Mijn Dagboek 21

Dit is Dagboek 21. Het loopt van 1 tot 28 Februari en begint met het Oranje-huwelijk waar ik op mijn manier aan deelneem met Fanta en gestoofde abrikoosjes. Bush vergelijk ik met Hitler. Op Valentijn verjaart mijn schoonzus en er is de palindromische datum waarop Ghislaine jarig is. Er is zoveel over AIDS dat ik een apart AIDS-journaal heb gemaakt. Tegen het eind van de maand ontmoet ik Joris, de NLse kunstenaar-fotograaf die de "afrikaanssprekenden" in beeld probeert te brengen.
Springbok, Zuid-Afrika, vrijdag 1 februari 2002
Ik ben nogal aan het surfen geweest. En dat betekent meestal dat ik met een diskette vol teksten thuiskom die dan gelezen moeten worden. In dit geval heb ik nogal wat ge-download over Virtual Teams. Daar gaan jullie binnenkort meer over horen. Het komt er op neer dat alle eigenschappen en moeilijkheden van een 'gewoon' team aanwezig blijven. Hier vast een voorschotje uit het boek van Lipnack & Stamps:
"Virtual teams are far more dependent on having a clear purpose than face-to-face teams"
En niet alleen doelstellingen, aandachtig luisteren (lezen dus) en nog zo e.e.a. blijven hetzelfde. Als er een teamlid is dat niet meewerkt moet je er --net als 'gewoon'-- met alle mogelijke middelen achteraan om contact te maken om het probleem op te lossen. Ook de teamleden moeten bijzondere eigenschappen hebben:
"Good players have an emotional bandwidth that is as broad as their communication bandwidth, so no matter how or where they meet, they relate to each other with humor, understanding and respect"
Maar àls aan die voorwaarden voldaan wordt --let wel gewòne voorwaarden maar excellent qua realisatie-- dan zijn de wonderen de wereld niet uit.
Tja, het ziet er naar uit dat "de moderne middelen" een handicap zijn, maar teams die deze "selectie" passeren kunnen op betere resultaten rekenen. Of omgekeerd, een 'normaal' team dat virtueel wordt, moet op slechtere resultaten rekenen.
Is dat zo? Of sla ik iets over?
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, zaterdag 02-02-02
Ik zou mijn gekte verloochenen als ik niet even zou wijzen op de fraaie datumnotitie van vandaag. Maar niets gaat boven de verjaardag van Ghislaine binnenkort 20022002.
Verder geen ander nieuws dan dat het januaridagboek klaar is.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, zondag 3 februari 2002
--"Heel Nederland staat op z'n kop", was het eerste wat Ghislaine door de telefoon riep, toen ik haar gisteren opbelde, "de balconzwaaiscene is nèt afgelopen!!".
Het duurde een paar tellen voor het tot mij doordrong dat het over Máxima en Willem-Alexander ging. Ik wist dat het "op til" was, maar nòch kende ik de juiste datum, nòch had ik het opwarmproces meegemaakt waardoor mensen zoals Ghislaine --toch bepaald geen Oranjeklant avant la lettre-- in zo'n juichstemming komen. Ik had kennelijk meer oog gehad voor de kritische noten die gekraakt werden omtrent haar vader dan voor de hartverwarmende kanten van deze gebeurtenis in de Oranjefamilie en dus voor heel Nederland. Theo had mij geschreven over het dubbelinterview op TV een paar dagen geleden. Toen had ik het eerste gevoel van "ik-mis-iets". Maar nu brandde het door. Wat had ik het graag van nabij meegemaakt. Die oranjekritische nederlanders --inclusief mezelf-- langzaam zien omturnen in royalisten van het zuiverste stempel. De meest positieve gevoelens in mijn leven --vanaf mijn prilste herinneringen omtrent de Oranjefamilie --vanaf de beschuit met oranje muisjes waar ik n.a.v. de verjaardag van mijn zus over schreef, tot de 7-Decembertoespraak (1941) van Wilhelmina en nog zo wat van dat soort zouden "als bloed-warme opwellingen uit het diepe gemoed" de koel-kritische jaren daartussen hebben overstraald. Misschien had ik ook wel een traan weggepinkt.
"Oranje boven!!"
Maar behalve helemaal meegroeien in deze euforie --de gekte compleet aan den lijve meemaken-- schoot mij gisteren nog een andere aantrekkelijke fantasie te binnen. Dat ik Zaterdagmorgen --of desnoods de avond tevoren-- plotseling in NL als het ware was "geparachuteerd" en dat ik er als een onzichtbaar Marsmannetje rondliep om die gekte te bekijken als ware het een dierentuin. De "Human Zoo" van Morris als archetype.
Maar zo was het niet. Ik keek rond in mijn kamertje. Gewoon een bed, een tafeltje met mijn laptopje en een tafel met wat keukenspullen. Niks oranjeslingers, oranjebitters of oranje puntmutsjes of -feestneuzen. Zelfs geen sinaasappelen, wat toch had gekund in deze situatie. Je kunt meegenieten van dat gezicht. Toevallig zijn de foto's klaar en kon ik ze gisteren op de gammele scanner van het IC webklaar maken.
Er is een foto van de keukenhoek en een van de slaaphoek en de werkhoek staat op allebei. Maar er is nog een andere waar ik met het glas in de hand sta. Helaas niet --ik zou liegen als ik het pretendeerde-- voor 'Oranje boven', maar in Stellenbosch, Niel en ik bij barbecue, die hier "braai" heet, ook bij de engelssprekenden.
Als ik dadelijk bij de Mini-Market van het benzinestation ben, mijn IC alternatief, om dit dagboek op te laden, dan zal eens ik kijken of ze iets oranje-feestelijks hebben. Sinaasappelen zeker. Gezondheid!!
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, dinsdag 5 februari 2002
De Mini-Market van het benzinestation had geen sinaasappelen. Wel Fanta en gedroogde abrikozen. Ik kocht er meteen Die Burger bij en liep naar huis om die krant eens gezellig uit te spellen bij een oranje-garnituur. Ik heb er een paar foto's van gemaakt. De eerste van het nieuwe rolletje, dus je moet nog even wachten op dit stilleven. Dit zijn de gelegenheden waar een digitale camera zijn voordelen kan bewijzen. Die staat dan ook op mijn programma. Het zoeken is nog naar Internetcafé- & en reiziger-zonder-thuis compatibility. Dat staat als zodanig niet in de commerciële informatie. Maar er wordt aan gewerkt.
CNN meldde vanmorgen --ja, ja, ik heb TV, al is het beeld wat grijs en soms onzichtbaar-- dat Bush het congres zal voorstellen om het defensiebudget te verhogen met 48 miljard dollar: de grootste verhoging van de laatste 20 jaar! Het Pentagon zal dit echter hoofdzakelijk besteden aan de klassieke wapenen. Rumsfelt kondigde dit zonder blikken of blozen aan. Het bekende meervannutzelfde waar ik mij ook in de nadagen van 11 September aan ergerde. Een geraadpleegd kritisch parlementslid wist te melden dat Rumsfeld nog enkele dagen voor NY1109 hoog had opgegeven van zijn strijd tegen de macht van de Pentagon'se bureaucratie op het Ministerie van Defensie. Maar deze slag heeft hij weer verloren, concludeerde het parlementslid. Op die manier werd die "strijd" tussen het Ministerie en Het Militair weer eens zichtbaar. De wetenschappelijke bronnen die ik mijn dagboek van oktober aanhaalde, toen ik wilde weten "waarnáár de bobo's niet hadden willen luisteren" en wat de "experts al lang wisten", waren deel van die 'strijd'. Het was deel van de pogingen om civiel-politieke invloed op het leger uit te oefenen. Het waren de militair-politiek-strategische studies door universiteiten ondernomen, maar die "Het Militair", zoals toen al bleek, aan zijn Stiefel lapte. Ja, inderdaad, Stiefel, want ik denk aan de Pruisische drammerij die ons in de Eerste Wereldoorlog bracht.
Wat wil je? Zeuntje Bush heeft niet alleen een ex-militair als minister van Defensie, ook zijn minister van Buitenlandse Zaken is ex-militair in een burgerpakje. En dat terwijl Clausewitz, zelf generaal, al in 1832 stelde dat oorlog een te belangrijke zaak was om aan generaals over te laten. Oorlog, zo schreef hij toen in Vom Kriege, is voortzetting van buitenlandse politiek, maar met andere middelen. En niet omgekeerd.
Daarvan had hij de ellende van nabij gezien als jong vaandrig in de staf van Prinz Eugen von Brandenburg himself. Het pruisische leger, waarvan hij toen deel uitmaakte, was zo in zichzelf gekeerd met zijn bijna rituele excercities, dat het geen schijn van kans maakte tegen de aanvallen van het massale franse diensplichtigenleger. Die hadden opeens héél andere 'spelregels' om hun politieke doelen te bereiken. De minachting die de aristocratische pruisische generaals voor hun 'laffe' en 'onchristelijke' gedrag, deerde hun niet. Voorlopig won het 'gepeupel' de poet!! Afgezien van die oprisping in 1914, zingt "de adel" zijn zwanenzang. Nostalgisch mooi soms, zoals Zaterdag in Amsterdam. Daar niet van. Net als die mooie 'uniformen' van toen.
De overeenkomst met Bin Laden is opvallend. Hij "wijzigt" ook de spelregels en --net als toen-- hebben wij er geen goede woorden voor over. Bush toont zich tot in het diepst van zijn christelijke ziel en -waarden gekwetst. Maar Bin Laden denkt vanuit een islam-ziel. De aristocratie dacht ook vanuit een andere 'ziel' dan de franse revolutionairen.
Bin Laden voert een oorlog zonder 'uniformen'. Bush minacht hem daarvoor als 'lafaard', terwijl het duidelijk is dat het Bin Laden niet ontbreekt aan moed en persoonlijke inzet voor zijn idealen. Wij zijn het met hem oneens, op vele fronten zelfs, maar dat is een andere zaak.
Militair-strategisch is "de verrassing" een 'optie in de strijd' naast bv 'frontale aanval', 'omsingeling' of 'hinderlaag'. Maar in de militaire handboeken kunnen de verrassingen niet worden opgesomd: Een verrassing is altijd een verrassing. Men kan zich alleen indekken tegen de verrassingen van het verleden: de non-verrassingen dus. Het Pentagon vertoont dus 'conform gedrag' door de budgetverhoging aan klassieke middelen te besteden.
Nieuwe kennis is geen remedie tegen dat gedrag. Ook Clausewitz wist denkers en schrijvers aan te wijzen die vòòr de débacle de vinger op de zere plek hadden gelegd, maar 'intellectuele inteelt' en de machtstructuur die daaruit voortvloeide, hadden die nieuwe kennis afgewezen. Is er een remedie? Ik wil niet putten uit de rijke geschiedenis van industriële innovaties, maar Clausewitz zelf als voorbeeld kiezen; bepaald geen a-typisch voorbeeld, ook niet in de industriële geschiedenis.
Ik heb Vom Kriege pas begrepen toen ik later enkele biografieën over hem las. Het is de diepe jeugdfrustratie van de débacle aan de zijde van de voortreffelijke Prinz Eugen die deze intelligente Junker aan het denken zette. Heel geleidelijk kan hij zich losmaken van de 'pruisische' waardeoordelen en, nog steeds niet-revolutionair, komt hij tot de beide bovengenoemde --revolutionaire-- uitspraken. "Het Militair" moet door andere waarden aangestuurd worden dan door zijn eigen (inteelt)waarden, is de kern van beide uitspraken. In zijn boek voert hij daarvoor een soort ideale "Feldherr" ten tonele die militaire waarden met andere waarden weet te combineren. Door opvoeding in het veeleisende militaire leven dat zich helemaal binnen kazernes en afgelegen kampen afspeelt, is bijna onmogelijk dat zo'n "Feldherr" komt bovendrijven. Dit taalgebruik was noodzakelijk om zijn geloofwaardigheid in militaire kringen te behouden.
Bestaat daarvoor een oplossing? Ik weet het niet. In plaats dat 'het civiele' in 'het militair' doordringt met zijn waarden, zien we meestal dat het ministerie van defensie, de minister incluis, militair of ex-militair is. Rusland probeerde zijn leger in toom te houden door 'politieke commissarissen' op allerlei, zelfs betrekkelijk lage, niveaux in het leger te benoemen. Spanje kent --nu nog-- het systeem van politieke benoemingen op alle niveaux.
Een heel recente innovatie vond ik in El País die ik kocht op de dag van mijn vertrek, woensdag 9 januari. Het knipsel heb ik bewaard, het frappeerde mij onmiddellijk, maar ik had nog geen bestemming.
Het gaat om de benoeming van de 49-jarige Michelle Bachelet als Minister van Defensie in Chili. (Jullie kennen mijn zwak voor Chili and-all-that.) Het bijzondere er aan reikt verder dan het feit dat zij misschien wel de enige vrouwelijke Minister van Defensie ter wereld is. Wie is Michelle Bachelet?
Zij is dochter van een generaal, collega en leeftijdsgenoot van Pinochet. In 1973, de dag van de coup op Allende, wordt hij gevangengenomen door collega's als een van de generaals die door Pinochet niet worden vertrouwd: Hij is (gematigd) socialist. Hij wordt een jaar gemarteld door collega's en sterft in de gevangenis. Officiëel wordt hij veroordeeld voor "traición a la patria", 'landsverraad'.
--"Ik heb altijd vertrouwen gehad in de mensheid", schrijft hij uit de gevangenis aan zijn kinderen, "maar nu word ik door collega's en ex-studenten die ik al twintig jaar ken, behandeld als een delinquent en als een hond". Michelle is dan twintig jaar. Bij haar benoeming zegt ze:
--"De pijn blijft, maar als mijn vader nog zou leven, zou hij heel trots op mij zijn".
Zij vervolgt haar medicijnenstudie. Zij wordt lid van de socialistische partij en maakt deel uit van het centrale comité maar specialiseert zich in kindergeneeskunde in binnen- en buitenland.
Maar zij denkt na en besluit zich met haar jeugsfrustratie te confronteren. Zij gaat militaire wetenschappen studeren en met haar voortreffelijke resultaten in post-doctorale Politieke & Strategische Wetenschappen, krijgt zij een beurs voor het Interamerikaanse Defensie College in Washington. Nu is zij intellectueel de gelijke van de huidige topgeneraals. Veel daarvan zijn speelkameraadjes van haar jeugd in de militaire kampen en kazernes waar la familia militar leefde. De huidige opperbevelhebber was 24 jaar in 1973. Op de foto in de krant staat deze vrouw-zonder-uniform tussen de vier streng saluerende commandanten van de vier delen van de Fuerzas Armadas als ze officiëel aantreedt. (Land-, lucht- & zeemacht en de politie, die nog steeds deel van Defensie is). Deze zeer intelligente dame met haar speciale achtergrond dringt 'als burger' door in 'het militair'. De kansen dat zij het werk van 'normalisering' en 'de-politisering', dat al begonnen is met de opvolger (en de zegen!!) van Pinochet, tot een einde kan brengen zijn groot. Zij heeft de erkenning en het respect van la familia militar.
En let ook eens op de overeenkomsten met Clausewitz. De jeugdfrustratie, de brug tussen twee elkaar ontkennende culturen en de levenslange inzet voor een doel: Dit mag nooit meer gebeuren!
Waar is de diep geschokte jongeman of jonge vrouw waarvan wij over dertig jaar de sleutel in handen krijgen om deze cultuurbreuk te herstellen?
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, donderdag 7 februari 2002
Het hilarisch radioprogramma, waar ik 31 januari over schreef, waarin Nicky, de populaire praat-programmaleider op de Afrikaanse zender een "hearing" hield over paspoort-verrassingen, --bv opeens getrouwd met een onbekende Rus e.d.-- heeft vannacht een minder-hilarisch vervolg gehad. Met behulp van het leger zijn op vele plekken in Pretoria "gesynchroniseerde invallen" gedaan en is een "syndicaat" opgerold. Veelal Pakistani en o.a. ook een ex-ambtenaar van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Huwelijks-certificaten met een Afrikaan(se) --die recht geven op een 'legale' verblijfsvergunning--, rijbewijzen en verblijfsvergunningen werden op bestelling geleverd. Een van de trucs was om paspoorten van nietsvermoedende Afrikanen die --bijvoorbeeld-- wegens verlenging of wijziging op het ministerie onderhanden waren, daarvoor te gebruiken. Dat waren perfect-legale huwelijkscandidaten. (De paspoorten alhier zijn tevens trouwboekje.) De TV vertoonde beelden van een goed georganiseerd bureau waar stapels paspoorten met aangehechte formulieren ordelijk werden 'vervalst/vervaardigd'. Ze werkten op bestelling, en de straatprijs was 1900 Rand (190 Euro). Dat is te geef!!
De overeenkomsten tussen Bush en Hitler beginnen beangstigend te worden. Eerder wisten politieke waarnemers al te melden dat door de aanname van een aantal anti-terrorismewetten zijn volmachten groter waren dan die van Hitler na de (parlementair-correcte!!) aanname van de beruchte Notstandsgesetze. Dat gaf hem de (legale!) gelegenheid terreurorganisaties zoals SS en SA op te richten en (legaal!) dictator te worden. Het proces tegen de brandstichter van de brand in de Reichstag, een idealistische, maar wellicht naïeve jongeman van Nederlandse afkomst, doet mij nu denken aan de hetze tegen de Walker, de eveneens idealistische, maar wellicht naïeve Amerikaanse jongeman die van "verraad aan de natie" wordt beschuldigd. Hitler had een afschrikwekkend voorbeeld nodig dat met een schijn van rechtspleging 'voor de bijl' moest. (Letterlijk, meen ik mij te herinneren, want hij werd onthoofd). Dat camoufleerde hoe hij het aanpakte in de (overigens perfect-legale) concentratiekampen.
Walker staat nu voor de rechter, maar zijn symboolwaarde gaat verder. Dit is wat Bush zal doen met 'verraders': Wie niet vóór mij is, is een verrader. Volg mij!! Ein Volk, ein Reich, ein Füher!!!, hoor ik hem zeggen.
De Amerikanen zijn een hetze-gevoelig volk. De heksenjacht op de Rosenbergs door McCarthy schiep een klimaat dat de regering in staat stelde het defensiebudget te verhogen. Heksenjacht op communisten, nu op terroristen. En wéér het defensiebudget lekker omhoog.
Maar het meest beangstigende vind ik de recente volmachten van Bush om mensen die verdacht zijn van terrorisme zes maanden lang in hechtenis te houden zonder een aanklacht in te dienen, en die periode mag hij bijna tot Sint Juttemis verlengen. Wat is het onderscheid met de "legale" jodenkampen van toen? Allemaal Volksfeinde, was het argument.
Ook die traditie is de Amerikanen niet vreemd. Nog maar pas een paar jaar geleden kwamen de 'menselijke onrechtvaardigheden' omtrent de concentratiekampen in het nieuws waarin na Pearl Harbour ieder met een spoortje Aziatisch bloed zonder enige rechtshulp werd opgesloten nadat zijn bezit was geconfisqueerd. Volksvijanden. Logisch toch?
Wat gaat deze 'legale' dictator nog méér doen?
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, zondag 10 februari 2002
--"Je hebt al een paar dagen overgeslagen. Geen ideeën? Gebeurt er niks meer in Zuid-Afrika. . . of bij jou in de buurt?"
--"Nee, integendeel", zou ik moeten antwoorden, "maar jouw vraag is wel in de roos; mijn hoofd loopt om van de veelheid van indrukken. Alleen een opsomming daarvan met een minimale toelichting zou enkele bladzijden vullen. Ik lijd aan een embarras de choix, ik kan niet kiezen".
Met deze imaginaire conversatie in mijn hoofd werd ik vanmorgen wakker. Dàt was de juiste diagnose van het malaisegevoel van de laatste dagen. De spijker op z'n kop! "L'embarras de choix", dàt is het!
--"How come?", begon ik mij af te vragen.
Ik had ijverig allerlei kranteknipsels verzameld, ik had kladjes met aantekeningen gemaakt over de verschillende thema's en ik was al een paar keer extra naar het internetcafé gegaan om erover bij te lezen of feitelijke documentie te vinden. Om orde te scheppen. Om vat te krijgen op wat ik wilde schrijven. Om aan de slag te kunnen. Om het àf te maken.
Mijn gebruikelijke ritueeel om mezelf zachtjes bij de schouder te vatten en de fluisteren: "Zit neder en schrijf", werkte niet meer. De berg bleef groter worden.
"L'embarras de choix" is maar de helft van de diagnose. Ik werd slachtoffer van mijn eigen ambities. Knecht van "iets groters". Slaaf van een veeleisend heerschap. Geen wonder dat ik mij telkens "moe" voelde als ik "aan het werk" wilde. Ik mijmerde dan nog wel of ik het misschien beter als apart artikel kon schrijven, maar de hamvraag --'wat wil ik eígenlijk-- stelde ik niet. Ik vluchtte in nòg maar weer eens wat bijlezen, nòg maar eens een pauze nemen of nòg een spelletje patience. Kortom, malaise!
En vanmorgen opeens was er de juiste diagnose. Waarvan akte.
En nu een beetje van dat wensenlijstje:
Bovenaan staat de toespraak van de president in zijn State of the Nation die ik helemaal heb aanhoord en waarvan ik de tekst heb gedownload en grondig gelezen. Ik heb ook de commentaren van de NRC, de Volkskrant en El País erbij gehaald want ik zie dat er in de rede zelf veel meer staat dan het commentaar. Het lijkt wel of men alleen geluisterd heeft naar de twee heikele punten waarover de pers al eerder bakkeleide. Ik denk dat ik het commentaar van de Franse Libération er eerst moet bijhalen. Zijn controversiële AIDS beleid is, geloof ik, toch zinvoller dan 'iedereen' papagaaiend beweert.
Ik ben ook hevig bezig met het herlezen van dat boek over Tijd. Ik word steeds enthousiaster dat samen te vatten, maar al heb ik mijn ambities tot het eerste deel gereduceerd, ik ben er nog niet mee klaar.
En natuurlijk zijn er talloze kleine leuke micro-wederwaardigheden vanaf de twee gekko's in mijn kamer, via de buurjongen die mij iedere morgen aanspreekt over de demonen die hij in zijn droom van die nacht heeft gezien & bedwongen en internetcafé-avonturen, naar een mogelijke come-back van Afrikaanders op de politieke agenda.
Dit is géén agenda voor de komende weken!!
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, maandag 11 februari 2002
Het is goed dat ik de rede van Thabo Mbeki even heb laten liggen. Pas in & na het weekend kwamen meer gedetailleerde commentaren los. Gisteravond in een journalistenforum en vanmorgen op de radio met een praatprogramma met de coördinator van de staf van Mbeki. Libération en El País waren kennelijk ook nog niet klaar met hun serieuzere commmentaar, maar het genuanceerde commentaar van Libération over de recente hetze-achtige kritiek op het AIDS-beleid van Mbeki was veelbelovend. In afwachting van nadere gegevens schrijf ik eerst maar over mijn cryptische zin van gisteren: de 'terugkeer van de Afrikaanders op de politieke agenda'.
Dat sloeg op de verwarde politieke positie waarin "de Afrikaanders" zich bevinden in de na-apartheid. Met de nek aangekeken door de zwarten en gekleurden als veroorzakers van het kwaad, en verlaten door de engelssprekende blanken die op een handige wijze de hete aardappel bij de Afrikaanders wisten neer te leggen. Onderling verdeeld in cynische toeschouwers van de 'ondergang' die ieder foutje van het nieuwe regiem gebruiken als bewijs van de onvolwaardigheid en een zwijgende (meerderheids?)groep die positief wil samenwerken. Het spitst zich o.a. toe op het Afrikaans dat weliswaar als officiële taal is erkend, maar de regering liet niet na op de superioriteit van het Engels te wijzen als belangrijkste --westerse-- voertaal. De voorbeelden die ik daar twee jaar geleden van noemde --het verjagen van het Afrikaans tgv het Engels op het eerste net, en de poging tot uitsluiting van Afrikaans als taal bij de gerechtshoven-- bleken onhoudbaar. Het Afrikaans blijkt de grootste koopkracht in brede lagen te hebben (daar reageeerden de adverteerders feilloos op) en dat van die rechtstaal stuitte op juridische onmogelijkheden. Ook bleek het Afrikaans als taal nog springlevend, hoewel die 'moderne' vormen door de oudere & conservatieve blanke Afrikaanders bepaald niet worden gewaardeerd.
De verwarring onder de Afrikaanders was groot. Er was geen politiek 'huis' voor degenen die niet op wilden gaan in het eenheidsocialisme van het ANC of in niet-coöpererende oppositie van blanke en gekleurde criticasters. Zo'n 'huis' is er nog niet, maar er zijn tekenen dat de positieve Afrikaanders meer politieke erkenning gaan krijgen. Nog duidelijker is, dat de regeringspartij, de verwante vakbonden en zelfs de communistische partij weinig verhulde pogingen ondernemen op de Afrikaanders meer bij de regering te betrekken.
Niel, in Stellenbosch, had het er al over, maar nu is er concreter nieuws. Mbeki kwam de vorige week persoonlijk op de begrafenis van Marinus Daling, een Afrikaander van groot formaat die enthousiast had meegewerkt aan de ombouw van het equivalent van de Sociale Verzekeringsbank aan de nieuwe orde. Het was in Stellenbosch, het hart van het Afrikaandernationalisme. Van Mbeki is bekend, en dat verklaart ook zijn 'vreemde' gedrag tegenover Mugabe & Zimbabwe, dat hij zijn politieke tegenstanders opzoekt om er mee samen te werken. Boze verklaringen zeggen dat hij ze daardoor 'neutraliseert', maar voor de academicus-politicus Mbeki, is het serieus nemen van de argumenten van je tegenstander de meest normale zaak. Hardere 'politici' begrijpen dat niet.
Hij was er vergezeld van een andere die-hard uit de 'struggle', nu een kopstuk in de ANC, Dr Nthato Motlana. Deze hield een grafrede waarin hij er op wees dat de manier waarop de Afrikaanders voor hun eigen 'bevrijding' hebben gezorgd, een voorbeeld kon zijn voor de huidige zwarte generatie. De Afrikaanders hebben zich op eigen kracht omhoog gewerkt toen ze eind 19e een volkomen uitelkaar gespeeld volk waren. Dat is de sociale kant geschiedenis van de geschiedenis van het moderne Afrikaans dat ik hier al enkele malen heb verteld.
Op die begrafenis was nog een andere opmerkelijke rede die de pers heeft gehaald om dezelfde reden. Ik kom er op terug, maar ik vermeld vast dat deze feitelijkheden rondom de 'uitgestoken hand' naar de Afrikaander zich steeds beter aftekenen. Tot in de rede van Mbeki van Vrijdag toe, maar dat ligt nog steeds bedolven onder de kritiek op "de twee punten": Zimbabwe en AIDS/HIV. Dit wordt dus een vervolgverhaal.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, dinsdag 12 februari 2002
"Vuk'uzenzele!" en "How can we lend a hand?" zijn de twee uitdrukkingen die Mbeki in de State of the Nation introduceerde toen hij de ontmoeting beschreef met een groepje Zuidafrikaanders die nu VS-burgers zijn. Ze komen gedurende de World Economic Forum, kortgeleden in New York, naar hem toe en vragen "How can we lend a hand?". Ze hebben een aktiegroep gevormd en vragen: Wat kunnen wij voor Zuid-Afrika doen? "How can we lend a hand?". De aktiegroep heet "Vuk'uzenzele!", een uitdrukking uit de Nguni talengroep dat Mbeki vertaalde als "Arise and Act!". Die Burger van gisteren vertaalt het als "staan op, tree op". Zo ongeveer ons Zeeuwse Luctor et Emergo, in de gebiedende wijs.
In zijn rede wijst hij vele malen op mensen en groepen die --ondanks alle moeilijkheden van de opbouw van het "Nieuw Zuid-Afrika", de droom van Mbeki-- de hand aan de ploeg hebben geslagen en op hun manier een steentje hebben bijgedragen: een dorpsgemeenschap hier, een schoolhoofd daar. En daaronder ook twee blanken. Eentje zelfs uit het gedoodverfde apartheidsbolwerk --de Universiteit van Stellenbosch-- waar de doorsnee "comrade" slechts met verachting over kan spreken. Mbeki haalt ze naar voren en zegt: "Kijk, ook zij! 'How can we lend a hand' to build a better life for all South Africans!?"
De eerste betreft een bijdrage aan het Afrikaanse erfgoed door een team van wetenschappers --working unselflessly-- aan het determineren van de archeologische vondsten aan de Zuidkaap. Het betreft --afgelopen jaar-- een 77.000 jaar oud stenen 'document' met abstracte tekens waarover de geleerden het eens zijn dat het "the world's oldest art object" is. Impliciet zet het een streep onder de blanke mythe dat weliswaar de oudste mensen uit Afrika stammen, maar de intelligente vormen uit het Noorden. Het nationale museum wordt bedankt voor de medewerking dit "document" in een speciale vitrine voor enkele uren in de vergaderzaal ze plaatsen en de leider van het unselflessly working team, Dr Chris Henshilwood, die speciaal daarvoor naar het parlement is uitgenodigd, wordt verzocht op te staan en neemt met een gezicht van laat-mij-maar-liever-in-mijn-lab (niettemin stiekem-glunderend) het applaus in ontvangst.
Even tijdje later in deze meer dan een uur durende toespraak, als de plannen van een jaar geleden zijn gememoriseerd, komt "an unsolicited report from a team of academics at the University of Stellenbosch", dat Mbeki enkele weken geleden bereikte, aan de orde. De leider, Professor Willie Esterhuyse, houdt zich onopvallend en laat de daden voor zichzelf spreken.
--"De President deed 43 beloftes." citeert Mbeki uit het rapport, "Nu, 8 januari 2002 --elf maanden na datum-- is 65% daarvan òf bereikt òf geloofwaardig op weg bereikt te worden".
Mbeki citeert vervolgens complete alinea's uit dit nuchtere rapport dat ook het negatieve en het niet-bereikte met koele tellingen en observaties te lijf gaat. Het eindoordeel is positief: 'we kunnen ons verheugen in de successen', besluit het rapport.
--"Noch de Regering, noch het Parlement, zullen het met alle delen van dit rapport eens zijn, maar het valt niet te ontkennen dat het "an informative, honest, frank and dispassionate assessment of the work of government" is", zegt hij alvorens er tot slot op te wijzen hoe ook dit team op een practische manier de vraag beantwoordde "How can we lend a hand?".
--"In zijn toespraak stak Mbeki de loftrompet over de resultaten . . . ", staat in NRC/Handelsblad van Zaterdag. Dat gaat 'nogal kort door de bocht'. De kop van dat artikel zegt echter heel juist: Mbeki trots en positief in 'State of the Nation'.
Voor mij passen de bovenstaande delen uit de 'State of the Nation' ook in het beleid van de 'terugkeer van de Afrikaanders op de politieke agenda'. Tegen het ongenuanceerde vooroordeel van de 'comrades' en een groot deel van de zwarte bevolking dat 'alle' blanken tegen het nieuwe regiem zijn, laat Mbeki niet alleen zijn uitgestoken hand zien aan die blanke minderheidsgroep, maar bestookt ook zijn 'comrades' met twee voorbeelden van 'goede' blanken, die evenals de andere voorbeelden in zijn rede, onzelfzuchtig een bijdrage leveren aan het lange-termijndoel: Een gezonde en krachtige samenleving, een Nieuw Zuid-Afrika.
Het lijkt wel of dit deel is van een bekokstoofd plan: 'Laten wij de Afrikaanders er bij betrekken'. Dat zou wel passen bij de stijl van het weinig transparante ANC-socialisme (dat nogal is beïnvloed door de Leninistische versie dat liever opereert vanuit een kleine kern van geheim-samenwerkenden, in de stijl van de Tsaren. Zie decemberdagboek). De andere opmerkelijke speech van een 'regeringsgenoot' op de begrafenis van Daling past namelijk volledig in zo'n 'plan'. Het laat het verschil tussen twee (blanke) acteurs zien. Allebei Hollanders; dat doet het wel in Stellenbosch. Een 'goeie' en een 'kwaaie'.
Allereerst haalt de spreker een uitspraak van Leonardi da Vinci aan die het leven vergelijkt met een gevangenis, maar door de tralies kijkt de een naar de sterren, en de ander naar de modder.
Beide Hollanders zijn heel jong naar Zuid-Afrika gekomen en hebben het Zuidafrikaanse leven diepgaand beïnvloed. Verwoerd komt als drie maanden oude baby in 1902 in het land. De overledene, Marinus Daling, is in 1947 in Smilde geboren en komt als twee-jarig kind in Zuid-Afrika.
Het zijn allebei top-scoorders op de universiteit en in hun zakelijke en politieke carrière. De een is als architect en uitvoerder van de apartheid een verachtelijke naam geworden die het land op het randje van de afgrond heeft gebracht. De ander, de overledene die als 36-jarige, middenin de Aparheid, in de bestuursraad werd benoemd, heeft zijn drijfkracht en intellect gebruikt om na de politieke omwenteling een van de belangrijkste sociale instituten van het land te hervormen, zodat het een hoeksteen van de sociale politiek van het Nieuwe Zuid-Afrika is geworden.
Dat is meer dan een politieke uitgestoken hand; nog minder een 'politiek uitgestoken' hand. Het is de aanwijzing van modelpersonen, aanvaardbaar en aantrekkelijk voor de opgroeiende generatie van alle kleuren. Het is ook een uitdaging aan de volwassen Afrikaanders hun gemijmer en gecritiseer de staken, hun rouwperiode af te sluiten en de vragen: "How can we lend a hand?"
Wordt vervolgd.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, woensdag 13 februari 2002
Al vòòr de State of the Nation concentreerde de kritiek op het beleid van Thabo Mbeki zich in binnen- en buitenland zich op twee punten: Hij moet zijn theorie over AIDS, die een equivalent lijkt van van de theorie dat de aarde plat is, inruilen voor een meer wetenschappelijk gefundeerde. En hij moet 'kameraad' Mugabe laten vallen en zijn beleid openlijk afkeuren.
Teleurstelling alom na de toespraak. 'Het staat er niet in', waren de eerste reakties, 'hij herhaalt alleen wat hij eerder zei'. maar nu, enkele dagen later komen meer genuanceerde reakties los: 'Gewoon' beter lezen wat er staat en zich niet laten meesleuren door vooroordelen.
Wat is dat AIDS-plan?
Het is een indrukwekkend programma dat op vele fronten tegelijk werkt, èn in de actualiteit, èn in de preventie. De actuele discussie spitst zich toe een bepaald medicijn dat zou moeten verhinderen dat AIDS-moeders hun baby al bij de bevalling besmetten. Maar er is meer nodig. De moeders mogen hun kind geen borstvoeding meer geven, maar is er schoon water? Is er een lifestyle gericht op hygiene?
Hoe komt het dat 'men' dat niet weet? Uit een "unsolicited report from a team of academics at the University of Stellenbosch" citeerde Mbeki in de staatsrede het volgende:

The Team explains why things do not look and feel better, despite the progress that has been achieved. Firstly because communication by government is not always optimum. Secondly because those vitally important macro issues are very far removed from the person in the street".
Kortom, de regering communiceert slecht.
Dit is de mini-mini-versie van de oorspronkelijke dagboeknotitie. Die staat nu in het AIDS-journaal; hoogst interessant, maar te lang voor dit dagboek.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, Valentijn 2002
Het is Valentijnsdag vandaag én mijn schoonzus Leny is jarig. Proficiat! Nog veel gezonde jaren!
Ik heb zojuist even naar de radio geluisterd. Zowel de Engelse als de Afrikaanse hebben Valentijn als thema. Het zijn allebei praatprogramma's met inbellers. Allebei gebruiken ze het programma als een kans om deze dag van zijn "trivialisering" te ontdoen. De meeste mensen kennen het --aldus marktonderzoek-- als een dag waarop je bloemen en een doos chocola voor je vrouw koopt (of een diamant, als je maar wat 'koopt'). Allebei de zenders gebruiken bijna dezelfde woorden om hun zoektocht naar de zinvolle kern van dit feest motiveren. Wat is die motivering?
Wij moeten, zeggen beide zenders, bij het bouwen van een Nieuw Zuid Afrika "al dit soort feesten" (en dan volgen Kerstmis, Vaderdag, Moederdag en nog zo wat) ook een nieuwe betekenis geven. Het kapitalisme heeft ze getrivialiseerd, ze horen bij bepaalde bevolkingsgroepen en ze hebben hun energiegevende betekenis verloren. Kortom, er is daarvoor geen plaats in het Nieuwe Zuid Afrika, de droom van Thabo Mbeki. Een terugkeer naar de spirituele betekenis lijkt geboden!!
Tot zover is er geen onderscheid. De Afrikaanse maakt echter een programma met de mooiste liefdesgedichtjes die het panel en de inbellers kunnen inbrengen. Het gaat om de liefde, niet om het kado. Het gaat erom je vrouw weer eens te zien zoals je ze vroeger zag; vol warme liefde en genegenheid. (Inderdaad, alleen deze variant hoorde ik voorzover ik het programma volgde: Mannen rijmelden en dichtten voor vrouwen, niet omgekeerd.)
De Engelssprekende zoekt het meer in de breedte en het politieke. De 'key lady' die ze ervoor hadden uitgenodigd, begon meteen over vrouwenemancipatie. 'Voorzover we dat hebben gehad hier in Zuid-Afrika', voegde ze er meteen aan toe, 'want de kopstukken van toen zitten nu in de regering en geven nu hun trouw aan de partij, niet aan hun achterban'.
Zo, dacht ik, dat is een stukje vrouwengeschiedenis 'in a nutshell' en ging rechtzitten.
De programmaleider-gastheer-interviewer stopte de waterval even en vroeg wat dit met 'liefde' te maken had, het thema van het programma.
--"Kijk, die vrouwen van toen hebben hun liefde gegeven aan die beweging en aan de leiders, maar nu wordt die niet beantwoord. De achterban staat nu met lege handen en er is geen bloeiende vrouwenbeweging meer". Het klonk niet slachtofferig of verwijtend. Het was meer de aandachtige constatering van een 'fact-of-life'.
--"Maar nu heb je het opeens over een heel ander soort liefde. Ik denk dat de luisteraars je niet kunnen volgen. Licht dat eens toe."
--"Precies, dat bedoel ik. Bij Valentijn denken we al haast niet maar aan erotische liefde, alleen aan het kopen van een struik bloemen of een doos chocola, laat staan aan naastenliefde en aan de talloze kleine en grotere genegenheden naar je vrienden, kennissen of naar je collega's op kantoor. Als wij Valentijnsdag opnieuw de dag van liefde willen maken hoort dat er wel allemaal bij."
--"Maar als je dat allemaal liefde noemt, ben je wel heel verwarrend bezig. Dat vatten onze luisteraars niet ineens".
--"Inderdaad, wij hebben een taalprobleem. Dat zit in onze cultuur. We hebben wel zeshonderd automerken maar er is maar één woord voor liefde. In het Oosten, heb ik mij laten vertellen, hebben ze zeshonderd woorden voor liefde".
En zo ging het door met voorbeelden van feesten met een diepere spirituele of culturele betekenis door het kapitalisme waren getrivialiseerd en ons waren 'ontnomen'. En weer opnieuw zij ze dat niet klagerig of beschuldigend.
Ik moest denken aan het NLse verhaal dat mij deze zomer ter ore kwam over een prachtige informatiewebsite die met veel vrijwilligers liefdevol was opgebouwd, maar de 'eigenaar' verkoopt het voor een miljoentje of zo aan een groot uitgeversbedrijf en gaat 'stil leven' in Spanje. De nieuwe eigenaar was verbaasd dat de vrijwilligers massaal afhaakten en ook niet meer met 'geld en goede woorden' terug wilden komen. Bedrogen, net als die achterban van zojuist. Liefdesbedrog, zou je het moeten noemen, maar dat verbinden wij aan echtbrekers, schuinsmarcheerders en chronische bigamisten. We hebben er inderdaad geen woord voor.
Ook moest ik denken aan die Franse filosofe --die mij in dezelfde periode onder ogen kwam-- die het verabsoluteerde eigensdomsrecht van de kapitaalverschaffer de kern van het moderne kwaad noemde. Als voorbeeld noemde zij de vriendenclub in een dorp die een voetbalclub oprichten. Het loopt lekker en het hele dorp leeft mee. En dan komt er een sponsor. Die wil alleen geld geven als de club een 'financiële entiteit' is. Goed, ze maken een BV met gelijk verdeelde aandelen. Al gauw is er iemand die zijn aandelen verkoopt . . . En tot slot is er iemand die beslist dat het 'verstandiger' is dat een 'betere' speler wordt ingekocht.
--"Meeste stemmen gelden. Logisch toch?", zei de meerderheidaandeelhouder.
De Franse filosofe wees op bedrijven waar de kapitaalfactor de macht had om mensen te ontslaan en werkgemeenschappen op te doeken. Moderne slavernij noemde ze het. En de veelgezochte charismatische persoonlijkheid noemde ze 'rover van liefde': Hij lokt 'liefdesgaven' uit en verkoopt ze voor eigen gewin of een dik salaris.
De enige vraag waar ik nu nog mee zit is: "Wie heeft dat thema bedacht?" Kwam het voort uit de liefde van de omroepmedewerkers om de maatschappij wat liefdevoller te maken of was het een initiatief van 'het bedrijfsleven' dat dit winstgevende feest door hun vingers zagen glippen wegens 'overtrivialisering' en toen enkele charismatische personen inhuurde om de 'liefdesroof' nieuw leven in te blazen.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, vrijdag 15 februari 2002
Eergisteren schreef ik over het bekritiseerde AIDS-beleid en de argwaan die men heeft tegen de 'dissident doctors' waardoor Mbeki zich zou laten adviseren. Het Afrikaanse noch het Europese nieuws was daar duidelijk over. Allebei blijven ze steken in een afwijzingsrethoriek zonder te vertellen wàt ze precies afwijzen. Daar wilde ik eerst over bijlezen.
Nou, tòen ging er me toch een beerput open!! Ik ben er nog lang niet mee klaar. Ik wist nogal wat van de relatie tussen AIDS en immuniteitsziekten uit de tijd van mijn eigen immuniteitsmanco, en ook van de (toenmalige) controverses daarover. Maar de machtsstrijd die zich sindsdien ontplooide met de reusachtige "AIDS-markt" van Afrika in zicht, grenst aan het ongelofelijke. "De een zijn dood is de ander zijn brood", en dat op de meest cynische wijze.
Die 'dissident doctors' zijn bepaald geen medicijnmannen uit de "bush-bush", al wordt het wel gesuggereerd. Een rechtstreekse vergelijking van die 'dissidente theorie' met die dat de aarde plat is, citeerde ik eergisteren al; die kwam uit Die Burger. Het is een groep bezorgde wetenschappers van formaat; Nobelprijs winnaars en zo, die deze compleet 'verpolitiekte' ziekte een halt willen toeroepen omdat zij doodt in plaats van geneest. De 'ziekte' is niet alleen 'iatrogenic' (door de medische wetenschap zelve veroorzaakt), ze is ook 'politico-genic', uit de politiek geboren. Als er dan al van 'dissident doctors' sprake is, dan zijn het de voorstanders van de officiële AIDS-theorie. Zij wijken namelijk af van het imperatief dat Hipocratus de artsen meegaf: "Genezen en leed verzachten, niet doden". Ik kom er op terug, maar ik waarschuw jullie vast: Het is veel en het is beangstigend. Wie ongeduldig is kan vast kijken op www.duesberg.com, maar er zijn veel meer (universiteits)infocentra die dit relaas ondersteunen.
Intussen even een 'gemengd berichtje' uit Die Burger van gisteren. Op een stille avond in Oktober zat de immigrasiebeampte Mario Stallenberg bij een grenspost tussen Zuid-Afrika en Lesotho zich te vervelen en tikte voor de grap in "het systeem" dat Osama Bin Laden uit Afganistan zojuist te voet de grens had overschreden. Het nieuwselement van dit berichtje is dat hij gisteren zijn ontslagbrief heeft gehad. Dat was de conclusie van de ambtelijke tuchtraad. Die vond het niet grappig. Nu wordt hij nog vervolgd door de strafrechter, want de grap heeft enkele duizenden Rands gekost aan de belastingbetaler. Hij gaat in beroep. Ik denk dat hij het nog steeds 'een grapje' vindt.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, zaterdag 16 februari 2002
De-innovatie-van-vandaag is op deze site. Tot nu toe liet ik het hele dagboek in de 'verkeerde' volgorde staan tot het eind van de maand. Dan sorteerde ik die maand in de 'historische' volgorde en maakte er een apart (aanklikbaar) 'maand-boekje' van. Dat betekende dat in de loop van de maand deze openingspagina steeds zwaarder werd en langzamer oplaadde. Maar nu heb ik besloten om het 'maand-boekje' eerder te maken. Als je nu een dag of drie vier in de 'verkeerde' volgorde hebt gelezen wordt je uitgenodigd in het lopende dagboek verder te lezen.
Ik ben benieuwd naar jullie reaktie.
Hier stond een (te) lang stuk over AIDS. Het staat nu in het AIDS-journaal. Het beschrijft het verschil tussen de 'officiële' en de 'dissidente' opvatting over AIDS. Hoogst interessant, maar te lang voor dit dagboek.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, zondag 17 februari 2002
In de parlementaire afhandeling van de staatsrede waren er natuurlijk debatten maar opmerkelijk is de repliek van de president. Over het veel-omstreden AIDS-beleid geen ander nieuws dan dat er een nieuwe commissie is benoemd om "alle beschikbare inlichtigen over sterfte- en ziektecijfers" te verzamelen en bestuderen. Met wat ik intussen heb bijgelezen weet ik dat men elkaar om de oren slaat met cijfers van heel verschillende herkomst. Intussen is algemeen aanvaard dat de eerste paniekcijfers die o.a. door President Clinton zijn verspreid bij zijn 'oorlogsverklaring' aan de (Afrikaanse) AIDS, schromelijk overdreven zijn. Dat lijkt wat op de overdreven cijfers die Bush hanteerde in zijn State of the Nation, waarin hij ook drie arme landen bevorderde tot ". . . axis of evil, arming to threaten the peace of this world". Bangmakerij die een lokale dorpspolicus nog beneden zijn stand zou achten. En zo ook de cijfers van Bush, maar die werden sneller ontmaskerd dan die van Clinton over AIDS. Newsweek van 11 Februari weet te melden dat het getal van 100.000 in Afghanistaanse kampen getrainde 'killers', dat aan de pers werd doorgegeven als 'shocking news' vlak voor de staatsrede, door haastig ingrijpen van de CIA tot het meer realistische getal van 15 à 20 duizend werd teruggebracht, en dat nòg later onderzoek uitwijst dat 2 à 3 duizend wellicht reëler is. Het zij zo. "Pietje-Paniek"-gedrag hoort kennelijk bij Amerikaanse Presidenten. Ze zouden er beter aan doen --voor het te laat is-- iets te leren van het dorpsjongetje dat een truc had ontdekt om het dorp wakker te schudden door "Wolven! Wolven!" te roepen.
Maar de kop over drie kolommen ging niet over AIDS maar luidde: "Mbeki reik weer hand na Afrikaners". Wat de vorige weken nog 'tussen de regels' moest worden gelezen, is nu voorpaginanieuws. Mbeki is hier de weer de grote verzoener, eerder gericht op coalitievorming dan op confrontatie, in contrast met zijn achterban, de 'comrades', die nog in een 'post-struggle-syndroom' leven. Onredelijke kritiek in terugvechtstijl van een van de oppositieleiders, dat de staatsrede "'n adembenemende kombinasie van ontkenning en arrogansie [was] van 'n president wat klaarblyklik meer op sy gemak is in 'n eenpartystaat as in 'n demokratiese parlement", laat hij onbeantwoord, en looft een andere opmerking van hem als positief en bijdragend. Het Nieuwe Afrika van zijn dromen is een veelkleurige reënboognasie en als een goede herder houdt hij de partijen bij elkaar. Zo ook de Afrikaanders die uit de boot dreigen te vallen. Hij doorbreekt het stille taboe dat in ANC-kringen rust op Afrikaans. Na twee Afrikaanse oppositie sprekers te prijzen voor hun bijdrage "aan nasionale versoening en die bou van 'n nie-rassige Suid-Afrika", gaat hij opeens over in het Afrikaans. Iedereen verbaasd. Hij leest een ontroerend gedicht voor dat ik hieronder laat volgen met de vertaling van enkele moeilijke woorden. Maar misschien vertaal ik het nog eens helemaal. Het ontroert mij, juist ook buiten deze politieke kontekst. Het gaat ook over mijn relatie met een vriend, vriendin of familielid waarvan ik --om wat voor reden dan ook-- vervreemd ben geraakt. Dit zei Mbeki letterlijk:

Aangevuur om van nuuts af een nasie te begin, "to shiver in the colour of human",
het die digter-skrywer Antjie Krog geskryf:
"Hoe word jy heel
Hoe word jy vrygemaak in begrip
Hoe maak jy goed
Hoe sny jy skoon
Hoe na kan die tong tilt aan teerheid
Of die wang aan versoening
'n Punt
'n lyn wat sê: van hier af
van die moment af
gaan dit anders klink
want al ons woorde lê naas mekaar op die tafel
bibberend van die kleur van mens
ons weet nou mekaar
mekaar se kopvel en reuk, mekaar se bloed
ons weet die diepste geluide wat mekaar
se niere maak in die nag
ons is stadig mekaar
opnuut
nuut
en hier begin dit"

het=heeft na=nabij sê=zegt lê=liggen
nuut=nieuw opnuut=opnieuw niere=nieren nag=nacht
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, maandag 18 februari 2002
Vandaag is het beraad van de kopstukken van het ANC over een 'beter' AIDS beleid. Daaronder verstaan de media 'ommiddellijk' Nevirapine geven aan alle HIV positieve moeders en vooral baby's direkt na de bevalling. De centrale regering heeft al langer een aantal proefprovincies aangewezen, want het is geen 'asperientje'. Daarover heeft de pers heeft de pers het niet, die zet Mbeki onder druk, en kleineert hem en zijn angst voor bijverschijnselen.
Mandela zei vlak voor de staatsrede dat de actuele discussie (over Nevirapine) snel moet worden opgelost omdat het veel belangrijkere problemen en projecten ter bestrijding van AIDS dreigt te overstralen. Daaruit construeerde de pers een tegenstelling tussen beide leiders. Maar het gaat om de projecten van armoede bestrijding, riolering, schoon water en electra voor iedereen. Geld genoeg daarvoor, maar ook fatale managementproblemen.
De lokale politici ruiken echter stemmenwinst, en juist vandaag stromen de berichten binnen van 'afvallige' provincies die zonder daarvoor te zijn aangewezen, ook Nevirapine gaan verspreiden in de staatshospitalen. Budgetair mag dat niet ten koste gaan van de lange-termijnakties voor riool-, water- en electro-aanleg. Maar dat is (lokale) politici worst. Kadootjes nù levert meer op dat schoon water over een jaar.
Ik hoop dat Mbeki niet bezwijkt onder deze onredelijke druk en dat de schade beperkt blijft.
Dit is verkort versie van de oorspronkelijke dagboeknotitie. Die staat nu in het AIDS-journaal.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, dinsdag 19 februari 2002
Ik lees veel over AIDS and-all-that, ik 'studeer AIDS', zogezegd. Wat ik op diverse site heb gevonden is veel en beangstigend, schreef ik eerder. Maar het is ook een wetenschappelijk genoegen op zekere momenten. Naast ergerlijke verdachtmakingen en kromme redeneringen zijn er ook enkele sites die afstandelijk en rustig de puntjes op de i zetten en die verdachtmakingen en kromme redeneringen koel en klinisch op de snijtafel leggen. Helaas zijn dat vanuit de media en het publiek 'dissidenten van dissidenten' en staan daardoor nòg lager op de ranglijst van 'publieke geloofwaardigheid'. Dat soort geloofwaardigheid en waarheid wordt bepaald door 'aantallen en kijkcijfers'. Juweeltjes liggen dus niet voor het oprapen.
De site van the Skeptics Society leek zo'n zeldzame plek. Het is een kritiek op de 'AIDS-dissidenten' die in hun skepsis t.o.v. het establishment te ver zouden zijn gegaan. Het begint met een dialoog tussen een kettingrokende, intelligente en goed geïnformeerde skepticus en een medicus die hem de gevaren van zijn gedrag onder ogen wil brengen: Hij zal longkanker kunnen krijgen. Stuk voor stuk worden de gaten in het 'wetenschappelijk' onderzoek naar de relatie tussen roken en longkanker aan de kaak gesteld. Helder, bijna-hilarisch en lekker-leesbaar. Een juweeltje dus.
Helaas gaat dat niet op voor het hele stuk. Stap voor stap wordt Harris partijdiger en het aanvankelijke respect voor de tegenstander blijkt schone schijn.
Intussen komen twee soorten kennis aan de orde, allebei op 'waarneming' gebaseerd, maar de een volgt de spelregels van de moderne positieve wetenschap om het tot 'waarheid' te verklaren, en de ander heeft genoeg aan 'je ziet toch dat het werkt!'. Het zou een vruchtbare samenwerking kunnen zijn, maar vaak er zijn onoverbrugbare tegenstellingen.
Het is de 'tegenstelling' tussen de ontwerper-ingenieur en de onderzoeker-ingenieur, of tussen de medicus-arts en de medicus-onderzoeker. De ene vindt waarheid in reductieve redeneringen, de ander eist deductieve coherentie.
Als je het minder neutraal formuleert wordt het politieke waarheid tegenover laboratoriumwaarheid. Of 'cosmetisch gedoe' tegenover 'spijkers of laag water zoeken'.
Het is te lang en te uitgebreid om er binnen dit dagboek op in te gaan. Per dagboekdag kan ik slechts wat 'nadenkertjes' neerpennen. Daarom heb ik een AIDS-bloemlezing geschreven dat ik stadig bijhoud met langere observaties en bronvermeldingen.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, woensdag 20022002
Dit is de dag met een bijzondere datum. Zo'n dubbele palindroom is heel zeldzaam. De vorige was 11 November 1111, 890 jaar geleden en de volgende komt 12 December 2121, over 119 jaar.
Maar bovenal is Ghislaine jarig! We hebben afgesproken om vanavond om 20.02 (Nederlandse tijd) het champagneglas te heffen. Proficiat!
Dat is een driedubbel palindromisch moment, ongetwijfeld nòg zeldzamer: 200220022002
Doe mee als je dit op tijd leest. Proost!
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, donderdag 21 februari 2002
Heb je gisteravond ook het glas geheven om 20.02? Martine had het evenement al gememoriseerd in een mailtje aan haar broers en ik had nog aan een dozijn potentiële lezers een e-mail gestuurd. Zelf kreeg ik wat voice-mails en SMS-en, en natuurlijk belde ik met Ghislaine op het moment suprême. Het had even iets van een Nieuwjaarssfeertje, vond je niet? Zeker ik op m'n eentje, met een hele fles champ. Ik heb uitstekend geslapen!!
Gistermiddag heb ik op mijn --zeer grijze-- TV gekeken naar de aanbieding van de begroting. Inderdaad een evenement van het niveau van de staatsrede. Het begon met een boeiende algemene beschouwing waar ik zeker uit zal citeren zodra ik de volledige tekst heb. Het duurde bijna anderhalf uur, iets langer dan de staatsrede, maar het was verre van vervelend. Het was boeiend te zien hoe vertaling van Idealen in Centen werd toegelicht. Behalve op het laatst toen allerlei details van de (inkomsten) belasting werden genoemd die de belastingbetaler meer aanspreken dan mij. Het was bekend dat een grote belastingverlaging zou worden aangekondigd, maar hoe die over de verschillende groepen werd verdeeld had natuurlijk aller aandacht.
Wat mij ook trof waren begrotingsposten om de 'spending power' te vergroten. Zeker als het om de essentiële infrastructuren ging tbv de sanitatie en armoedebestrijding, waar geld genoeg voor is, bleek de 'spending power' de kritische factor: Geschoold personeel, managementtrainingen en lokale sociale cohesie moeten er ook zijn. Het was als de "infrastructuur van de infrastructuur".
De minister ging ook herhaaldelijk over in de 'andere' talen. Niet alleen om een gevleugeld woord of een toepasselijke zegswijze, maar ook om bepaalde details voor die bevolkingsgroepen extra uit te leggen. Ik kon dat wat volgen, want de Ngumi talen hebben voor getallen engelse woorden (Het Zulu is verder ontwikkeld en heeft geloof ik eigen getalwoorden). Het was weer een mooi voorbeeld van de reeënboognasie, de regenboognatie zoals de veelkleurigheid kozend wordt genoemd.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, vrijdag 22 februari 2002
--"Heb ik wat gemist?", schreef Renier onmiddellijk op mijn bericht over de driedubbele palindroom, "2 feb om 20.20 was toch een palindromisch moment 02/02 2002 20.20???"
--"Aj, betrapt!", dacht ik, "het is niet zo uniek als je dacht!"
Maar toen had ik 'm: 0202 2002 2020 is wel palindromisch, maar de drie groepen zijn niet gelijk. En toen ontdekte ik tòch nog een fout in mijn eigen verhaal. De volgende komt niet over 119 jaar maar over 110 nl 21/12 2112 21.12: palindromisch als geheel èn per groep.
Van dat soort wat Renier noemde zijn er dit jaar 62!, en pas in 2112 is er weer zo'n rijke oogst. Het zoeken van zeldzame palindromische data en dito momenten is een leuke sport voor lange winteravonden, maar je moet je wel aan je eigen spelregels en definities houden.
Ik 'studeer AIDS', schreef ik een paar dagen geleden, maar ik heb besloten dit dagboek niet langer te belasten met lange verhalen daarover. Ik blijf echter doorgaan met mijn pogingen daar overzichtelijk over te schrijven, het raakt de kern van het politiek-menselijke drama van (Zuid-)Afrika dat mij boeit, maar het resultaat zal ik in aparte artikelen onderbrengen. De 'jus' dààrvan zal ik natuurlijk wel hier weergeven. Ik ga dat ook voor de afgelopen weken doen. De artikelen zijn dan natuurlijk 'aanklikbaar'. "Mijn Dagboek", moet een lekker-leesbare reportage blijven van waar ik ben, wat mij opvalt en wat mij bezighoudt. Kortom een antwoord op jullie virtuele vraag: "How do you do?"


En toen ging ik naar het IC en vergat dit dagboek op de diskette te zetten. Iets te haastig, om vòòr de lunch terug te kunnen zijn. Balen. Het zij zo.
Maar, nog vòòr ik thuis was, ontmoette ik Joris, een NLer die al enkele weken en Springbok verblijft. Middenin zijn eindexamenwerk van de Haagse School voor Kunsten, richting fotografie met belangstelling voor mensen, hun sociale kontekst, hun 'story'. Lang vòòr zijn studie(keuze) reeds als vrijwilliger in Afrika. Een 'late roeping' zegt hij zelf.
Wij wisselden onze ervaring uit over het maken van een 'portret'; hij met beelden, ik met woorden: "Het is van deze tijd", zei hij, "de mens, het individu, 'naakt en enkelvoudig' en toch een compleet 'verhaal' vertellend".
Daar gaan we morgen over verder als we samen gaan eten.
Ik meld het maar even nu ik toch thuis ben en vòòr ik weer naar het IC loop.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, zaterdag 23 februari 2002
Tja, ik geniet nog van die onverwachte ontmoeting met Joris en dat we vanavond samen gaan eten. Ik ben nu vier weken op deze plek en ik weet dat dan een kritische periode aanbreekt. Ik ga dan wat missen. Het gestadige lezen, schrijven, wandelen, eten en slapen --met hier en daar een kwinkslag of een knipoog als 'noodrantsoen voor de ziel'-- begint minder soepel te verlopen. Ik spring dan 's morgens niet meer zo vanzelfsprekend vanuit mijn bed naar de werktafel, ik heb minder wandellust, en het eten smaakt niet meer zo hemels.
En dan weet ik het: Ik wil weer eens iemand ècht ontmoeten. Een ècht iemand. Een praatje maken, en, langer dan een knipoog of een kwinkslag, een mens van vlees en bloed ontmoeten. Alleen al die constatering is helend, mijn geduldhormonen gaan onmiddellijk aan het werk.
Want ik weet ook: Het is niet maakbaar, niet organiseerbaar. Ik moet geduldig dat geluksmoment afwachten. De tijd is rijp, het tijdstip onbekend, al weet mijn rationele ziel dat het 'meestal' tussen de vier en zes weken gebeurt. Het 'wat & hoe' is de grote verrassing. Soms is het een langzaam gegroeide vertrouwdheid omdat je wekenlang hetzelfde gezicht, hetzelfde lijf of dezelfde ogen hebt gezien. Of dat je, ongemerkt, zo bent gezien, of bekeken. In de vierweekse incubatieperiode zijn er dozijnen van deze onzichtbare draden gegroeid. Opeens is een draad sterk genoeg om een vraag te stellen: 'Ben jij hier pas komen wonen?' of 'Bent u een Duitser?'
Of het komt, dwars door alles heen pats-boem uit de lucht vallen zoals die jonge promovendus op weg naar huis, naar Windhoek in Namibië die in de bus hierheen ontmoette die mij aansprak omdat hij mij drie rijen verderop Die Burger had zien lezen. Vol idealen onderweg van theorie naar praktijk: van de goed-geoutilleerde universiteit naar de 'rural areas'. Vol met de allernieuwste ideeën over primair onderwijs.
Of een complexe mengeling, onmogelijk om te ontrafelen. En onnodig bovendien. Zo ontmoette ik Joris:
--"Ah, u bent Hollander. Ik ken nòg een Hollander die al een paar weken in Springbok woont", zei de onbekende man die ik in het IC trof.
Hij pakt zijn selfoon en zegt:
--"Roep Joris eens aan telefoon", en reikt mij zijn GSM over. Ik wacht tien seconden, dan is hij er. Vijftien minuten later zitten we aan de koffie in het IC.
Kijk, zo gaat dat.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, maandag 25 februari 2002
Gisteren heb ik er een rustdag van gemaakt. Een bezinningsdag, want dat wordt het automatisch als ik mijn lees-schrijf-wandel tredmolen onderbreek. Opeens is het een tredmolen waarin ik blijk te zitten. Ik denkt 'voortdurend' afstand te nemen, maar het is niet zo. Daarvoor het je 'de ander' nodig, en dat was nu het etentje met Joris. Zulke dingen kun je niet plannen, ze 'gebeuren', en het beste is om gewoon 'ja' te zeggen.
De biefstuk was lekker, de wijn heerlijk en we namen nòg een fles.
We hadden het over 'narcisme', maar de precieze kontekst ben ik kwijt, maar we betrokken het op onszelf en bezig zijn met 'portretten', en over victimizing van wat je portretteert. Het ging ook over reizen 'zomaar naar een plek', omdat de naam je bevalt of intrigeert, zoals ik met Yzerfontein twee jaar geleden en hij met Pofadder, hier niet ver vandaan, waar hij per saldo vier maanden aan zijn eindexamenproject werkte, of Swalopmund in Namibië, waar hij ooit strandde. Allemaal "non-places". Tot je er bènt, en ze tot leven komen en uniek worden. Ik moest denken aan De Kleine Prins, aan zijn unieke roos of aan Goethe: " . . das Leben, wo man's auch packt, Überall ist's Interessant", het citaat uit de Urfaust dat ik nog steeds niet heb teruggevonden.
En zo ruimde ik gisteren mijn werktafel of en verbood mij om meteen aan de slag te gaan met de bijna-vergeten plannetjes die ik in die 'rommel' terugvond. Allemaal kranteknipsels en notitie-vodjes om ooit over te schrijven. Mijn vingers jeuken om hier een lijstje te maken van het dozijn 'dossiertjes' dat ik heb aangelegd en waar ik vroeg of laat over hoop te schrijven. Maar dat is alleen maar het 'papieren' buitengebeuren wat ik heb binnengehaald.
Er zijn ook zaken die 'life' komen binnenwandelen zoals dat reuze insect gisteravond toen ik de deur nog laat had openstaan. Geen griezelige spin, maar wel zo groot als een kindervuistje, zodat ik die toch maar snel met de bezem naar buiten werkte want ik dacht niet dat mijn gekko's dat zouden aankunnen. Mijn gekko's horen kennelijk bij de huisraad en ruimen alle andere insecten op. Ze stellen zich doodstil en met verlekkerde glimoogjes op onder de lamp tot de dolgedraaide en uitgeputte wespen, muggen of vliegende mieren (waarvan er laatst een hele zwerm binnenvloog) op de grond vallen.
"Krak-krak", wèg insekt. Zo snel gaat dat
'Life' is ook Willem van Wyk, de man die wel twee of drie keer per dag met zijn twee windbuksen in de belendende boomgaard op jacht gaat naar vogeltjes die zijn vijgen opvreten. Hij komt altijd even zeggen hoeveel hij er nu weer heeft geschoten. Hij heeft mij nog wel eens uitgelegd hoe zijn twee buksen werken, een heel speciale, maar verdere conversatie is nog niet gelukt.
Gisteren was dus een inventarisatie- en bezinningsdag.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, dinsdag 26 februari 2002
De onverwachte dood van de leider van UNITA, Jonas Savimbi, brengt de pennen in beweging over een mogelijke nieuwe toekomst in Angola. Zowel op de Afrikaans- als op de Engelssprekende zender hoorde ik aansporingen aan het Afrikaanse zakenleven om er snel heen te gaan en daar zakelijk gebruik van te maken vòòr "de Amerikanen" en "de Europeërs" hun voor zijn.
Dat staat dan mooi in contrast met wat de New York Times kortgeleden over Afrikaanse zakelui wist te melden. Misschien wel met enige afgunst werd de "Zuid-Afrikaanse inval", zoals Kenia'se wetgevers het al hebben genoemd, beschreven. Zij, de Afrikaanse zakelui, gedekt door hun ambtenarij, achten zich superieur, en zijn zelfs gevoelloos tegenover andere culturen. Zij hebben weliswaar niet meer de droom van Cecil Rhodes over blanke overheersing, maar ze hebben wel dezelfde expansionistische ambities. Zij kopen complete bierbrouwerijen, sukkelende banken, mijnen en forse deelnemingen in GSM-netten en spoorwegen. In 1991 was hun uitvoer naar Afrika krap 1,7% en in 2000 was het 12,8%. Ze hebben een technologische voorsprong en zijn niet bang om risico's te nemen waar Amerikaanse en Europeese zakelui terugdeinzen. NYT noemt een heel rijtje maatschappijen die al in Zuid-Afrikaanse handen zijn.
De rest van Afrika kijkt met ontzag en bewondering toe, maar hier en daar, zoals in Kenia, met nogal wat reserve. Thabo Mbeki wordt beschouwd als de 'stille' architect van dit plan.
Ook in Newsweek van 11 februari, in een analyse van de Wereld Economisch Overleg in New York in de week eerder, wordt de naam van Mbeki genoemd als de 'smid' van de "Afrikaanse Unie" die zijn uitgespeelde voorganger (Afrikaanse Organisatie voor Eenheid) in 2001 heeft vervangen en inbracht in een wereldwijde samenwerking die op de wereldhandelsconferentie in Doha, Qatar een vuist kon maken. Daarmee konden de arme landen, die in 1986 in Uruguay zeer onrechtvaardige eisen op hun nek hadden gekregen, deze van zich af te schudden. Het ging toen over de zgn TRIPS (Trade Related aspects of Intellectual Property rights) waarmee het westen, met een schijn van toegefelijkheid, een werkelijkheid creëerde waarin de arme landen uiteindelijk de hoogste tarieven moesten betalen.
Overigens was dat een truc die ik van mijn jonge jaren kende, en waar ik met de neus bovenop zat. Toen na het verdrag van Rome "in heel Europa" de 'tolmuren' waren geslecht, bleek dat de handel zich had verschanst achter talloze nationale en regionale voorschriften om de invoer te beperken. Ik zat middenin de ijkwetten. Het Duitse Reinheitgebot waarmee ze alle bierinvoer konden tegenhouden, was een van de meest bekende bastions. Laat ze maar los, die neo-kapitalisten die zich beroepen op 'vrije handel' en overheidsinmenging afweren met een beroep op de 'onzichtbare hand' van Adam Smith. Er komt geen bal van terecht als niet 'andere' krachten voor een evenwicht zorgen.
Terug naar Afrika. Zuid-Afrika is candidaat om vanuit het Zuiden een leidende rol te gaan spelen in een toekomstige eenheid. Wie die rol vanuit het Noorden zal spelen is nog niet duidelijk. Algerije gooit hoge ogen.
De laatste week was er nog een ander brandpunt van Afrikaanse eenheid in het nieuws. Vrijwel tegelijkertijd waren er, helemaal los van elkaar, een film en een boek over Patrice Lumumba die op 17 januari 1961 werd vermoord door 'huurlingen' terwijl Belgische en UN 'officials' de andere kant uitkeken. In een uitgebreide recensie van het boek van de Nederlandse socioloog, Ludo de Witte, wordt die geschiedenis met behulp van grondig archiefonderzoek nog eens herhaald in de Sunday Independent van deze week. En ook de paranoïde reakties in het westen. 'Mijn generatie' zal zich vast wel de namen van 'slechterikken' als Mobutu en Tshombe herinneren. En ook de 'edele' Dag Hammarskjold die, volgens De Witte, van mening was dat Lumumba 'politiek' moest worden 'uitgestoten'.
De film over Lumumba ken ik uit radiobesprekingen. Ook --toevallig & gelukkig-- op beide zenders. De Engelse uitzending was een interview met de regisseur. Hij had gekozen om Lumumba als martelaar af te schilderen. Martelaar voor de Afrikaanse herrijzing. Hij was de eerste die het Europese juk met enig succes en op grote schaal afstootte. Hij was ook een visionair mens. De regisseur wees op de veelzijdigheid en de kwaliteit van Lumumba's visies. Er waren al verschillende boeken en films op kleinere schaal over hem verschenen. Hij was blij met erkenning en het onverwachte succes van zijn eigen film, maar hoopte nog ooit een film te maken van Lumumba als visionair. De tijd is rijp, vond hij, Afrika heeft een cult-figuur nodig die zijn eenheid symboliseert. Lumumba is daarvoor de beste candidaat. De pas vermoorde zeven-en-zestigjarige leider van de UNITA, Savimbi, heeft een veel langere staat van dienst als rebel, maar hij ligt misschien nog te vers in het geheugen voor zo'n rol.
We zien nu dus drie brandpunten van pan-Afrikaanse ontwikkeling: Twee politiek-economische en één spirituele. De tijd zal het leren.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, woensdag 27 februari 2002
En toen regende het! Al dagenlang was er onweer voorspeld, maar wij zagen niet meer dan bewolking om een uur of vijf, gerommel in de verte en soms een enkele druppel. En zo al bijna een week.
Maar nu was dat 'gerommel' bij ons. Het flitste en kraakte even stevig en er was een forse bui met harde wind die van alle richtingen leek de komen. Op de kurkdroge grond tussen de vijgebomen voor mijn deur werden zelfs geen plasjes gevormd en alleen dat wat van mijn dak stroomde was in staat een stroomtje van een paar meter te vormen. Gretige grond!
Het voordeel van die bewolking rond vijf uur was dat mijn televisie-ontvangst met sprongen vooruit ging. Eindelijk kon ik die grijze-schimmemprogramma's, die ik wel eens lusteloos probeerde volgen, in kleur zien. Geen topkwaliteit, want het is maar een kamerantenne, maar tòch een ander venster op de wereld.
Na de bui belde ik nog even met Joris die helemaal aan de andere kant van het dorp bij kennissen logeert. Hij was inderdaad geslaagd voor zijn rij-examen en zou vanmorgen vroeg naar Kaapstad gaan om een motorfiets te kopen. Het is een theorie-examen dat je het recht geeft maximaal 18 maanden rond te rijden alvorens met een praktijkproef je definitieve bewijs te krijgen. Joris kan nu aan zijn 'droom' voor de komende vijf jaar beginnen. Het is zijn 'Afrika-project', waarvoor hij op grond van zijn eindwerkstuk van verschillende kanten (financiële) steun heeft gekregen. Waar de morele steun vandaankomt weet ik niet. Hij is inner oriented en een solist, maar dan nog. Hij zal ieder jaar een paar maanden hierheen komen. Hij wil de "Afrikaanssprekenden" in beeld brengen. Een hele uitdaging!! Zijn werk staat nu wat verscholen op www.skart.nl onder 'portfolio' samen met dat van de andere eindexamencandidaten. Hij zal mij op de hoogte houden van een 'betere' URL. Ik heb zijn e-mail adres en zijn selfoon om hem daaraan te herinneren. Ik ben benieuwd.
terug eerste dagboekregel

Springbok, Zuid-Afrika, donderdag 28 februari 2002
Die Burger van gisteren, die ik inderdaad gisteravond nog kreeg, samen met die van eergisteren, want een dag vertraging is normaal, stonden twee opmerkelijke berichten. Op de voorpagina een onder de fikse kop "Mbeki is 'n eensame rebel, skryf VSA-joernalis", staat de aankondiging van een artikel in de e.k. Newsweek. Het moet een lijvig diepte-artikel zijn en de krant geeft vast wat beelden van de inhoud. O.a. over de vraag die het artikel zich stelt hoe Mbeki toch aan zijn 'gekke' ideeën over AIDS komt. Het blijkt dat hij urenlang --tot twee uur in de nacht-- op "sy skootrekenaar" werkt en het internet bezoekt. Maar zijn onverzettelijke houding dankt hij aan zijn wetenschappelijke achtergrond: hij is er aan gewend de slimste persoon in een gesprek te zijn, maar dat staat haaks op wat zijn familieopvoeding hem heeft geleerd dat alles ondergeschikt is aan het ANC en zijn doelstellingen. Hij komt uit een 'rood nest'. Een van zijn andere 'eigenwijze' inzichten is dat het ANC moest leren om met Westerse kapitalisten zaken te doen. Dat laatste is gelukt. Het ANC gromt nog, maar intussen heeft hij de steun van "het rechtse kapitaal". Maar ook dat "rechtse kapitaal" krijgt niet de vrije teugel, want hun theorieën hangt hij ook niet kritiekloos aan. Hij spreekt over "controlled free flow of capital" zodat het niet (teveel) ten koste gaat van de regionale ontwikkeling en armoedebestrijding. Per slot was hij een van de zeer intelligente wetenschappers van de London School of Economics.
--"Waarheid is wat de politieke meerderheid aanhangt", roepen de media daarentegen.
In vertrouwen heeft Mbeki eens gezegd dat hij niet de persoonlijkheid heeft om president te zijn. Het is een dienst aan het ANC. Maar hij weigert de politieke definities van AIDS en neo-kapitalisme onverkort aan te hangen.
--"Wat dom!", roepen de media, "dat kost je je baantje!!"
En toen las ik dat andere artikel. Het verdedigde de stelling dat politieke leiders die op morele kruistochten gaan, ernstige problemen veroorzaken. Dat ging natuurlijk over Bush Jr, maar het bleef er niet in steken. Nogal wat gretig oorlogvoerende politici worden op een interessante schaal gezet tussen de twee uitersten: Het Bismarck-type en het Hitler-type. Bismarck lokt, beheerst, drie oorlogen uit tegen resp. Denemarken (1864), Oostenrijk-Hongarije (1866) en Frankrijk (1870). Dat was nodig voor de Duitse eenheid en daarna heeft hij zich twintig jaar beziggehouden met het opbouwen van de natie en het bewaren van de vrede.
Hitler, daarentegen, ondernam ideologische kruistochten tegen Engeland, Rusland en Amerika en de chaotische afloop kennen we.
--"Geen verheugend perspectief als we de geschiedenis als maatstaf nemen", besluit de schrijver, "maar misschien verrast Bush Jr ons nog".
Intussen vraag ik mij af waar ik Mbeki op die schaal moet plaatsen. Hij voert ook een ideologische oorlog: tegen armoede. Hij ziet free flow of capital en de bestrijding van AIDS als details die de aandacht afleiden.
terug eerste dagboekregel

Einde dagboek Februari 2002