouten, houden deze barricade al jarenlang in stand.
Zodoende ben je vlugger van Valencia in Caracas (betrouwbaar in 2 à 3 uur) dan vanaf Simon Bolivar. Dat duurt 3 à 4 uur --of m��r!-- over de oude (smalle) autoweg. Vrachtauto's mogen die alleen 's nachts gebruiken tussen 2200 en 0400. Bovendien óm de nacht in een andere richting, want de weg is niet breed genoeg. Geen wonder dat de belangstelling voor de luchthaven van Valencia --en voor Valencia zelf-- toeneemt.
Jorge
liet ons ook de nieuwe satelietsteden zien met woonblokken voor de armsten. Die zijn regelrecht te danken aan Chavez. Het is mijlenver verheven boven de massawoningen die ik in Zuid-Afrika zag bouwen, maar of ze aan het Bijlmermeer-effect zullen ontkomen is nog de vraag.
We reden ook door het oude [koloniale] centrum van Valencia. Op een enkel --gerestaureerd-- gebouw na, is er niet veel van over.
De koloniale sfeer was beter te proeven in Puerto Cabello, op zo'n dertig kilometer afstand, de eerste haven die de kolonisten toentertijd aanlegden. Het oude fort om de haven te verdedigen ziet er nog steeds stevig uit.
Puerto Cabello is nu pittoresk, kleurrijk en lokaal-toeristisch. Geen massa-gedoe. 'For the record' vermeld ik hier nog de trefwoorden van de allermooiste plekjes en strandjes in die buurt: El Rincón de Pirata, het dorpje Patanemo met een hotel van die naam en het idyllische palmstrand(je) Bahia de Patanemo.
Vandaag, vanmorgen, reizen we naar Caracas. Een bustocht van twee-en-een-half uur. Daar bezoeken we nog Tía Carmen, een oud-tante [zus van grootvader] die dit jaar 96 hoopt te worden. En dan is de missie van Ignacio afgelopen. Nog wat inkoopjes, en dan heeft hij Dinsdag de hele dag nodig op op het vliegveld te komen. Hij vertrekt laat in de middag.
Ik blijf in Caracas om Samuel Otin opnieuw te ontmoeten. Verleden Maandag ontmoette ik heb op die koffieafspraak waar ik Maandag over schreef. Hij weet 'alles' van Venezolaanse volksmuziek. Dat smaakte naar meer.
terug eerste dagboekregel

Caracas, Venezuela, Hotel Grioly, Maandag 6 Februari 2006
Ik schrijf dit alvast met de hand. Sinds gisteren deed mijn computer het opeens niet meer. Ik was bij Samuel op bezoek en wilde hem een document van mijn archief laten zien. Noppes!
Het opstarten was al vreemd, maar aan het eind waren My Documents spoorloos. Eerder in het I-café was het ook al niet gelukt mijn dagboek op te laden. Paniek dus!!
Vanmorgen lukte het w��r niet, en bovendien reageerde het I-café met een virusmelding toen ik mijn USB-pen probeerde te lezen: VBS.Redlof.A Dubbele paniek!
Ik heb toen via de verzendlijst van mijn 'preferente lezers' -- die ik op yahoo.com aanhoud-- een bericht gestuurd: "Vastgelopen in Caracas". Per slot heb ik die lijst daarvoor gecreëerd toen ik een paar jaar geleden in Namibië ook aan alle kanten werd geblokkeerd om ftp te gebruiken en Mijn Dagboek soms dagenlang niet kon opladen. Dat bleken toen 'restrictions' van overheidswege te zijn. Later ben ik die lijst gaan gebruiken om maandelijks een uittreksel van mijn dagboek te sturen. [Als je op die lijst wil komen, moet je mij even een mailtje sturen. Trouwens als je er vanaf wil komen ��k.]
Ik hoop dat ik morgen betere berichten heb. Samuel zal mij Dinsdag voorstellen aan een kennis die expert zou zijn op Windows 'and all that'.
terug eerste dagboekregel

Caracas, Venezuela, Hotel Campo Alegre, Dinsdag 7 Februari 2006
Ignacio is vertrokken. Ik heb hem uitgewuifd toen hij in de 4x4 stapte die hem dwars over de Cordillera, het kustgebergte, naar het vliegveld zal brengen over de oude steile en bochtige weg die de Conquistadores nog hebben aangelegd. [zie 25 Jan]
Straks ga ik naar Samuel om aan de vertaling te werken van een Venezolaaanse ballade met het Faust-motief. �Florentino y el Diablo�.
Maar ik hoop nòg meer dat zijn kennis en Windows-expert mij verder uit de brand zal helpen.
Toch is er al beter nieuws. Het virus is vernietigd door de Norton van mijn hoogsteigen computer. Dat stuk van mijn laptop werkt nog.
Bij de eerste melding in het I-café, kreeg ik het bericht dat het virus �onherstelbaar� was. Dat valt dus mee.
Verder Google-end kwam ik er achter dat het virus �matig� gevaarlijk is en dat het de files waarin de �settings� worden bewaard onklaar maakt. Dat betekent dat ik --bv-- wel Wordpad kan installeren, maar dat Wordpad is �verdwenen� als ik de computer heb afgesloten en opnieuw opstart. Ook wat ik in de nieuwe --lege-- My Documents heb opgeslagen is dan verdwenen. Mijn archief is dus --waarschijnlijk-- niet verdwenen, maar ontoegankelijk.
Mijn truc bestaat er nu uit om het resultaat meteen buiten de computer te bewaren: Op mijn USB-pen. Nogal omslachtig! Maar het werkt.
Vanmorgen lukte het ook Mijn Dagboek van Zaterdag en Zondag op te laden. Dat van Maandag had ik alleen nog in handschrift. Dat is nu ook gereed. Morgen dus, of misschien vanavond.
Er is ��k beter nieuws over de geldopname. Nu moest ik --ook omslachtig-- een bank binnenstappen om tegen extra kosten --en veel soesa-- Bolivars te kopen met mijn Credit Card. [zie 28 Jan].
Vanmorgen ontdekte ik een flappetap die mij *niet* vroeg naar de laatste twee cijfers van mijn (Venezolaanse) identiteitskaart: de cedula. Er dus nog hoop. Onder die titel schreef ik een bericht naar �de preferenten�, en ik wist toen nog nieteens van die �betere� flappetap.
terug eerste dagboekregel

Caracas, Venezuela, Hotel Campo Alegre, Woensdag 8 Februari 2006
Vandaag de eerste dag alleen. Een vreemd gevoel na zoveel dagen ochtendrituelen van samen ontbijten, en de opties en de plannen van de dag overzien. Vanaf nu alleen plannen voor mezelf. Even wennen.
Maar allereerst het heugelijke nieuws dat mijn computer het weer doet. De Windows-specialist waar Samuel mij gisteren aan voorstelde, was van het rigoreuze soort: Alle documenten apart opslaan, dan de harde schijf formatteren, en dan Windows opnieuw installeren.
Maar hij had alleen WindosXP in het Spaans en in de Home-versie. Bovendien zagen we niet hoe wij die ontoegankelijke My Documents moesten bewaren. Daar moest ik een nachtje over slapen. Straks heb ik een afspraak.
Intussen begon ik gisterenavond voorzichtig aan het schoonmaken van mijn Registry met een programma dat ik ooit daarvoor had gedownload. Dat bevatte ��k nogal wat tips om WindowsXP te trimmen [tweaking]. Daarbij was een tip om de computer op te starten met (oudere) settings, van toen die nog goed werkte. Dat was precies wat het virus had gedaan, het had mijn settings onklaar gemaakt. Proberen dus!
Het was een hele klus, met veel geduld, en lange bange wachttijden. Stel je voor dat het helem��l in de soep zou draaien.
Maar het lukte! Met de settings van de vorige week Vrijdag. Tegen middernacht, samen met de schoongemaakte Registry, kreeg ik My Documents weer in volle glorie op het scherm.
Intussen was het straatlawaai buitengewoon toegenomen. Ik dacht even aan een 'shoot out', van de lokale Mafia, maar het waren vreugdeknallen. De baseball club ['béisbol' in het Spaans] van Caracas, Los Leones, had het Caribische Tournooi gewonnen. Ik zette de TV aan.
Topvreugde en uitgelatenheid. Dit hotel was een van de feest-centra, en het reusachtige nieuw Centro Comercial, San Ignacio, hier vlak bij, was kennelijk het knooppunt waar alle toeterende auto's omheen circelden.
Ik ben nog even in de lounge van het hotel geweest: Serpentines en veel drank. Maar ik had mijn eigen feestje met My Documents, en al die andere programma's die leken te zijn verdwenen.
terug eerste dagboekregel

Caracas, Venezuela, Hotel Campo Alegre, Donderdag 9 Februari 2006

When far at sea, remember me.
And bear me in your mind
Let all the world say what the will
Speak of me as you find.
Ik vond deze tekst op een kussen bij een van de familieleden van Ignacio, temidden van allerlei oude zeemans-parafernalia. Het leken mij de afscheidswoorden van een zeemansliefje in de een of andere haven.
Het ontroerde mij, omdat het een diep vertrouwen uitsprak tussen twee mensen die elkaar misschien maar kort --maar ècht-- hadden leren kennen: "Zeg wat je vindt. Volg je gevoel, niet wat anderen van mij zeggen".
Het deed mij denken aan een tekst uit Wallenstein's Tod van Schiller, waar Nand Cuvelier mij vele jaren geleden op wees. Het ging over het mogelijke conflict tussen trouw-aan-jezelf en trouw aan De Ander: Het is g��n conflict bij diepe erkenning van De Ander, en door De Ander.
[Ik reproduceer uit mijn hoofd, want ik heb de bron niet teruggevonden.]
Als Wallenstein voor een Kruistocht vertrekt, dan zegt hij tegen zijn vrouw bij het afscheid: --"Ik ben bang dat ik je misschien niet trouw zal blijven." Zijn vrouw antwoordt : --"Zolang je trouw blijft aan jezelf, ben je trouw aan mij." W��r diezelfde ontroerende vertrouwheid en liefdevolle zekerheid tussen twee mensen.
Toen ik ��k op zoek ging naar die Engelse tekst, kwam ik allereerst bij pop-muziek uit 60er jaren terecht. Als auteurs werden genoemd Brian Jones en Jagger Richards. Het bevredigde mij niet. Ook al niet om dat de eerste vier woorden waren vervangen door "When this you see".
--"Plagiaat", dacht ik. En het klopte. Het moet een populair gedicht of liedje zijn geweest midden 19e eeuw. De een zegt 'anonymous', een ander noemt ene I. Young als auteur. Ik vond beschrijvingen van museumstukken zoals kussens, drinkkroezen en wandborden met deze tekst die gedateerd waren in o.a. 1838 en 1859. Niks 60er jaren pop.
__________________________________
Zie o.a. http://www.ironbridge.org.uk/coalport/teachers1.asp

terug eerste dagboekregel

Caracas, Venezuela, Hotel Campo Alegre, Vrijdag 10 Februari 2006
Samuel woont op een klein, maar comfortabel, flatje in Chacao. Het is tevens zijn werkplaats-atelier. Het ligt niet ver van het metrostation van die naam. Het is een van de centrale wijken van Groot-Caracas. Veel Italianen, maar ook Hongaren en Kroaten. Hotel Campo Alegre staat er ook. Geen wonder, want Samuel had het mij aangeraden.
Hij is Spanjaard met een Duitse grootmoeder, en een vader uit een Frans-Spaanse familie die generatielang beide kanten van de grens ergens in de westelijke Pyreneeën bewoonde. Daarom spreekt hij ook nog wat Frans. Als vierjarige, in 1939, vertrok hij met de hele familie uit Madrid naar Venezuela --'vluchten' voorzover ik begrijp-- wegens het einde van de burgeroorlog.
De familie was niet rijk, maar ook niet onbemiddeld zodat hij kon studeren. Psychologie en architectuur werd het, maar g��n van beiden trokken hem aan als beroep. In afwachting van betere ideeën hielp hij een Italiaan met het repareren van piano's.
Pianostemmen heeft hij nooit geleerd, en heeft hem ook nooit aangetrokken. Hij is gefascineerd door het toetsenmechanisme in al zijn varianten. Nu is hij 'de' specialist-reparateur van Caracas, kind aan huis bij het conservatorium, en bij privé eigenaren van top-piano's. Op zijn werktafel ligt het complete klavier van een Steinway uit de 19e eeuw. Dat is zijn bijdrage aan de totale revisie van dat juweel.
Hij heeft mij allerlei details van het toets- en aanslagmechanisme uitgelegd, en ik volg dat met plezier omdat ik zijn liefde voor 'mechaniekjes' deel.
Maar daarover gaat het in onze gesprekken niet zozeer. Ik put uit zijn kennis van de Venezolaanse folklore muziek om de ballade met het Faust-motief --Florentino y el Diablo-- beter te begrijpen.
We blijken nog een andere belangstelling te delen. Hij is filosofisch behoorlijk onderlegd. Ik verzamel al jaar-en-dag gegevens over de oorsprong van slavernij in onze cultuur, en de samenhang daarvan met de grote religies en (oer)kapitalisme. Een heel fraai en gedetailleerd document van meer dan dertig pagina's dat ik ooit van het Internet oppikte (gelukkig voor hem in het Spaans!) heb ik voor hem laten uitprinten. Als kadootje.
En zo filosofeerden wij gisteravond nog lang over onze gedeelde skepsis over religies, de onontkoombaarheid van gemeenschappelijke beleving van de mysteries van de mensheid, en de noodzaak van een hoogstpersoonlijke verwerking daarvan. Hoe zit dat? Hoe moet dat verder? Wat doe ik/jij ermee?
__________________________________
EL HECHO RELIGIOSO Y EL MONOTE�SMO JUDEOCRISTIANO (I) en (II)
http://www.berrom.com/hecho-religioso.htm || http://www.berrom.com/hecho-religioso-2.htm

terug eerste dagboekregel

Caracas, Venezuela, Hotel Campo Alegre, Zaterdag 11 Februari 2006
Ik heb deze dagen all��n-zijn in Caracas ��k nodig om mij hier te oriënteren. Beter gezegd: Te hèr-oriënteren, want samen met Ignacio kreeg mijn postduiven-instinct niet voldoende ontplooiing. 's Morgens liepen we zakelijk-en-snel naar de dichtsbijzijnde panadería voor ontbijt, fonen en 'planningsvergadering', stapten daarna in een taxi, of werden door familieleden afgehaald. Metro, stadsbus, of een 'ommetje maken' kwamen er niet bij te pas. Dat heb ik nu ��k ingehaald. Mijn postduiven-instinct staat weer op zijn poten. Ik voel mij veiliger. Nu kan ik vertrekken uit deze stinkstad. Zondagavond!! Maandagmorgen in Mérida!!
Dat wordt mijn definitieve uitkijkpost tot eind April. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

Caracas, Venezuela, Hotel Campo Alegre, Zondag 12 Februari 2006
De Peruaanse schrijver, Mario Vargas Llosa is kind aan huis in de hele Mundo Español en in Europa. Hij schrijft vaak politieke commentaren in El País. El Nacional, een van de (rechtse) topbladen van Venezuela, publiceerde verleden Zondag een commentaar van hem dat ze uit El País hadden overgenomen. Het artikel heet Bostezos Chilenos [Chileense geeuwtjes]. Het sluit aan bij ��n van mijn motivaties om naar Venezuela te komen: Wat maakt Chili zo 'anders' tussen de Zuidamerikaanse landen? Ik heb het alleen vanuit Chili bekeken; hoe ziet het er uit van buitenaf?
Vargas
heeft de recente presidentsverkiezingen in Chili van nabij meegemaakt, en hij vergelijkt die met de dergelijke verkiezingen elders in Zuid-Amerika.
--"Het lijkt", schrijft hij, "m��r op die saaie beschaafde steekspelen waarmee de Zweden of de Zwitsers om de zoveel jaar hun regering veranderen dan op een derde-wereldland waar in zo'n geval alles op z'n kop staat: Het politieke model, het sociale model, of --vaak-- het simpele overleven".
Hij geeft een plastische beschrijving van zo'n verkiezing, en concludeert dat het typische van een ontwikkelingsland is dat het grote sprongen maakt, helaas vaker achteruit dan v��ruit, en meestal op dezelfde plaats.
Hoewel Chili nog lang geen eerste-wereldland is, is het al lang niet meer onderontwikkeld. Het heeft zich de laatste kwart eeuw systematisch ontwikkeld, heeft zijn democratie verzekerd en integreert zich gemakkelijk in de wereldeconomie. Dat is zonder weerga in heel Zuid-Amerika.
Chili
heeft zijn armoedegrens verlaagd tot 18% bij een gemiddelde van 45% in heel Zuid-Amerika.
--"Alles waar Bachelet en haar tegenstander Piñero frontaal over van mening verschilden, was het aantal politieagenten op straat", schrijft Vargas badinerend over het publieke debat vlak voor de verkiezingsdag.
--"Als een staat een dergelijk niveau van consensus bereikt", vervolgt hij, "is het behoorlijk op weg naar beschaving. Maar het is natuurlijk veel spannender om naar de onbeschaafdheid van de andere landen te kijken". ["Mits vanuit een veilige positie, en op behoorlijke afstand", voegt hij er laconiek aan toe.]
--"Maar, vergeleken met zijn buren is het h��l saai in Chili. Om te geeuwen. Wij de Peruanen, Bolivianen, Argentijnen en Ecuatorianen vervelen ons nooit. Misschien is het daarom dat de Chilenen intensieve ervaringen zoeken in literatuur, film en sport in plaats van in de politiek".
Tot zover Mario Vargas Llosa.
Het sluit aan bij wat ik hier al heb gezien en gehoord. Dat is ��n van de reden waarom sommige Gomeranen *niet* teruggaan. Ondanks de moeilijkheden hier in Venezuela: Het is 'saai' in Europa.
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, Hotel Espa�ol, Maandag 13 Februari 2006
Terug in Mérida, terug in hetzelfde hotel. De plannen van Señora Blanca om mij af te halen faalden. Zij ligt met een stevige griep in bed, en haar zoon is de stad uit.
Ik heb maar voor twee dagen geboekt, want Señora Blanca wil mij heel speciaal onderbrengen, al weet in nog niet wat-en-hoe.
Mijn buurvrouw onderweg leek een gezellig dikkertje van goed dertig. Maar ze is oma, en al 26 jaar advokaat. Ze moet dus zeker 50 zijn. Ik moet haar bellen om onze babbel voort te zetten. Dat is beloofd. Ik heb nu dus al twee sociale aanknopingspunten. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, Hotel Espa�ol, Dinsdag 14 Februari 2006
Als ik hier wat op orde kom, moet ik er ook eens achter zien te komen w��r de intellectuele discussie wordt gevoerd over de staat, de politiek en het wereldgebeuren. Zeker niet in de columns van de twee topbladen, El Nacional en El Universal, allebei rechts, en vol met de allerplatste stereotypen over wat het kapitalisme en socialisme 'eigenlijk' is.
De discussie --ook met veel van de familieleden van Ignacio-- is zó gepolariseerd dat ze l��g wordt. Het zijn slogans.
Chavez
, bijna voortdurend op TV, met zijn rustige stem van een zelfbewuste schoolmeester, blijft herhalen dat de revolutie voortgang maakt. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, Hotel Espa�ol, Woensdag 15 Februari 2006
De benzineprijs is al jarenlang een lachertje, ook voor Venezolanen. Met iets minder dan 100 Bolivars per liter heb je hier een volle tank voor de prijs van ��n liter in NL. Zwart-rokende auto's en autobussen worden zodoende gesubsidiëerd, want het openbaar vervoer en 'de gewone man' kunnen zich de zuinig-rijdende moderne auto's niet permitteren.
--"Als vijfde olie-exportland hebben we onzelf dit kadootje gegeven", lacht de een.
--"Het is een zoethoudertje van de olie-maatschappijen om de schandalig lage accijnzen die ze bij export betalen buiten de discussie te houden", meesmuilt de ander.
Inderdaad, dat is h��l slim van die oliemaatschappijen. (100 woorden)
__________________________________
Er gaan 2500 Bolivars in een Euro, zwart 3500.

terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, Hotel Espa�ol, Donderdag 16 Februari 2006
Mijn terreinverkenningen hier ter stede zetten zich voort. Mérida is een langerekte stad in een recht dal. Eergisteren ben ik ZW-waarts --omlaag-- de stad uitgelopen, maar kon het einde van de Urbanizaciones [woonklusters, vaak ommuurd, in een verwaarloosd landschap] niet bereiken in anderhalf uur.
Gisteren liep ik NO-waarts --omhoog-- en eindigde in een stadspark. Eindelijk onder het groen! Eventuele voetpaden naar de schaarsbegroeide hellingen verder weg, heb ik nog niet gevonden.
Vandaag verhuis ik naar de logeerkamer van Señora Blanca. Een voorlopige oplossing, dat wèl, maar ik ben dan verder weg van de uitlaatgassen die mij beginnen aan te tasten.
(100 woorden)
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Vrijdag 17 Februari 2006
Opeens ben ik in een heel ander klimaat. Sociaal allereerst, want ik ben huisgenoot geworden. Dat is h��l nieuw voor mij. Het gezin bestaat uit Señora Blanca, haar moeder, Señora Olga en haar jongste zoon Yirjham, student ingenieurswetenschappen. Beide dochters zijn de deur uit. Een kookster zorgt voor de gemeenschappelijke gezinsmaaltijd als moeder en zoon thuiskomen rond twee uur.
Ik heb het piepkleine kamertje --maar wèl compleet met eigen douche/WC-- van ��n van de dochters. Verder gebruik de ruime salon, de keuken en de tuin waar twee grote lobbessen van honden hun domein hebben.
De woonvertrekken van beide Señoras zijn boven; ook de werkkamer van Señora Blanca, die vanmorgen geen college hoeft te geven, en hard aan de publicaties werkt waarvan ze mij tussendoor al wat heeft verteld.
Het geheel is een villa in een buitenwijk --respectievelijk genaamd Gaia en La Mata-- op zo'n 10 kilometer van het centrum. La Mata is ��n van de lange rij Urbanizaciones [woonklusters] die als een dubbeldikke rozenkrans het dal aan de ZW-zijde van de stad vullen.
De lucht is hier een stuk schoner wegens de aanwezigheid van wat bomen en verwaarloosd groen landschap tussen de Urbanizaciones. Ook geen nerveus toeterende rij van bijna stilstaande auto's zoals in het centrum. Wèl doen de stinkende stadsbussen deze Urbanización aan met een frequentie van minstens twee per vijf minuten. Voor 400 Bolivars [ong 17 eurocent] kun je een ritje maken.
Om naar het centrum te gaan is vrijwel iedere bus OK, maar wil je naar een andere plek langs ��n van de drie parallelle wegen naar de stad, dan moet je het systeem grondiger kennen. Zover ben ik nog niet.
Goed kans dat ik het hier uithoud tot eind April.
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Zaterdag 18 Februari 2006
Ik kwam pas laat achter de rel over de Mohamed cartoons. De eerste bericht kreeg van een lange lezing op de klassieke radio in Caracas op een vroege ochtend. De spreker betoogde niet alleen dat er professionele rellenmakers aan de gang waren geweest om het vuurtje op te stoken --dat wordt ook in andere meldingen gememoreerd. Hij gaf ook een 'analyse' --die ik later nooit hoorde bevestigen-- dat de cartoons zèlve waren gefinancierd door een geheimzinnige VS stichting om 'zodoende' Iran en de muslimwereld op te jutten, en om 'zodoende' de VS m��r rechtvaardiging te geven Iran aan te vallen. Het zij zo. De kranten die ik in Caracas kocht maakten g��n melding van de affaire.
Op die manier gewaarschuwd, legde ik wat Le Monde artikelen apart, want daar bleek de affaire dagelijkse kost. In New York Times vond ik maar ��n opinie-artikel dat vooral inging op de noodzaak van zelf-censuur op basis van morele waarden om een 'èchte' censuur op basis van wetten te vermijden. Zó waren de VS groot geworden, en zó moest de wereld het nadoen: "The Silent Treatment" heet dat artikel dan ook.
In Le Monde vond ik allereerst een analyse van Henri Tinq, die ik een heel goede religie-schrijver vind. Hij wijst er op dat het niet zo toevallig is dat 'Het Westen' zich opeens uitput in excuses want het gaat om wat Christenen en Joden ��k hoog zit: De seculaire cultuur heeft geen respect voor de Goddelijke Openbaringen als zodanig. D��r zit de dubbele bodem van onze [westelijke] reakties. Het is 'ons' Europees-Westerse conflict tussen Openbaring en Ratio [die, zoals ik 31 okt en 21 jan schreef, spiritualiteit *niet* uitsluit]. Die excuses waren dus een vorm van solidariteit, maar miskenden de seculiere cultuur van Europa.
Maar Tinq wijst er ook op dat daarmee niet wordt weggepoetst dat de Joden en de Christen tot het rijke westen behoren, en dat de Muslimwereld door 'Het Westen', de christenen èn de seculieren, is gemarginaliseerd en gekoloniseerd. D��r zit de Grote Pijn. Dát maakt die solidariteit ongeloofwaardig.
Een opstand, volgens het NYT-artikel, heeft twee voorwaarden nodig. Een aanleiding die het lont in het kruitvat steekt, èn een [langdurige, diepe] onderliggende onvrede. Zelf-censuur --en die excuses-- hebben alleen betrekking op dat lont, niet op het kruitvat.
Over dat laatste heeft Ayaan Hirsi Ali het in haar toespraak in Berlijn waar ze zich onverveerd vergelijkt met gevluchte intellectuelen uit 'het communisme' die de waarden van het communisme confronteerden met die van het westen. Dát is het kruitvat, zegt ze, en het is laf om daarover te zwijgen. Niks zelf-censuur!
_________________________
Mahomet : le choc des ignorances, par Henri Tincq, LE MONDE | 10.02.06 [als PDF in mijn archief]
"Je suis une dissidente de l'islam", par Ayaan Hirsi Ali, LE MONDE | 15.02.06 [als PDF in mijn archief]
The Silent Treatment, ROBERT WRIGHT, NYT, February 17, 2006 [als PDF in mijn archief]

terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Zondag 19 Februari 2006
Het raadsel Hugo Chavez, begint zich af te tekenen.
Het raadsel, wel te verstaan, niet het antwoord.
De politiek hier enorm gepolariseerd. Tussen zwart en wit is er *niets*. Zeker is dat er veel meer sociale woningen zijn gebouwd dan ooit. Een z��r rechts familielid van Ignacio die ons door Victoria en omstreken rondleidde wees daar op, maar hij benadrukte dat dit Nieuwe Nesten van Misdaad zouden worden.
Ook hebben de ouden van dagen een pensioen(tje). Dat was nog nooit vertoond.
Maar Condoleezza Rice vindt tòch dat Chavez een stoorfactor is in deze hoek van de wereld. Hoe zit dat? (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Maandag 20 Februari 2006, Ghislaine jarig!
Ik krijg iedere dag een lijstje met de belangrijkste artikelen in New York Times die ik meteen kan aanklikken om te lezen. Helaas zitten enkele top-artikelen achter een $-muur, en ik ben vooralsnog niet van zins daarvoor te betalen. Te meer omdat die artikelen een paar dagen later via diverse blogs wél toegankelijk zijn. Met name de zoekmachine Technorati, is buitengewoon geschikt voor dat doel.
Maar gisteren had ik geluk. Toen ik een column van David Brooks zag, probeerde ik meteen Technorati. En ja, er was al een blogger met pittig commentaar en de volledige tekst.
Brooks
betoogt dat economie niet langer de koningin is van de sociale wetenschappen. Hij laat daarbij de platvloerse interpretatie van Adam Smith, zo geliefd bij neo-kapitalisten, achter zich. De mens is niet zomaar een winst-machine die geleidelijk-aan, door de toenemende welvaart ook verstandiger zal worden. Het tegendeel is waar. In de VS zijn de hoger opgeleiden m��r gepolariseerd dan de lager opgeleiden.
Dat brengt hem ertoe om 'cultuur' de belangrijkste stuurfactor van de komende eeuw te noemen: ". . . de twintigste eeuw werd beheerst door het conflict tussen markteconomie en georganiseerde economie, in deze eeuw moet duidelijk worden hoe culturen kunnen veranderen, en hoe wij sociaal en cultureel kapitaal kunnen ontwikkelen . . ."
De betrokken blogger, die zich de 'nom de guerre' van panopticonman heeft aangemeten, schiet meteen een paar 'verrukkulukke' gaten in dat betoog. Met name constateert hij de Brooks, ondanks zijn afstandnemen van het platvloerse gebruik van Adam Smith en diens 'onzichtbare hand', een ijzersterk geloof in 'concurrentie' behoudt als middel om de uiteindelijke 'superioriteit' vast te stellen. Met name de impliciete stelling van de neo-kapitalisten dat de rijkste culturen ook moreel superieur zijn.
Dat is inderdaad een heel gevaarlijke stelling, want het rechtvaardigt 'ons', het kapitalistische westen, om culturen die hun bloei danken aan samenwerking, te dwingen de strijd met 'onze waarden' aan te gaan. Als die cultuur daarbij verloren gaat was ze 'dus' inferieur. Kassa!
Intussen noemt Brooks wèl een paar bundels van artikelen over de frontlijn van het denken over dit probleem die ik hier notuleer. Mogelijk heb ik deze eeuw tijd om die te lezen: "Culture Matters", onder redaktie van Lawrence Harrison & Samuel Huntington, en "Culture and Public Action", onder redaktie van Vijayendra Rao & Michael Walton.
__________________
panopticonman, "Brooks: Questions of Culture -- Wha? Huh?"
http://panopticonman.blogspot.com/2006/02/brooks-questions-of-culture-wha-huh.html
NYT, Questions of Culture, By DAVID BROOKS, Economics, which assumes people are basically reasonable,
is no longer queen of the social sciences, (Available only to TimesSelect subscribers)
http://select.nytimes.com/2006/02/19/opinion/19brooks.html?th&emc=th

terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Dinsdag 21 Februari 2006
De discussie, getriggerd door de Mohamed-cartoons, duurt voort. Af en toe nieuwe inzichten, nieuwe argumenten.
Ik citeer lezerscommentaar uit Le Monde:
--"Wat moeten die 15 miljoen Muslim tegenover 400 miljoen Katholieken en 120 miljoen Protestanten in Europa?", roept een brievenschrijver bezwerend.
Wat bedoelt hij? Hebben die christenen daarom meer gelijk?
Een ander:
--"Als je gasten krijgt, is het minste wat je kunt doen ze gastvrij te ontvangen. Maar wat als ze je keuken aan stukken slaan? En met het servies gaan smijten? Omdat je je gerechten niet lekker vinden?"
Ik dacht: 'Keer dat eens om. Hoe hebben de Fransen in Algerije huisgehouden? Die Fransen werden toch 'als gasten' ontvangen?'
Een interessante visie komt van een briefschrijver die noteert dat 'Islam' in de VS geen probleem is. Washington heeft een lange geschiedenis van flirten met de 'Islam'. Bijvoorbeeld in Afghanistan toen Ben Laden nog hun vriendje was, ondersteuning van Hamas tegen Arafat, en de recente verklaringen van 'religieuze solidariteit' van Bush c.s. na deze cartoon-belediging.
--"Zolang die 'wilden' Europa maar destabiliseren is alles OK. Want een sterk Europa is het èchte gevaar", besluit deze lezer-schrijver.
Ik dacht aan de recente overname van P&O, het bedrijf dat het management van de haven van New York en andere grote havens in de VS in handen heeft. De nieuwe 'masters' van P&O zetelen in Dubai!
In de Senaat van de VS werd uitgebreid gewaarschuwd voor mogelijke lekken in de beveiliging tegen terroristen, maar ��ns te meer laat de regering het bij lippendienst als het om wèrkelijke verdediging tegen terroristen gaat.
Ik heb dat altijd al raadselachtig gevonden.
Is dat mis-management, zoals zoveel van de regering Bush?
Is dat iets waar bepaalde 'vriendjes' belang bij zouden hebben?
Of ging het Bush c.s. alleen maar om de Patriot Act, en m��r macht van de president? G��n pottekijkers in de regeringskeuken. Vrijuit brave burgers bespieden om te voorkomen dat er 'complotten' ontstaan?
In dat geval is het begrijpelijk dat ze het binnensluipen-door-de-achterdeur van 'de Islam' niet hebben gezien. Ècht niet gezien, bedoel ik.
H��l interessant allemaal.
_____________________________
Les fractures de l'affaire Mahomet, par Sylvie Kauffmann, LE MONDE | 20.02.06 | en lezersreacties. [als PDF in mijn archief]

terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Woensdag 22 Februari 2006
Ik begin de structuur van de stad ietwat te kennen, al zijn de autobussen nog geen open boek voor mij. Ook maak ik mijn 'pittige wandelingen' weer dagelijks. Maar 'in het groen' kan dat niet: Alleen langs geasfalteeerde buitenwegen met ronkende stinkauto's.
Dat is niet zo erg als de windloze binnenstad met stapvoets rijdende auto's, maar nèt zo ongezond.
Ik ga daarom mijn verkenningscirkel verwijden, en met busjes --en ander ongeregeld vervoer-- het nabije binnenland verkennen. Op ��n of twee uur afstand moeten heel aardige plekjes zijn met niet àl te toeristische accomodatie. Daar vind ik vast een betere woonplek. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Donderdag 23 Februari 2006
Iedere keer als ik over Chavez wil schrijven, zinkt de moed mij in de schoenen, want het is zóveel, zó tegenstrijdig, zó ingewikkeld, en zó verpolitiekt wat ik over hem lees, zie en hoor, dat ik in ��n 'stukje' niks zinnigs kan zeggen. Maar ik zoek verder.
Dapper koop ik iedere dag een paar kranten en probeer de Venezolaanse politiek de doorgronden. Wie liegt? Wie leutert? Wie sticht bewust verwarring?
Hij is zelf bijna dagelijks op TV in een programma �Al�, Presidente! waarin hij als een 'goede vader' en kerstman [ook al wegens het rode overhemd waar hij altijd mee verschijnt] geldelijke steun, goede raad en 'revolutionaire' aanmoedigingen uitdeelt. Scholen, buurtgroepen of kleine ondernemers --met een eigen initiatief(je)!-- krijgen in zijn 'show' geld en aanmoediging in een applaudiserende zaal. Het lijkt Oprah wel.
Tussendoor 'predikt' hij dat dit w��r een bewijs is dat de 'revolutie' voortschrijdt: De 'Bolivariaanse Revolutie', niet van opstand tégen, maar van eigen initiatief v��r. Speciaal [lagere] technische scholen hebben zijn belangstelling, omdat d��r de wortel ligt van persoonlijke vrijheid en individuele economische onafhankelijkheid.
De bevrijder van tweehonderd jaar geleden, Simon Bolivar, is het inspirerende voorbeeld. Volgens een rechtse commentator dezer dagen, is Chavez is een "poëtische, romantische, luitenant-kolonel". Hij bedoelde het denigrerend en afkeurend, maar het is ook 'w��r'. Hij inspireert.
'Rechts' houdt hem uitentreure voor wat er allemaal *niet* goed gaat in dit land, en insinueert vriendjespolitiek, corruptie en streven naar macht.
Dat laatste is onmiskenbaar, hij wil voor een derde --onconstitutionele-- termijn herkozen worden, en dezer dagen dreigde hij met een referendum om de verkiezingen voor onbepaalde tijd uit te stellen. Dat zou hem president voor het leven maken. Daar kom ik op terug.
De kadootjes die hij uitdeelt, ook aan groepen in het buitenland, noemt hij badinerend 'miljardjes' [1 miljard Bolivar is 400 duizend euro] worden steevast meesmuilend afgedaan in de pers. Toch was er dezer dagen een zinnige analyse in de kontekst van een afkeurend artikel.
Die 'kadootjes', schreef de commentator, zijn niet verdiend door economische aktiviteit. Ze leiden daarom niet tot 'bevrijding' maar tot grotere afhankelijkheid, en m��r vertikale autoritaire structuren. Het zou structureel en institutioneel onderbouwd moeten zijn.
In deze argumentie ligt de neo-kapitalistische ideologie er dik bovenop: N��it economische aktiviteit subsidiëren! Maar wat mij opviel was de onderliggende Marxistische argumentatie dat De Staat sterke instituten moet hebben. D��r hebben de neo-kapitalisten een broertje aan dood. V��r alles moet De Staat kortgehouden worden. Wordt vervolgd.
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Vrijdag 24 Februari 2006
Ik ben op mijn wenken bediend. Gisteren verschenen in de landelijke El Nacional en de regionale Frontera artikelen met lichtpuntjes in mijn verwarring van gisteren.
In Frontera staat het 'nieuwtje' dat Teodoro Petkoff weliswaar vindt dat hij als presidentscandidaat Chavez aan zou kunnen, maar daar voorlopig nog geen zin in heeft. In �Aló, Presidente! van Zondag had Chavez, zonder zijn naam te noemen, een oproep aan hem gedaan.
Petkoff
is 74, was ooit minister voor Planning, eerder communistisch guerrillero 'met reputatie' wegens zijn twee spectaculaire ontsnappingen uit de gevangenis. Nu heeft hij een eigen avondkrant 'Tal Cual', wat je kunt vertalen als 'zo zo', 'het houdt niet over', of 'het gaat wel'.
Hij is nog steeds links, zegt hij in het interview, maar wil niets te maken hebben met het izquierda borbónica [te vertalen als 'links op de manier van de Bourbon's'] want die hebben niets geleerd van het verleden, en gebruiken de democratie als een truc om die daarna de nek om te draaien.
--"Voor mij is democratie een waarde als zodanig. Ik ben voor een links dat met de economie om kan gaan op een manier die verder reikt dan de sovjet-handboeken".
In El Nacional vraagt Ramón Piñango zich af waarom in deze Vierde Republiek alles zo om de president draait. Of die nu van rechts komt, of van links. We hangen aan zijn lippen om in programma's als �Aló, Presidente! zijn laatste invallen en grillen te vernemen. Als hij dreigt met een referendum proberen we dat te duiden, en denken dat hij de oppositie wil wakker schudden om aan de verkiezingen deel te nemen.
De oppositie kankert en scheldt, en heeft als enig beleid Chavez van zijn stoel te wippen: 'Daarna praten we wel'.
De president is de as waar alles om draait. Dat heeft niets te maken met zijn charisme of zijn ideeën, het zijn de zwakke instituten, de institutionele zwakte, van Venezuela waardoor nergens anders ideeën vandaan komen. Daarom zal Venezuela, Chavez of post-Chavez instabiel blijven ook al beschikt De Staat over immense middelen uit de olie.
--"Misschien", zo gaat Piñango verder, "is het juist omdát we die immense middelen hebben dat we instabiel zijn en blijven?"
Dát is de vraag die we ons de komende jaren moeten stellen om te voorkomen dat iedere keer een andere half-god --van rechts of van links-- zich meester maakt van De Staat. De ene keer met economische prietpraat en de andere keer met sociale argumenten.
Maar nu hebben we zelfs geen oppositie die een vuist kan, of wil, maken en Chavez dreigt met eeuwig presidentschap. Dat kan niet!! Dat vindt Chavez kennelijk ook. Vandaar zijn oproep aan Petkoff, evenzeer een wanhoopsgebaar als de dreiging met eeuwig presidentsschap.
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Zaterdag 25 Februari 2006
De verbindingen zijn en blijven krikkel. Voor mijn GSM kan ik hier geen oplaadkaarten kopen, want er zou geen dekking zijn voor mijn provider. Die dekking is er wel, zij het nogal 'ongeregeld'. Ik moet dus heel zuinig zijn met de oplaadkaarten die ik uit Caracas heb meegebracht.
I-café's zijn er te over, maar zelden kan ik er met mijn pen drive terecht. Gelukkig is er de huiscomputer met breedband aansluiting. Die aansluiting is gisteren definitief bezweken na een paar dagen kwakkelen. Nu kan ook niet 'gewoon' gebeld worden. De zoon --student electrotechniek-- probeert nu de oude 'gewone' foon weer in gebruik te nemen.
Daarom ging ik gisteren weer op zoek naar een I-café, want het gerucht wilde dat slechts ��n provider --de belangrijkste weliswaar-- bezweken was. De meeste I-café's hadden gesloten, maar ik trof er ��n waar druppelsgewijs de bitjes in- en uitstroomden. Ik heb er met veel geduld mijn dagboek opgeladen, maar van mijn mail moest ik afzien.
Het gerucht wil ��k dat door de zeer zware regens in het kustgebergte, waarover al een paar dagen werd bericht, de digitale kabelaansluiting vernield zou zijn. Dat zijn dezelfde regens die het afwerken van de noodbrug tussen Caracas en het vliegveld aan de kust stagneren. Dat is extra vervelend nu de feestweken (Carnaval, Fiesta del Sol) begonnen zijn. De brug zou klaar zijn v��r die datum. D��rover, en over die regens, waren de pennen al langer in beweging.
Een locutorio, een belwinkel, waarvan Iquique ruimschoots was voorzien, vind ik alleen in de binnenstad op 10 km afstand, maar met hopeloos-lange files. Gisteren waren er een paar gesloten, en bij andere stond een rij wachtenden.
Wat wèl fuctioneert is een nieuwe vorm van telefoonwinkel waarvan ik dit weekend een paar foto's op mijn Spaanse blog wil zetten. Die zijn uiterst eenvoudig, en je vindt ze op iedere straathoek. Het is een betrekkelijk nieuwe ontwikkeling.
Op een tafeltje liggen vier mobieltjes [aan de ketting voor alle zekerheid]. Ieder met een abonnement op ��n van de vier providers. Het loont om je relaties op hun eigen net te bellen, want de tarieven tussen de providers onderling zijn buitengewoon hoog.
Je kunt de verschillende stadia van ontwikkeling van deze business heel goed zien. Sommigen hebben nieteens een tafeltje, en bewaren de foontjes op schoot. Anderen verkopen snoepjes erbij, of sigaretten per stuk. Sommige traditionele locutorios, die traditioneel alleen op het vaste net werken, en dus ook 'duur' zijn om naar mobieltjes te bellen, beginnen er ook mee. Ik zag fruitstalletjes en andere winkeltjes die deze 'service' aan hun assortiment hadden toegevoegd. Het is een business in status nasciendi, maar naar het buitenland bellen doen ze niet.
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Zondag 26 Februari 2006
--"Ik behoor tot een seculiere samenleving die seculiere wetten gehoorzaamt, en andere geloven respecteert. Ik hoop dat die geloven elkaar ook zullen respecteren".
Dat las ik in een stukje Volkskrant van 24 februari dat Peter mij toegestuurde. Carlos Fuentes zei dit op de vraag wat hij dacht van 'de cartoons-rellen'. Afstandelijker en diplomatieker --maar tòch to-the-point-- kan het niet, want het illustreert de immense saaiheid van de seculiere samenleving: Iedere overtuiging wordt 'gerespecteerd'. M.a.w. gereduceerd tot een 'opinie'.
--"Is er dan nog iets om warm voor te lopen?", vraag ik mij af.
Gelukkig zegt Carlos Fuentes ook nog iets warmbloedigs. Over zijn vaderland Mexico bijvoorbeeld. Dingen die mij aan het denken zetten over wat ik hier in Venezuela zie.
--"Spanje was drie eeuwen lang ons beschermende dak. Ineens
was dat weg, weggeblazen door de onafhankelijkheid van 1821.Wat nu?"
Hij beschrijft hoe ze Europa probeerden de imiteren, met "Instant-democratie", als een "Nescafé-republiek". En de lange worsteling en de revoluties die hun langzaam hun eigen identiteit leerden zien.
Hij is er van overtuigd dat "Mexicaanse worsteling met zijn identiteit tot het verleden behoort". Het zij zo.
Dit idee is een interessante maatlat voor een ex-kolonie: Ergens tussen een "Nescafé-republiek" die Europa imiteert', en het vinden van een eigen identiteit. Waar staat Venezuela? En Chili?
Chili
is dan de meest geslaagde Europa-imitatie van Zuid-Amerika, maar wèl met het onopgeloste probleem van integratie met de oorspronkelijke bevolking. Verder uitmoorden, zoals de Spanjaarden deden, kan niet meer. Zuid-Afrika, was ��k zo'n geslaagd Europa-copie, net als Australië en Nieuw-Zeeland. Tot daar de bom barste. Althans in Zuid-Afrika.
Hoe zit dat in Venezuela?
Totnutoe zie ik dat de commerciële en intellectuele bovenlaag ervan overtuigd is dat ze Europa perfect hebben geïmiteerd. Alleen de wegen zitten nog vol gaten, bruggen storten in, en tunnels zijn gevaarlijk wegens slecht onderhoud. Maar dat komt ook wel in orde, denken ze slapjes.
De toekomst met de 'ongeregistreerde' bevolking, die uit de binnenlanden of Columbia die voor seizoensarbeid naar Venezuela komt, zien ze ook heel positief.
--"Dat lossen we op met 'respect'", zegt de bovenlaag, "en dan mogen we hopen dat ze ons ook respecteren. Per slot zijn wij een seculiere samenleving. Precies als Europa".
Maar intussen verschansen ze zich achter ijzeren hekken, en in bewaakte wooneenheden. Precies zoals de conquistadores in hun forten.
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Maandag 27 Februari 2006
Het blijft moeilijk om te achterhalen wat er aan de hand is, maar door de 'uitdagende suggestie' van Chavez dat hij met een volkstemming de verkiezingen van a.s. December zal uitstellen --waardoor hij 'eeuwig president' zou worden-- komen de pennen wat meer in beweging. Ook van schrijvers die er over hebben nagedacht waarom deze "caudillo militar carismático y autocrático" [charismatische, autocratische militaire aanvoerder] aan de macht kon komen.
Het moet te maken hebben met de mislukte staatsgreep in 1992, waarbij Chavez een van de aanstichters was, al lees ik welhaast tegengestelde verklaringen. Daarna moet de democratie 'vermoord' zijn omdat een 'waardeloze', niettemin 'democratisch' gekozen, regering in 1993 aan de macht kwam. Was dat door die slappe --linkse-- regering? Of was dat door de slappe --rechtse-- oppositie? Daarover gaat veel van de pennestrijd.
Hoe dan ook, dit vacuum was koren-op-de-molen van een latent 'militair populisme'. Chavez kwam dus in 1999 *niet* aan de macht door een partij, maar door een lawine van stemmers die opeens geloofden in de eenheid van "leger-leider-volk" als ideale staatsvorm: Een theorie die in Zuid-Amerika diepe wortels heeft.
Hoe dan ook, duidelijk geprofileerde politieke partijen zijn er nog steeds niet. Rechts heeft g��n presidentskandidaat. Het land, volgens ��n van de schrijvers, is verdeeld in onverantwoordelijke optimisten: "Er gebeurt altijd wel iets. Het komt wel goed", en onverantwoordelijke pessimisten: "Wat we ook doen, het blijft toch hetzelfde".
Er is al veel langer een heel hoog absentisme bij verkiezingen, en uit verkiezingpeilingen blijkt ook al heel lang dat Venezolanen pas op het allerlaatste moment een keuze maken, als in een cafetaria. Dat klopt met die lage partij-trouw en partij-invloed.
Een heel andere observatie komt van Barron's, een publicatie van Wall Street Journal, uitgebreid geciteerd in El Nacional van gisteren. Zij constateren dat van de grote olie-exporterende laden slechts twee een stabiele democratische regering hebben. Dat is N° 3, Noorwegen en N° 10, Canada. De andere zijn dictaturen zonder (behoorlijk functionerend) parlement en grondwet. Ze worden volledig gefinancierd door de olie-rijkdom in handen van enkelingen. Noorwegen en Canada zijn echter landen die hun rijkdom ontdekten *nadat* ze al jarenlang een stabiele democratie waren. Dat is het verschil.
Hier is het lijstje, kijk maar: 1 Saudie Arabië, 2 Rusland, 4 Iran, 5 Venezuela, 6 Verenigde Emeritaten, 7 Kuwait, 8 Nigeria, 9 Mexico.
De "handel" heeft kennelijk geen behoefte aan democratie.
Het zal dus moeilijk blijven voor Venezuela.
terug eerste dagboekregel

M�rida, Venezuela, La Mata, Gaia, Dinsdag 28 Februari 2006
Genoeg over Chavez voorlopig. Het is Carnaval èn Fiesta del Sol. Dat laatste was al weken eerder merkbaar, want het gaat om de verkiezing van schoonheidskoninginnen: Van de verschillende faculteiten van de universiteit, maar ook van andere --publiciteitsgeile-- groeperingen.
Luid toeterend --anders val je niet op in deze claxon- en lawaaicultuur-- trokken groepen auto's door de stad, smekend om aandacht voor hun speciale "Reina".
De finale van die Reina-verkiezingen, en de stierengevechten deze laatste vijf dagen, vormen het hoogtepunt van het Fiesta del Sol.
Bien étonné de les trouver ensemble!

En dan is het nog 'gewoon' Carnaval. Samba, samba, samba! (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

Einde Mijn Dagboek Februari 2006